Opa Door Danny, Maarten, Chloë en Elke Les 3
Het is woensdag. Opa Dijkman komt! Hij komt altijd op de fiets. Weer of geen weer, regen of wind; opa fietst. 1
Als opa er is, gebeurt er iets leuk. Soms neemt hij een boek mee. Dan leest hij voor. 2
“Hoi opa, kom je weer met een mooi verhaal?” Opa lacht en knikt naar Sandra. Opa praat eerst met moeder. Maar Sandra kan niet wachten. Ze wil zien wat hij heeft. “Kom opa. Laat eens zien.” Uit de fietstas haalt hij een groot boek. 3
Langzaam doet hij het open. Sandra wacht ….,,Kijk ! Vandaag heb ik dit voor je. Ik was zo oud als jij. Toen spaarde ik postzegels. Ik vond dit album maandag op de zolder. Moet je eens zien wat veel postzegels. Deze kreeg ik van een oom uit Zeeland. 4
Die komt uit Rusland. 5 Die kreeg ik van de buurman met Kerstmis. Die komt uit Japan.” Opa en Sandra reizen zo door de hele wereld. Wel drie kwartier. Hier is er een met een vulkaan.
Dan gaat opa weer weg. Sandra zwaait hem na. Wat zal hij woensdag weer hebben? 6 Tot woensdag! -einde-