Een verandering = -Een afname -Een toename (nieuwe bedrag – oudste bedrag) : oudste bedrag X 100 =...%
Voorbeeld: Henk koopt een paar sportschoenen die afgeprijsd zijn van €85 naar €59,50. Hoeveel procent is de prijs gedaald? Nieuw: €59,50 Oud: €85 (€59,50 - €85) : €85 X 100 = -30 korting = 30% LET OP, GEBRUIK DE HAAKJES! Anders is het antwoord fout. (nieuwe bedrag – oudste bedrag) : oudste bedrag X 100 =...%
(€540 - €468) : €468 x 100 = 15,4% Nettowinst is gestegen met 15,4% Nieuw:Oud: Procent nettowinst= nettowinst : omzet €540/ €6.000 x 100 = 9% (nieuwe bedrag – oudste bedrag) : oudste bedrag X 100 =...%
Bedrijfskosten in procenten van de omzet: bedrijfskosten : omzet x 100 de inkoopwaarde in procenten van de omzet: inkoopwaarde : omzet x 100 de brutowinst in procenten van de omzet: brutowinst : omzet x 100 de nettowinst in procenten van de omzet: nettowinst : omzet x 100
Brutowinst = omzet - inkoopwaarde Nettowinst = brutowinst - bedrijfskosten Omzet = de verkoopopbrengst in een bepaalde periode Nettowinst in procenten v/d omzet Bedrijfskosten in procenten v/d omzet Inkoopwaarde in procenten v/d omzet € : € x 100 = 25% € : € x 100 = 35% € : € x 100 = 40%
(€540 - €468) : €468 x 100 = 15,4% Prijs gestegen met 15,4% Nieuw:Oud: Procent nettowinst= nettowinst : omzet €540/ €6.000 x 100 = 9%
(nieuwe bedrag – oudste bedrag) : oudste bedrag X 100 =...% (22000 – 20000) : X 100 = 10 %