Ken je me niet meer?

He hallo, ik dacht ik kom eens langs. Het is immers al zo lang geleden. Wat? Herken je me niet? Je weet niet wie ik ben..zeg je?

Ach arme lieverd toch. Tsss. ,’t Is me toch wat Ach arme lieverd toch. Tsss..,’t Is me toch wat. Nochtans zijn jij en ik, geen vreemden voor elkaar. Ergens eerder in je leven ben je me tegen gekomen.

Immers. ik ben bij iedereen geweest. In het verleden, en het heden Immers..ik ben bij iedereen geweest. In het verleden, en het heden. Steeds opnieuw heb ik aan je deur gestaan.

Toen je schaterlachend Toen je schaterlachend..paardjerijdend bij je vader zat, en kraaide van plezier. Toen mamma de eerste strikken in je haar vlocht, en jij huilde om de klitten, die zij er zachtjes uitkamde. En ik was er toen jij voor het eerst uit school kwam,en de thee klaar stond op de tafel in de salon, met een extra lekkere koek erbij

En ik was er toen jij ziek was, en je een warme kruik onder de dekens geschoven kreeg, en er spelletjes met je werden gedaan, zodat jij je niet zou vervelen.

En toen je voor het eerst vlinders in je buik had En toen je voor het eerst vlinders in je buik had. En zelfs later, toen je uithuilde in de armen van een vriendin, in de overtuiging dat je nooit meer vlinders in je buik zou krijgen.

En ik was de keer erna, en de keer daarna en alle andere keren En ik was de keer erna, en de keer daarna en alle andere keren. Ik was er toen je vader om 3 uur ‘s nachts in de kamer op je zat te wachten. Toen je voor het eerst naar de disco mocht.

Ik was er ook toen je het moeilijk had, en worstelde met je zelfbeeld Ik was er ook toen je het moeilijk had, en worstelde met je zelfbeeld. Alleen had jij het toen te druk om me op te merken. Niet dat het erg was. Geduld is mijn tweede naam.

En geduld heb ik. Bij ruzies stond ik aan de kant En geduld heb ik. Bij ruzies stond ik aan de kant. Signalen gevend die jij niet hoorde of zag. Kwetsende woorden heb ik genoeg gehoord.

Ieder ander had allang afgehaakt Ieder ander had allang afgehaakt. Maar ik ben steeds terug blijven komen. Iedere keer opnieuw. Op de dag dat je trouwde, en op de dag dat je, je eerstgeborene in je armen hield.

Maar ook op de dag dat je huilend aan het graf stond van je ouders Maar ook op de dag dat je huilend aan het graf stond van je ouders. Gesteund door de mensen om je heen. … Was ik daar. En nu sta ik voor je. En jij vraagt mij,... wie ik ben ?…

Ik ben.. LIEFDE.., mijn kind, stralend als de stralendste ster aan het firmament, waarlijk in schoonheid en groots in kracht. Ben ik Liefde.

En ik ben er iedere dag opnieuw, zelfs iedere seconde. Voor jou.

Maar ook ... door jou. Want wie mij toelaat in zijn hart, kan bergen verzetten en oceanen bewegen. Hij voelt zich rijker dan de rijkste op aarde.

Gezegend met de wetenschap dat hij Mij met zich meedraagt. LIEFDE

Marga's Powerpoint