1.2 De eerste beschavingen Mesopotamie en Egypte.
Mesopotamie Mesopotamie: gebied tussen Eufraat en Tigris (Irak) Slib zorgt voor vruchtbare grond. Maar hete zomers, nat voorjaar. Irrigatie noodzakelijk, mbv: waterreservoirs en kanalen. Gevolg: landbouwoverschot, Gevolg: bevolkinstoename, Gevolg: Dorpen worden Steden.
Mesopotamie. Vanaf 3300 v. Chr. in Mesopotamie, in gebied Soemerie. Ontstaan van Sociale lagen, verschil tussen rijk en arm, macht en aanzien: In de steden handwerkslieden, specialisatie komt op. En handel, koopman, komt op: vb. Indie en Syrie Priesters: stemmen goden gunstig Koning: Plaatsvervanger van god, verantwoordelijk voor waterbeheer, rechtspraak en ordehandhaving, en verdediging van de stad.
Goden en Schrift.
Uitvinding van schrift. Kleitabletten. rond 3200 v.Chr. ontwikkeld geschreven op plakken klei met een stukje riet pictogram stond voor een lettergreep oudste toepassing van het schrift was economisch (ontvangstbewijzen, contracten enzovoorts) Gevolg: betere organisatie, belasting innen, hoeveel soldaten, reparaties aan irrigatiesysteem. Nieuwe wetten. 2400 v.Chr. eerste literaire composities
Goden Polytheïsme: geloof in meerdere goden. Tempelcomplex, tempeltoren (ziggoerat)
‘Uitvindingen!’ pottenbakkerswiel, wagenwiel, brons gieten maken van glas. Astronomie, wiskunde,
Machtsstrijd in Mesopotamie. Soemerie is verzameling stadstaatjes. Onderlinge twisten tussen deze staten. 2000 v. C Soemeriers verslagen door Amorieten, die stichten oud-babylonische rijk (1900-1600). Babylon de hoofdstad Hammoerabi komt met 282 wetten over bv. Grondbezit, handel, huwelijk en slavernij. Steeds meer macht naar de koning, hulp van ambtenaren (gouverneurs) en leger. Centraal bestuur. Nieuw-Babylonische rijk: groei onder Nebukadnezer. O.a. de hangende tuinen. Ook de toren van Babel, tempeltoren. 539 einde aan rijk door de komst van de Perzen.
Egypte, een geschenk van de Nijl. Leven langs de Nijl, overstroming tussen juli en oktober. Afhankelijk dus van irrigatielandbouw. Akkerbouw en veeteelt kwam uit de Sahara! Door klimaatsverandering trokken mensen daar weg. Eerst een boven- en beneden-Egypte, vanaf 3000 v.C. een koninkrijk.
sociale lagen Bovenaan 1 Farao: werd als echte god gezien. Zorgt voor stijgen en dalen van het water. Legeraanvoerder, Leidt religieuze ceremoniën, Hoogste rechter. Onder de Farao de 2 vizier, en overige hoge ambtenaren. 3: lage ambtenaren, priesters en hofdienaren. 4: kooplieden, ambachtslieden en soldaten. 5: boeren, mijnwerkers 6: slaven.
Ambtenaren Koning is eigenaar van het land, eist percentage van de oogst. Betaalt de ambtenaren en priesters. En reservevoorraad. Ambtenaren: Verzamelen voedselvoorraad Registreren voedselvoorraad Bewaken magazijnen Controleren producten. Zorgen voor distributie. Regelen bouw van tempels en piramides
1.2.2 Onmisbaar voor ambtenaren en priesters was het Hiërogliefenschrift. Elke tekening is een klank of woord, later volgde het Hieratisch schrift, vervolgens demotisch schrift.
1.2.2 Slot In het slot staat een korte samenvatting van de tekst.