VS en hun federale overheid (1865-1965)
Ontstaan van de Verenigde Staten Oorzaken onafhankelijkheidsstrijd (1776-1783) Kolonisten moeten meer belasting betalen aan de Engelse kroon maar hebben geen vertegenwoordigers in het parlement (‘no taxation without representation’) Kolonisten zijn beïnvloed door de ideeën van de Verlichting Kolonisten verzetten zich tegen handelsbelemmeringen Aanleiding: conflicten die ontstaan na de Boston Tea Party (1773) 1776 tekenen van de ‘Declaration of Independence’
Onafhankelijkheidsverklaring alle mensen zijn gelijk geschapen Vorst die hen onderdrukt mag worden afgezet Mensen hebben onvervreemdbare rechten zoals recht op leven, vrijheid en nastreven van geluk Kolonisten winnen de oorlog Ze vormen eerst een statenbond (Articles of Confederation)
Inhoud Meer een vriendschappelijk verbond tussen aparte staten. Federale overheid kende -Geen president -Geen Hooggerechtshof -Congres van 1 Kamer (elke staat 1 zetel) -geen leger -geen buitenlandse politiek -niet 1 munt -elke staat eigen handelspolitiek (invoerrechten) Werkte niet (te weinig macht centrale overheid)
Nieuwe grondwet In 1787 nieuwe Grondwet gemaakt door ‘Founding Fathers’ 13 staten vormen een federatie (de V.S. van Noord Amerika) Staten regelen -onderwijs -politie/veiligheid -rechtspraak/staatsrechtbanken -verkeer Centrale overheid regelt -buitenlandse politiek -defensie -financiën -economisch verkeer tussen staten
vervolg Federale wetten staan boven deelstaatwetten, maar deelstaten kunnen federale wetten omzeilen/ombuigen mbv eigen wetten Grondwet is onveranderbaar, maar kan aangevuld worden met amendementen (2/3 meerderheid nodig) 1791 Grondrechten opgesteld (eerste 10 amendementen van de grondwet: Bill of Rights. Hier staan vrijheden en rechten in zoals vrijheid van meningsuiting, godsdienst en recht op wapenbezit)
President -staatshoofd -regeringsleider -hoofd van de strijdkrachten(kan troepen inzetten) -benoemt ministers en belangrijke ambtenaren -benoemt leden Hooggerechtshof voor het leven -stelt wetten voor en de begroting -kan wetten tegenhouden (suspensief veto)
Congres -benoemingen president goed/afkeuren -president afzetten (impeachment)(2/3 nodig) -wetten en begroting goed/afkeuren -veto president opheffen (2/3 meerderheid) -oorlog verklaren/vrede sluiten -leiding buitenlandse politiek
Hooggerechtshof -toetsen van wetten aan de grondwet -hoogste beroepscollege Imperial presidency ja/nee? -macht president toegenomen door rol in de wereld en centrale rol in binnenlandse politiek -kan niets bereiken met vijandig Congres
Het volk van de Verenigde Staten toezicht beslist over verdragen en oorlogsver-klaringen toezicht toezicht 9x President susp. veto benoeming voor het leven * Congres Hooggerechtshof om de 4 jaar Huis van Afgevaar-digden (435) de Senaat (100) *steun van senaat nodig benoeming * opperbevel o.a. secretary of state om de 2 jaar 2 per staat om de 6 jaar Strijdkrachten het Kabinet kiesmannen (535) Ministeries Het volk kiest ook de regering van hun eigen staat met aan het hoofd een gouverneur Het volk van de Verenigde Staten
Republikeinen en democraten 19de eeuw Progressief -voor afschaffen slavernij -voor betere positie negers -voor free labor -krachtige overheid moet op- komende industrie bescher- men (hoge invoerrechten) -aanhang vooral in het noor- den(steden) conservatief -tegen afschaffing slavernij -tegen rechten voor de negers -tegen free labor -tegen overheidsingrijpen -voor rechten afzonderlijke sta- ten -aanhang vooral onder blanken in het zuiden, westen (pioniers)
Republikeinen en democraten 20ste eeuw Conservatief -aanhang rijke burgers -vooral in het midden en zuiden -tegen te grote immigratie -tegen overheidsingrijpen in de economie (te hoge belas- tingen) -wel regulering op moreel ter- rein (bv tegen abortus, evolu- tieleer, alcohol) Progressiever -aanhang bij minderheden en sociaal zwakkeren -vooral in het oosten en westen -voor actieve overheid op economisch gebied (big government→hoge over- heidsuitgaven en veel amb- tenaren) -ook grote rol op sociaal gebied (verzorgingsstaat)
‘Swing’ states 2008: Montana, Missouri, Indiana, Ohio, Virginia, North Carolina, Georgia, Florida
Overeenkomsten -beiden progressieven en conservatieven -beiden geen duidelijke ideologie -bij beiden gaat het om personen