Kwaliteitsnormen fietsparkeervoorzieningen bij BTM-haltes Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad
Inleiding Ca BTM-haltes in Nederland Strekken van lijnen -> meer voor- en natransport Voor treinstations wel normen en inventarisaties Nadruk op bushaltes
Concept-publicatie Door INNO-V, OV-Bureau Randstad, Fietsersbond en Fietsberaad 1. Formuleren van de normen 2. Toetsen obv inventarisatie 3. Plannen ibv (theoretische) kentallen Inventarisatie Stadsregio Amsterdam Ontwikkelen Web-tool Inventarisatie Provincie XX ??? Evaluatie
(1) Wensen fietsers -> normen Verschillende fietsers -> verschillende wensen Het is onbetaalbaar om overal aan alle wensen te voldoen Realistisch kwaliteitsniveau hangt samen met aantal plekken Voldoende capaciteit; (O) Vertrouwen dat de fiets niet beschadigt (slag in het wiel); (O) Schoon en heel. (O) Korte loopafstand tot de halte; (K) Gemak en comfort: bv zo min mogelijk tillen en ruime plekken; (K) Sociaal veilige locatie en inrichting; (G) Bescherming tegen diefstal en vandalisme; (G) Bescherming tegen weersinvloeden; (G)
Kwaliteitsnormen (1)
Kwaliteitsnormen (2)
(2) Tellen en inventariseren De beste methode voor bestaande situaties Afbakenen gebied en indelen in sectoren; Labelen ivm weesfietsen; Tellen aanbod + inventariseren kwaliteit; Tellen geparkeerde fietsen (=vraag); Advies: aanbod naar type; Eventueel toetsen aan kencijfers.
Hoe vaak is haalbaar?
(3) Capaciteit bepalen obv normen Voor nieuwe situaties en controle bestaande situaties Stappen 1.Bepaal aantal instappers 2.Bepaal aandeel fietsers 3.Corrigeer voor type lijn 4.Monitor eerste maanden na ingebruikname
Capaciteit obv normen Voor nieuwe situaties en controle bestaande situaties Stappen 1.Bepaal aantal instappers 2.Bepaal aandeel fietsers 3.Corrigeer voor type lijn –als er trams, metro’s of light railvoertuigen stoppen: +50% –als er snelbuslijnen stoppen: +50% –als er streeklijnen stoppen: +25% –streek- en stadsbussengeen correctie –als er alleen stadsbuslijnen stoppen: -25% 4.Monitor eerste maanden na ingebruikname
Toetsen aan de praktijk Onderzoek in opdracht van Stadsregio Amsterdam –Het ontwikkelen van een eenvoudig computertool –Het uitvoeren van een inventarisatie –Uitwerken en toegankelijk maken van de data Zijn de kwaliteitsnormen realistisch? Klopt de theoretische capaciteitsbepaling obv normen? Is de methode uitvoerbaar? –83 haltes met minder dan 25 instappers (< 5 fietsen) = 1x tellen. –309 haltes met 25 en 250 instappers (5 tot 50 fietsen) = 2x tellen. –165 haltes met meer dan 250 instappers (>50 fietsen) = 3x tellen.