Wonen in Nederland Hst 3.2 : Verstopte steden.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Over Falend en Succesvol Parkeerbeleid
Advertisements

Hoofdstuk 3A: Wonen in de stad
Planning: Terugblik paragraaf 3.1, 3.2 en 3.3
Terugblik paragraaf 3.1 Van stad naar stedelijke zone.
Samenvatting: Stedelijke gebieden
DE WMO: kansen of bedreigingen voor de ouderenzorg
5 stedelijke problemen – 5 stedelijke oplossingen
5 vwo Stedelijke gebieden § 5
TAAK 3 WONEN, WAAR KIES JE VOOR?
1.
Hst 4: De wereld indelen.
(Gebieds)kenmerken Regio Groningen en Assen
Leefbaarheid en Vitaliteit van dorpen: Mythes en Uitdagingen
OV en Ruimte Effecten van beter OV,ruimtelijk beleid en flankerend beleid. Is het geheel meer dan de som der delen? Hans Hilbers, PBL.
Hoofdstuk 3 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 1 t/m 4
Grote en middelgrote steden
Hst 3.2 : Congestievraagstukken
Steden: van hier tot Tokyo
2 havo/vwo H3 steden, §2 1.
Par 3.1: Van stad naar stedelijke zone
17 stadsgewesten in België
Technische Infrastructuur in de Ruimtelijke Ordening
De toekomst van Nederland
De toekomst van Nederland
Hst 3: De wereld van de stad
Wonen in Nederland Hst 3.2 : Verstopte steden.
 Mobiliteit moet! (uitspraak ‘oud’ kabinet)  Iedereen is mobiel… kijk maar eens naar je eigen situatie.  Vooral tweeverdieners (met kinderen) extra.
 Volgende dia’s: ◦ Verschillende modaliteiten  Elke functie in het samenwoningssysteem (wonen, werken, recreëren etc.) gaan anders om met mobiliteit…
Hst 3.2 : Congestievraagstukken
Wonen in Nederland Hst 3: Stedelijke vraagstukken van grote en middelgrote steden in Nederland.
De toekomst van Nederland
Hst 3.2 : Congestievraagstukken.  Bredere/meer snelwegen ◦ Korte/ middellange termijn oplossing  Mensen vanuit het ov weer in de auto!!!
Brugklas hoofdstuk 4.
Woon-werkdynamiek in de Randstad W oningbouw in de Noordvleugel als voorwaarde voor economische groei Frank van Oort, Thomas de Graaff, Gusta Renes & Mark.
§ 20: Verkeer en inrichting
§ 18: De stad uit, de stad in Urbanisatie: de groei van het aantal stadsbewoners (= verstedelijking) Suburbanisatie: de verstedelijking van het platteland.
Over steden en verstedelijking
5 stedelijke problemen – 5 stedelijke oplossingen
Hoofdstuk 4 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 5 t/m 8
4 havo 3 Stedelijke gebieden § 4-5
30 januari 2013 Leegstand en regionale samenwerking Henk Ovink wnd. DG Ruimte en Water Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Migratie in Nederland Migratie.
2 vmbo-T/havo 2 steden, §6 en 7
2 vmbo-T/havo 4 steden, §2 en 3
Hoofdstuk 1 Arme en rijke Nederlanders.
Een wereld van verschil
De toekomst van Nederland.  Afspreken SO paragraaf 1,2 en 3  Terugblik paragraaf 3  Nakijken paragraaf 3 (15 min)  Uitleg paragraaf 4 (15 min)  Zelfstandig.
Stedelijk en landelijk gebied
2 th 1 Ontwikkeling § 6-7.
3/4 vmbo 1 Arm en Rijk § 6-8.
2 th 1 Ontwikkeling § 2-3.
AARDRIJKSKUNDE Hoofdstuk 2 – les 2. DOELEN HOOFDSTUK 2 - Je leert wat het centrum van Europa is; - Je leert dat je in Europa verschillende centra hebt.
Regio West-Brabant Paul Vermeulen Programmamanager Ruimtelijke Ontwikkeling, Wonen en Leefbaarheid “Ontkoppelen behoud en bereikbaarheid voorzieningen”
Hoofdstuk 4 Bevolkingsontwikkelingen in de wijk.
2 hv Steden, van hier tot Tokyo § 1-4
Kan een werelddeel krimpen?
Meer bereiken door ruimtelijk inrichten Barry Zondag 9 maart 2016.
Kaderstellende discussie Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Commissie EMG,19 maart 2004.
Mechelen Mobiel voor Iedereen
Blok 1 Wonen in een stad Deelvraag:
Blok 3 De stad verandert Deelvraag: Hoe de stad verandert na 1870?
Thema 5 “De Stad”.
Hoofdstuk 3 - Stedelijke gebieden §2
Ruimtelijke ordening Een kwestie van keuzes.
Over steden en verstedelijking
4 havo 3 Stedelijke gebieden § 4-5
Blok 1 Wonen in een stad Deelvraag:
het aanbod van parkeren bij hoog | stedelijk wonen
Blok 3 De stad verandert Deelvraag: Hoe de stad verandert na 1870?
1TH Hoofdstuk 1 | Steden.
Transcript van de presentatie:

Wonen in Nederland Hst 3.2 : Verstopte steden

Stad of dorp Wanneer spreek je van een stad (of dorp)? Vormkenmerken (zichtbaar uiterlijk) Inwoneraantal of adressendichtheid De grootte van een plaats (/agglomeratie) Dichtheid van bebouwing Bewonerskenmerken Kent een grotere sociale verscheidenheid Individualistischer/toleranter/groter verschil arm & rijk Functiekenmerken Steden zijn erg gericht op diensten (tertiaire sector).

Verzorgingsgebied: Reikwijdte: De maximale afstand die de klant wil afleggen voor de dienst (mogelijke klanten) Draagvlak: Het gebied waar de klanten wonen Drempelwaarde: min. aantal klanten dat nodig is om je bedrijf te laten functioneren

(voorzieningen:) Dienstverlenende bedrijven ABC locatiebeleid Locatie A Optimale bereikbaarheid per openbaar vervoer op nationaal, regionaal, stadsgewestelijk en lokaal niveau Bereikbaarheid per auto van ondergeschikt belang Stringent parkeerbeleid Goede voorwaarden voor het gebruik van de fiets Aanwezigheid van voorzieningen draagt bij aan een aantrekkelijke verblijfs- en werkomgeving. Locatie B Goede bereikbaarheid per openbaar vervoer op regionaal of stadsgewestelijk en lokaal niveau Redelijke bereikbaarheid per auto op lokaal en bovenlokaal niveau Beperking van parkeerfaciliteiten, vooral voor langparkeerders Goede bereikbaarheid per fiets Locatie C Optimale bereikbaarheid per auto op lokaal en bovenlokaal niveau Geen eisen met betrekking tot het openbaar vervoer Parkeerfaciliteiten zijn afgestemd op het type bedrijven Congestievrije aansluiting op hoofdtransportassen bereikbaarheidsprofiel A. Bijvoorbeeld de zakelijke dienstverlening. Goede bereikbaarheid per auto en per openbaar vervoer waardoor B locaties worden gekenmerkt, is onder meer belangrijk voor ziekenhuizen en kantoren. goede bereikbaarheid per (vracht)auto komen in aanmerking voor locaties met bereikbaarheidsprofiel C. Bijvoorbeeld productie- en distributiebedrijven.

Locatie A, B of C ? ? ? Dongemond College ?

Locatie A, B of C ? ? ? Kop van Zuid Rotterdam?

Locatie A, B of C ? ? ?

Oplossingen files?!? File informatie Bredere/meer snelwegen Korte termijn oplossing Bredere/meer snelwegen Korte/ middellange termijn oplossing Mensen vanuit het ov weer in de auto!!! Spitsstroken Bottleneck (vb: 3baans  2baans) Betere inrichting v/h land Lange termijn oplossing Compacte stad beleid (zie volgende dia’s) Rekeningrijden Beter OV

Waar staat Nederland om bekend? Vaak denken buitenlanders aan onderstaande stereotypen maar Nederland staat ook bekend om zijn bebouwing  Grachten, rijtjeshuizen, organisatie  KORTOM; Ruimtelijke Ordening!

Nederland fileland Voor WO 2: Trok iedereen naar de stad voor werk. (urbanisatie) Na WO2: Krijg je massale suburbanisatie van mensen door onder meer de komst van de auto. (files!) De overheid heeft geprobeerd deze migratiestroom te sturen en zijn vastgelegd in ‘Wet Ruimtelijke ordening’.

Wonen in het groen (suburbanisatie) Allereerst, waarom gingen mensen wonen in het groen? Welvaart nam toe Meer vrije tijd Toename autobezit en autowegen Nadelen van suburbanisatie: Enorme vervoersstromen (files) Ruimte tussen de steden steeds meer volgebouwd.

Nota Ruimtelijke ordening In 1950 verwachte men dat door de babyboom Nederland in het jaar 2000, 21 miljoen mensen zou tellen. Daarom moest Nederland vanaf die tijd goed de ruimte gaan ordenen om Nederland leefbaar en werkbaar te houden.

1e RO 1960 2e RO 1966 (suburbanisatie ondervangen  groeikernen en gebundelde deconcentratie) 3e RO 1974 4e Nota RO 1988 (regio’s op eigen kracht) Vierde Nota RO extra (VINEX) 1992 (gericht op woningbeleid etc.) 5e Nota RO?? (in onderhandeling??)

Wonen in het groen (suburbanisatie) Allereerst, waarom gingen mensen wonen in het groen? Welvaart nam toe Meer vrije tijd Toename autobezit en autowegen Nadelen van suburbanisatie: Enorme vervoersstromen (files) Ruimte tussen de steden steeds meer volgebouwd.

Groeikernen en gebundelde deconcentratie De overheid probeerde de nadelen van suburbanisatie te verminderen door nieuwe steden te gaan bouwen. Deze steden zouden de grote overloop uit de stad kunnen opvangen. De zogenaamde groeikernen.

Mensen konden niet zomaar een huis in het groen bouwen Mensen konden niet zomaar een huis in het groen bouwen. Mensen konden alleen gaan wonen in de groeikernen, dit noemt men gebundelde deconcentratie In dit idee zou de groeiende verkeerstroom vanzelf wel afnemen dacht men, want groeikernen zouden uitgroeien tot nieuwe steden (inclusief bedrijventerreinen etc.). Dit bleek dus niet zo te zijn.

Vinex-wijken tegen de files Wijken (in het groen) in de buurt van (of in) een grote stad. Doel: Mensen economisch betrokken houden tot een grote stad! Zonder (te veel) nieuwe voorzieningen aan te leggen. Dit doen ze door: Inbreidingslocaties aan te wijzen Uitleglocaties (bouwen tegen de rand van de stad).

Voordelen vinexwijken Men springt zuiniger om met dure grond De gemiddelde afstand tot allerlei voorzieningen wordt beperkt gehouden Het stedelijk openbaar vervoer is eerder rendabel Het draagvlak voor de bestaande winkels en andere voorzieningen in de centrale steden wordt vergroot

Uitleglocaties Breda (pijlen) inbreid- ingslo- caties (Sterren) http://w ww.viabr eda.nl/w at-is- via- breda http://vimeopro.com/u mamedia/viabreda Via breda bidbook blz 19

Vinex-wijken van Noord-Brabant

Vervoersmiddelen (modaliteiten) Er zijn veel verschillende vervoersmiddelen: Auto Fiets Vrachtwagen Schip Vliegtuig Trein Etc. Met al deze modaliteiten moet rekening worden gehouden bij de inrichting van Nederland.

Er spelen verschillende belangen bij bereikbaarheid: In de stad (Wijk en stadsniveau): Leefbaarheid Veiligheid Parkeren Milieu In de stad (Stedelijke distributie): Winkels goed bevoorraden Venstertijden (alleen in rustige uren bevoorraden) Slimmer organiseren (meer ladingen in 1 vrachtwagen) Milieuzone (vervuilde vrachtwagens weren) Mobiliteit tussen de steden: Tijd = geld Verbetering verkeersknooppunten (concurrentiepositie) Schiphol (HSL) en haven van Rotterdam (Betuwelijn) Al deze belangen botsen vaak met andere belangengroepen Vanwege de ruimtebehoefte gaan veel bedrijven buiten het centrum vestigen (tekening grondprijs centrum – suburb)

Files opgelost?!? Overheid neemt tweetal maatregelen om de hoeveelheid files te verminderen: Lokmiddelen Afschrikmiddelen

Afsluitende opmerking! Mobiliteit moet! (uitspraak ‘oud’ kabinet) Iedereen is mobiel… kijk maar eens naar je eigen situatie. Vooral tweeverdieners (met kinderen) extra mobiel  voeren zogenaamde combinatieritten uit. Daarom worden kinderen ook wel de achterbankgeneratie genoemd (Jullie generatie !!!) Kijk maar eens als het een beetje regent hoeveel kinderen er naar school gebracht worden! MAAR: Mobiliteit zorgt voor diffusie en diffusie leidt tot innovatie  economische groei! Innovatievraagstukken beginnen we volgende les mee.