§6 Grote steden beleid
Jaren vijftig en zestig Kenmerken: Sanering (sloop) Krotopruiming Plaats maken voor economische functies Zichtbaar in grootschalige kantoorpanden, moderne winkelboulevards, verkeersdoorbraken en parkeergarages
Cityvorming Het wonen verdwijnt uit de binnenstad en maakt plaats voor werken en winkels.
Inwoners De bewoners van de gesaneerde wijken in de binnenstad verhuizen naar: nieuwe uitbreidingswijken bestaande wijken nieuwe saneringswijken
Jaren zeventig Kritiek: er is geen oog voor de bestaande stad. Gevolg: Kleinschaligheid prioriteit voor het wonen een zo gering mogelijke verstoring van de bestaande sociale en stedenbouwkundige structuur
Bouwen voor de buurt Doel: Aanpakken van grote kwaliteitsachterstand in de verkrotte vooroorlogse wijken door verbetering van bestaande woningen. Nieuwe woningen voor zittende bewoners Woningen worden betaalbaar door subsidies (zeer duur!!)
Jaren tachtig en begin jaren negentig Kritiek: Vernieuwing is vooral gericht op lage inkomensgroepen (waardoor selectieve migratie plaats vindt.) De woningen werden wel verbeterd maar de problemen van de bewoners niet. (werkloosheid, schoolverzuim, vandalisme, criminaliteit, spanningen tussen groepen)
Verscherping van de sociale problemen Dreigende tweedeling in de maatschappij Beleid: sociale vernieuwing Sociale vernieuwing: poging tot minder werkloosheid door scholing, versterking van de sociale cohesie, tegengaan van verloedering en vervuiling van de woonomgeving.
Grotestedenbeleid (GSB) Beleid vanaf 1995 Doel: positie van de steden versterken tweedeling binnen de steden voorkomen Minister voor Grote Steden en Integratie
Aandachtsgebieden GSB Fysieke pijler (met name de stedelijke vernieuwing) Economische pijler (werk en economie) Sociale pijler (onderwijs, leefbaarheid, veiligheid, zorg)
Nota Stedelijke Vernieuwing Officiële opvolger van stadsvernieuwing Oplossing: de wijkproblematiek wordt opgelost door het aantrekken van bewoners van buiten de wijk met een bovenmodaal inkomen Maar……………..
Geselecteerde wijken 2003: het gaat niet goed met het beleid van de stedelijke vernieuwing 56 geselecteerde wijken 2007: kabinet kiest voor 40 wijken
Van probleemwijk naar prachtwijk Extra impuls en intensivering van het bestaande beleid! Speerpunten: wonen, werken, leren & opgroeien, veiligheid, integratie
Samenwerking Ministeries van: OCW (Onderwijs, Cultuur & Wetenschap) SZW (Sociale Zaken & Werkgelegenheid) VWS (Volksgezondheid, Welzijn, Sport) EZ (Economische Zaken) Justitie BZK (Buitenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties) WWI (Wonen, Wijken & Integratie)
Na de Tweede Wereldoorlog vooral het Rijk Financiën Verschuiving: Na de Tweede Wereldoorlog vooral het Rijk Tegenwoordig investering van corporaties, private partijen en Rijk.