Terugblik Terugblik op de vorige les (Stedelingen) en het doeblad. Waar ging de vorige les over? Wat hebben ze geleerd / gedaan? In welke tijd zitten we nu? (late middeleeuwen) Feedback op het gemaakte Doeblad. - Wat ging er goed, wat ging er minder goed.
De schout Iedere les begint met een introductie van de taak door de leerkracht en uit de volgende fasen: Introductie (klassikaal) Bijvoorbeeld: De les van deze week gaat over de schout. Op het linker plaatje (linksboven) zie je een schout. Het is de man met de rode cape. De Schout was de boevenvanger van vroeger. Tegenwoordig noemen we zo iemand geen schout meer. Op het rechterplaatje staat de schout van tegenwoordig. Hoe noemen we die? Wat doet een agent / politieman allemaal? - Wat staat er op de andere plaatjes?
De schout en de rakkers De schout en de rakkers. Die avond gaan de schout en zijn rakkers op pad. Het lijkt een rustige avond te worden, want er gebeurt er weinig op straat. De schout heeft een rode mantel om en een lamp om ’s nachts goed te kunnen zien wat er gebeurt. In de meeste steden had je nog geen verlichting buiten. Als de schout voorbij een straat loopt hoort hij een man op hulp schreeuwen. Help, help! Vlug rent de schout er naar toe. Zijn rakkers rennen achter hem aan. Aan het einde van de straat ziet hij hoe twee mannen met knuppels een rijke koopman proberen te beroven. Gelukkig komt de schout op tijd en kan hij een man arresteren. De schout en de rakkers hebben de man opgesloten in een kooi. De man kan zo nergens naar toe en iedereen kan zien dat hij straf heeft. De man in de kooi zal zijn echte straf krijgen op het grote plein midden in de stad. De schout brengt hem daar zo naar toe. Vraag: - Zien jullie de schout op het plaatje? (de man met de rode cape en de lamp). - Worden mensen nog steeds in kooien opgesloten? (Nee, niet zoals vroeger in een kooi te kijk zetten. Ja, een gevangenis is ook een soort kooi.)
Het werk van vrouwen Het werk van vrouwen Vrouwen waren er in de middeleeuwen vooral om kinderen te krijgen. Ze moesten op de kinderen passen, koken en schoonmaken. Vrouwen moesten zorgen voor de dagelijkse dingen in huis, voor de kleding en het eten. Alleen de rijke dames konden een dienstmeisje betalen. De meeste andere vrouwen moesten hard werken in huis en in de werkplaats van hun man.
Vrouwen in een klooster Als vrouwen liever wat vrijer en onafhankelijker waren, dan kon dat alleen als ze hun leven wijdden aan God en naar het klooster gingen. In de Middeleeuwen lagen de meeste kloosters op het platteland, ver van het drukke stadsleven. Kloosters werden vaak gesticht door mensen van adel. Ze waren in het begin dan ook bedoeld voor adellijke dames. Maar al gauw stonden de deuren ook open voor gewone stadsvrouwen. Vaak ging het zo dat als een rijke koopman een dochter had die ongetrouwd bleef, hij een plek voor haar regelde in het klooster. Hier werd ze goed verzorgd en bleef er tot aan haar dood. Of ze dat nou wilde of niet. Maar er waren ook vrouwen die zelf het klooster in wilden. Ze verlangden ernaar de alledaagse wereld achter zich te laten en hun leven te wijden aan God. Eenmaal in het klooster bestond het leven van de vrouwen uit bidden, werken en studeren. En vooral studeren was heel bijzonder voor vrouwen in die tijd.
Werkblad Vul de juiste antwoorden in deze puzzel in. Als je alle antwoorden goed invult lees je in de bij de pijl een woord. 1 In het tekstboek lees je over een man die gevangen is genomen door de schout, waarin is hij opgesloten? 2 Hoe noem je de hulpjes van de schout? 3 Hoe noem je de man die in de Middeleeuwen langs steden reist en spulletjes verkoopt? 4 Vrouwen hoefden bijna niets te doen in de Middeleeuwen, deze uitspraak is ….. (kies uit ‘goed’ of ‘fout’) 5 Hoe noem je een schout in onze tijd? 6 Hoe noem je de baas van een stad? 7 De eerste steden werden gebouwd in de …. Middeleeuwen Werkblad bij les 6
Werkblad Werkblad bij les 6 Deze sheet kan gebruikt worden om het werkblad te bespreken.