Hoofdstuk 13: Verdeling en herverdeling Economie, een Inleiding Hoofdstuk 13: Verdeling en herverdeling
Verdeling en herverdeling Hoofdstuk 8: eerste welvaartstheorema Paretogrens: verzameling efficiënte uitkomsten Kunnen verschillende verdelingen welvaart met zich meebrengen Maatschappelijke voorkeuren Theorie sociale keuze of ‘social choice’
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
1. Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Meetinstrument: beschikbaar inkomen Primaire inkomensvorming - Belastingen + Transfers
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart 1. Belang van het arbeidsinkomen 2. Beschikbaar inkomen 3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
1.1. Belang van het arbeidsinkomen Beschouw Figuur 13.2.: Kwintielen Beschikbaar inkomen: Vooral arbeidsinkomen (51%)
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart 1. Belang van het arbeidsinkomen 2. Beschikbaar inkomen 3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Andere ontvangsten: bouwpremies, studiebeurzen, ... 1.2. Beschikbaar inkomen Sociale zekerheid: Pensioenen en andere transfers Andere ontvangsten: bouwpremies, studiebeurzen, ... Belastbaar gezinsinkomen = Primair inkomen + Transfers Inkomstenbelasting: Berekend op belastbaar gezinsinkomen Compleet met vrijstellingen, aftrekken (bv. om wille van bedrijfskosten) en indirecte transfers
Belangrijk principe in inkomstenbelasting 1.2. Beschikbaar inkomen Belangrijk principe in inkomstenbelasting Progressiviteit Gemiddeld tarief neemt toe met belastbare inkomen Na inkomstenbelasting: beschikbaar inkomen
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart 1. Belang van het arbeidsinkomen 2. Beschikbaar inkomen 3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
1.3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Begrip welvaart: Voorbeeld: €1500 beschikbaar inkomen voor koppel is anders dan hetzelfde bedrag voor alleenstaande Van beschikbaar inkomen naar welvaart Objectieve en subjectieve criteria Objectief: Gezondheidstoestand, leeftijd, gezinsgrootte, klimaat Subjectief: Voorkeuren, omgaan met objectieve beperkingen
1.3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Gezinsgrootte speelt zeker rol Ruwe oplossing: beschikbaar inkomen gedeeld door aantal gezinsleden, voorbeeld: €1500 inkomen Koppel zonder kinderen: welvaartsniveau €750 per persoon Koppel + vier kinderen: welvaartsniveau €250 per persoon Echter: soms schaalvoordelen indien meer gezinsleden Equivalentieschaal: factor die rekening houdt met samenstelling gezin en schaalvoordelen
1.3. Inkomen per capita en equivalent inkomen Schalen: OESO: Extra volwassene: factor 0,5 Extra kind (<14 jaar): factor 0,3 Voorbeeld: even welvarend Alleenstaande met €15000 Koppel zonder kinderen: €22500 (schaal 1,5) Koppel + vier kinderen: €40500 (schaal 2,7) Samenvattend: bepalend voor welvaartsverdeling: Arbeidsmarkt Overheidsinterventie Demografische factoren
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
EU-SILC (European Survey on Income and Living Conditions) 2. Ongelijkheid EU-SILC (European Survey on Income and Living Conditions) Inkomen: Areidsinkomen Inkomen uit sociale zekerheid Inkomen uit vermogen Gezin: Sociologische eenheid individuen die inkomsten en belangrijkste uitgaven delen
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
2.1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan Gemiddeld gezinsinkomen 2009 in België: €2759 per maand Zeer ruwe maatstaf Meer gedetailleerd: Percentage bevolking binnen inkomensklasse Verdeling in inkomensklassen die even breed zijn Sommige klassen bevatten veel gezinnen, andere niet Zie Tabel 13.1.
2.1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan Observaties: Grote spreiding maandelijkse inkomens Meeste gezinnen in klasse €500 - €2500 Beperkt aantal gezinnen hoge inkomensklasse Niet symmetrisch gespreid rond gemiddelde Scheve verdeling
2.1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan Observatie: Scheve verdeling (staart) naar rechts Gemiddelde > Mediaan Mediaan: precies helft observaties valt onder mediaan
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
2.2. Decielverdeling Verdeling in decielen Verdeling in inkomensklassen die evenveel gezinnen omvatten (10% in specifiek geval van decielen) en niet noodzakelijk even breed zijn Ordening van arm naar rijk Deciel Bevat 10% van bevolking Andere mogelijkheden om bevolking op te delen: Kwartielen Kwintielen Percentielen
Cumulatieve verdeling 2.2. Decielverdeling Cumulatieve verdeling Percentages van deze en voorgaande klassen opgeteld Armste 20% gezinnen: 6,1% van inkomen Armste helft gezinnen: 24,1% van inkomen Inkomensongelijkheid Cumulatief bevolkingsaandeel > Cumulatief inkomens-aandeel Grafisch: Lorenzcurve
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Diagonaal: referentiepunt 2.3. Lorenzcurve Zet cumulatief aandeel in bevolking op horizontale as en cumulatief aandeel in inkomen op verticale as Diagonaal: referentiepunt Eerste 10% van gezinnen 10% van inkomen Eerste 20% van gezinnen 20% van inkomen … Lorenzcurve België: Eerste 10% van gezinnen 2,4% van inkomen Eerste 20% van gezinnen 6,1% van inkomen Onder diagonaal, d.w.z. ongelijke verdeling
2.3. Lorenzcurve Lorenzcurve VS: Belangrijk Nog verder naar beneden Inkomensverdeling nog ongelijker Belangrijk Vergelijking inkomensongelijkheid op basis van Lorenz-curven enkel mogelijk als curven elkaar niet snijden Indien ze wel snijden: Gini-coëfficiënt gebruiken
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Ongelijkheid relatief uitdrukken: 2.4. Gini-coëfficiënt Herhaal: Diagonaal: perfect gelijke verdeling Verder onder diagonaal: meer ongelijke verdeling Ongelijkheid relatief uitdrukken: Maatstaf geschaald tussen 0 en 1 Grotere Gini-coëfficiënt: meer ongelijke verdeling Gini-coëfficiënt (G)
Volledige ongelijkheid: 2.4. Gini-coëfficiënt Volledige ongelijkheid: Volledige inkomen in handen van één enkel individu Lijstukken OA en OB G = 1 Perfecte gelijkheid: G = 0 Snijdende Lorenzcurven A en B kunnen nu vergeleken worden (beschouw rechterpaneel Figuur 13.5.) Observatie: verdeling B is ongelijker dan verdeling A (hogere Gini-coëfficiënt, zie oppervlakte) Keerzijde: verdeling B is wel voordeliger voor absoluut armste decielen Gini-coëfficiënt dringt dus impliciet vooronderstellingen op (i.v.m. weging)
Alternatieven voor Gini-coëfficiënt Percentielratio P90/P10 Verhouding tussen bovengrenzen negentigste en tiende percentiel P80/P20 en P50/P10
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
2.5. Feiten over de inkomensongelijkheid Vaak geen of beperkte informatie over inkomens-ongelijkheid bepaalde landen Reden: verzamelen gegevens is moeilijk Figuur 13.6.: Gini-coëfficiënt van equivalent beschikbaar inkomen van aantal (OESO) landen Gemiddelde Gini-coëfficiënt = 0,31 Kleinste inkomensongelijkheid: Denemarken en Zweden Grotere inkomensongelijkheid: Groot-Brittanië en V.S.
2.5. Feiten over de inkomensongelijkheid Beschouw Figuur 13.7.: Sinds jaren tachtig duidelijke stijging Gini-coëfficiënten Behalve voor Frankrijk, Spanje, Ierland, Griekenland en Turkije Kuznetshypothese in vraag gesteld Kuznetshypothese: ongelijkheid stijgt in industriële fase en neemt later weer af
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid 1. Gemiddelde, scheefheid en mediaan 2. Decielverdeling 3. Lorenzcurve 4. Gini-coëfficiënt 5. Feiten over de inkomensongelijkheid 6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
2.6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Welvaartsverdeling Arbeidsmarkt Overheidsinterventie Demografische factoren Verdeling kan ongelijker worden, omdat Primaire verdeling ongelijker wordt Overheid minder herverdeelt Er sociodemografische veranderingen zijn Deze drie factoren werken op elkaar in Primaire verdeling lijkt essentieel
2.6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Figuur 13.8.: P90/P10-ratio van vergoedingen op arbeidsmarkt voor enkele landen Verhouding tussen hoogste loon van werkende in negende deciel van loonverdeling en hoogste loon van eerste deciel van loonverdeling Groot-Brittanië: Loonspanning niet veel hoger dan in 1970 Gevolg van twee tegengestelde evoluties Frankrijk: Loonspanning afgenomen VS: Loonspanning toegenomen Duitsland: Stijgend tempo van de ongelijkheid vanaf 2000
2.6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Toename primaire ongelijkheid: oorzaak 1 Verandering in relatieve vraag naar geschoolde en ongeschoolde arbeid Vraag naar geschoolde arbeid neemt sneller toe dan vraag naar ongeschoolde arbeid Globalisering Technologische ontwikkelingen Indien aanbod van geschoolde arbeid niet volgt krijgen we loonsverhogingen ‘Race between education and technology’
2.6. Verklaringen voor (veranderingen in) ongelijkheid Toename primaire ongelijkheid: oorzaak 2 Niet perfect competitieve arbeidsmarkt ‘Matching’-modellen: Imperfect geïnformeerde werknemers en werkgevers Steeds minder sprake van sociale normen en recht-vaardige loonverhoudingen
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Kritiek op ongelijkheidsmaatstaven 3. Armoede Kritiek op ongelijkheidsmaatstaven Meeste ongelijkheidsmaatstaven, zoals Gini, ongevoelig voor proportionele inkomenswijzigingen Voorbeeld: inkomens Tanzania 100 keer lager dan in België terwijl Gini-coëfficiënt dezelfde is Bijgevolg: Armoede ≠ Ongelijkheid!!!
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede 1. Een absolute definitie van armoede 2. Een relatieve definitie van armoede 3. De armoede in rijke landen Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
3.1. Een absolute definitie van armoede Armoede in absolute zin: Absolute inkomensgrens niet bereiken Voorbeeld $1 per dag Reële armoedegrens houdt rekening met verschillen in prijzen tussen landen
3.1. Een absolute definitie van armoede Rowntrees armoedegrens Neigt naar relatieve definitie van armoede Namelijk: armoedegrens vastleggen a.d.h.v. kostprijs korf goederen om aan primaire basisbehoeften te voldoen
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede 1. Een absolute definitie van armoede 2. Een relatieve definitie van armoede ` 3. De armoede in rijke landen Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
3.2. Een relatieve definitie van armoede Armoede in relatieve zin: Toestand waarin gezin over onvoldoende hoog inkomen beschikt om volwaardig aan maatschappelijk leven deel te nemen Voorbeeld: geen internet of mobiele telefoon hebben om te communiceren
3.2. Een relatieve definitie van armoede Methoden om relatieve armoedelijn te bepalen: Op basis van verdeling inkomen Laagste kwintiel Percentage van mediaaninkomen, gemiddeld inkomen 60% van mediaanequivalent inkomen (Europese Unie en OESO) Zie Tabel 13.4. Subjectieve methode Enquêtes
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede 1. Een absolute definitie van armoede 2. Een relatieve definitie van armoede 3. De armoede in rijke landen Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
3.3. De armoede in rijke landen Figuur 13.7.: Meer armoede in Zuid-Europese landen van E.U. Griekenland, Italië, Portugal en Spanje Ook in Ierland en V.S.
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Belastingen (eerste grote herverdelingssysteem) Om verdeling van inkomen en welvaart te wijzigen Om publieke goederen te financieren Om prijzen en gedrag economische agenten bij te sturen Lopende inkomsten overheid uit drie bronnen: Directe belastingen Indirecte belastingen Bijdragen aan sociale zekerheid (Parafiscaliteit: belasting op arbeid)
Indirecte belastingen: Inkomstenbelasting op natuurlijke personen Vennootschapsbelasting Indirecte belastingen: BTW Douanerechten Accijnzen Registratierechten Sociale zekerheidsbijdragen
Inkomstenbelasting van natuurlijke personen 4. Belastingen Inkomstenbelasting van natuurlijke personen Progressiviteit van belastingtarief Sterke schouders dragen meer lasten
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen 1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet 2. Proportionele, progressieve en regressieve belastingen 3. Principes van belastingheffing Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
4.1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet Te betalen belasting varieert met inkomen via tariefstructuur (barema), die toegepast wordt op belastbare inkomen Tabel 13.5.: Barema voor aanslagjaar 2013 (inkomsten van 2012) Marginaal tarief: belasting die moet betaald worden op elke bijkomende euro inkomen binnen die schijf Gemiddeld tarief: belastingsdruk over volledig inkomen Belastingvrije som: schijf waarop geen belasting moet betaald worden
4.1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet Berekening belasting voor alleenstaande met inkomen van €30000:
4.1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet Marginaal tarief Evaluatie van eventuele ontmoedigingseffecten van belastingen Gemiddeld tarief: Belastingsdruk over volledig inkomen kennen Te betalen belasting / Belastbaar inkomen Berekeningsvoorbeeld Belastbaar inkomen: €30.000 Te betalen belasting: €9.203 Gemiddelde tarief: 30,6%
4.1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet Observaties Tabel 13.5.: Marginaal tarief stijgt aanvankelijk sterk Daarna langzamere stijging Gemiddelde tarief stijgt continu Marginaal tarief > Gemiddeld tarief Belastinghervorming tussen 2000 en 2005 Hoogste marginale tarieven verlaagd (nu 50%)
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen 1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet 2. Proportionele, progressieve en regressieve belastingen 3. Principes van belastingheffing Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
4.2. Proportionele, progressieve en regressieve belastingen Progressieve belasting: Gemiddelde belastingvoet neemt toe met inkomen Regressieve belasting: Gemiddelde belastingvoet neemt af met inkomen Proportionele belasting: Gemiddelde belastingvoet blijft constant
4.2. Proportionele, progressieve en regressieve belastingen Figuur 13.10.: Linkerpaneel grafiek: Belasting gekenmerkt door constant marginaal tarief maar toch progressief Reden: negatief intercept T0 Negatieve inkomstenbelasting Rechterpaneel grafiek: Vlaktaks of flat tax rate Belasting toch progressief Eerste inkomensschijf is belastingvrij Belastbaar minimum of belastingvrije som
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen 1. Gemiddelde en marginale aanslagvoet 2. Proportionele, progressieve en regressieve belastingen 3. Principes van belastingheffing Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
4.3. Principes van belastingheffing Principes waaraan ‘goede’ belasting moet voldoen: ‘Sterkere schouders moeten zwaardere lasten dragen’ (draagkrachtprincipe) (principe van verticale herverdeling) ‘Belastingplichtigen moeten in gelijke omstandigheden gelijk behandeld worden’ (principe van horizontale gelijkheid)
4.3. Principes van belastingheffing Sterkere schouders moeten zwaardere lasten dragen: Hogere inkomens dragen proportioneel meer bij dan lagere inkomens Ongelijkheid netto-inkomens < ongelijkheid inkomens vóór belastingen Zie Figuur 13.11. Belastingplichtigen moeten in gelijke omstandigheden gelijk behandeld worden: Onderscheid tussen inkomen en welvaart Welvaart als indicator van draagkracht Alleenstaande en gezin met vier kinderen betalen verschillend bedrag aan belastingen, ook al hebben ze zelfde inkomen
4.3. Principes van belastingheffing Belastingvrije som varieert dus met gezinsgrootte Vraag: alle inkomens van gezin samenvoegen of niet? Basisregel: samenvoegen, maar: Decumul: beroepsinkomsten van partners afzonderlijk belast ( hoge belastingschaal) Splitsing (of huwelijksquotiënt): indien slechts één kostwinner, dan 30% van arbeidsinkomen aan partner toegekend Belastingvrije som per belastingplichtige
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Sociale zekerheid (tweede herverdelingssysteem) Verzekering en solidariteit Verzekering: indekken tegen risico’s Inkomenstransfers naar getroffenen Solidariteit
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid 1. De verschillende takken van de sociale zekerheid 2. Basisprincipes van de sociale zekerheid 3. Uitdagingen voor de sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
5.1. De verschillende takken van de sociale zekerheid Tabel 13.6.: Belangrijkste uitgaven Sociale zekerheid voor werknemers en zelfstandigen Omvat geen residuele stelsels Gefinancierd via begroting
5.1. De verschillende takken van de sociale zekerheid Uitgaven gefinancierd via inkomstenbronnen: Bijdragen werkgevers en werknemers Toelagen overheid Laatste jaren aangevuld met al dan niet tijdelijke bijdragen zoals: Opbrengsten van loonmatigingen en indexsprongen Solidariteitsbijdrage of alternatieve financiering
5.1. De verschillende takken van de sociale zekerheid Observaties Tabel 13.7.: Alternatieve financiering van sociale zekerheid Poging ook structureel nieuwe inkomstenbronnen aan te boren om lasten op arbeid te kunnen verlichten Bijdragen werknemers en werkgevers zijn belangrijkste financieringsbron van Belgische sociale zekerheid
5.1. De verschillende takken van de sociale zekerheid Bismarckiaans stelsel (continentaal stelsel): Financiering via sociale bijdragen Inbreng van sociale partners in beheer van systeem Klemtoon op verzekeringselement Wederkerigheid tussen bijdragen en uitkeringen Beveridge-stelsel (Angelsaksisch stelsel): Overheid speelt grotere rol bij financiering Belastingen Nadruk op solidariteit en herverdeling
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid 1. De verschillende takken van de sociale zekerheid 2. Basisprincipes van de sociale zekerheid 3. Uitdagingen voor de sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
Verzekering reduceert onzekerheid Arbeidsinkomen valt weg of onvoorziene kosten Verzekerde betaalt premie aan verzekeraar Garantie dat ‘schade’ door verzekeraar vergoed wordt bij voordoen van risico Voorbeeld: autoverzekering
Ex post: herverdelingen 5.2.1. Verzekering Wederkerigheid: wie premies betaalt heeft recht op contractueel overeengekomen uitkeringen Ziekteverzekering Verzekeringssysteem, premies betalen Getroffen personen ontvangen een vergoeding Ex ante: Vrijwillige toetreding verzekerden Vrijwillige ruil - Paretoverbetering Ex post: herverdelingen Sociale bijdragen niet zomaar ‘belastingen’ maar wel ‘parafiscaliteit’
5.2.2. Sociale ‘verzekering’ als correctie van een marktfaling Sociale zekerheid door overheid georganiseerd, niet door markt; drie belangrijke redenen: Collectieve component Averechtse selectie Moral hazard Collectieve component: enkele voorbeelden Werkloosheidsrisico; hangt samen met conjunctuur Langere levensverwachting voor iedereen Risico’s op aardbevingen of overstromingen; overheid financiert met verplichte bijdragen
5.2.2. Sociale ‘verzekering’ als correctie van een marktfaling Averechtse selectie: Door asymmetrische informatie Cfr. goede en slechte tweedehandswagens ‘Goed risico’: verzekerden betalen te veel en krijgen geen waar voor hun geld verlaten de markt Dit proces: averechtse selectie enkel ‘allerslechtste’ risico’s blijven over en markt verdwijnt Vandaar verplichting vanwege overheid om bijdragen te blijven betalen
5.2.2. Sociale ‘verzekering’ als correctie van een marktfaling Moral hazard: Risico op schade en omvang ervan niet exogeen, maar worden bepaald door gedrag van verzekerde zelf Goed verzekerde neemt meer risico Omnium verzekering en minder voorzichtig rijden Overheid bezit instrumenten om dit ongewenst gedrag te ontmoedigen
5.2.3. Sociale zekerheid en solidariteit Risicosolidariteit (verzekering) Herverdeling van degenen die van risico gespaard zijn gebleven naar degenen die pech hebben gehad Verplichte solidariteit Herverdeling gaat verder dan eigenbelang Subsidiërende solidariteit (solidariteit) Mensen met verschillend risico worden dezelfde premie aangerekend Geen premiedifferentiatie
5.2.3. Sociale zekerheid en solidariteit Inkomenssolidariteit (solidariteit) Uitkeringen koppelen aan inkomen of aan koopkracht van betrokken individuen (en dus niet meer aan bijdrage) Pensioenuitkeringen geplafonneerd door instelling van maximumpensioen ongeacht vroegere bijdrage Wederkerigheid tussen bijdragen en uitkeringen afgezwakt
5.2.3. Sociale zekerheid en solidariteit Bedoeling: armoede bestrijden Sociale zekerheid: gereduceerd tot ‘bijstandssysteem’ Geen premie betaald toch recht op transfer Solidariteit Belgische stelsel van sociale zekerheid oorspronkelijk van Bismarck-type (verzekeringselement), nu meer solidariteit Noodzaak om ‘mattheuseffect’ te vermijden: Mattheuseffect: situatie waarin voordelen bij hogere inkomensgroepen terechtkomen
5.2.3. Sociale zekerheid en solidariteit Bekommernis om herverdeling: ondoelmatig gebruik van middelen Oplossing: meer selectiviteit in uitkeringen doorvoeren Recht op en hoogte van uitkeringen afhankelijk gemaakt van behoefte eraan
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid 1. De verschillende takken van de sociale zekerheid 2. Basisprincipes van de sociale zekerheid 3. Uitdagingen voor de sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
5.3. Uitdagingen voor de sociale zekerheid Hoge kosten Visie op traditionele gezinsstructuur centraal Onvoldoende aangepast aan nieuwe ontwikkelingen in samenleving (individualisering)
5.3.1. Werkloosheidsuitkeringen Periodes met grote werkloosheid: Hoge werkloosheidkosten Werkloosheidsvergoedingen moral hazard Motivatie om te werken ontbreekt Sommige gezinnen zitten zelfs in ‘werkloosheidsval’ Inkomen daalt indien slecht betaalde job en daardoor verliezen ze hun werkloosheidsvergoeding Oplossing: werkloosheidsvergoeding daalt naarmate langer werkloos
5.3.2. Pensioenen Zich verzekeren van inkomen voor periode waarin men niet meer in staat is om te werken Kapitalisatie (of ‘funding’): elke generatie spaart voor zichzelf Gevaar: middelen verliezen in zware financiële crisis Oplossing: repartitieprincipe Repartitieprincipe (‘omslagstelsel’ of ‘pay-as-you-go’): bijdragen niet op kapitaalmarkt belegd, maar recht-streeks overgedragen aan gepensioneerden Dus: jongeren dragen bij voor gepensioneerden nu Solidariteit tussen generaties Nadeel: gevoelig voor vergrijzing
5.3.2. Pensioenen Vergrijzing Oplossingen Daling geboortecijfer Verlenging levensduur Zie Figuur 13.12. Afhankelijkheidsgraad = verhouding bevolkingsgroep ouder dan 65 t.o.v. deze tussen 20 en 64 jaar In 1980: 25% In 2050: 50% Oplossingen Pensioenuitkeringen verminderen Pensioenbijdragen actieve bevolking verhogen Mensen langer aan werk houden (aangewezen optie)
Pijlers pensioenvorming: 5.3.2. Pensioenen Pijlers pensioenvorming: Eerste pijler: Verplichte bijdragen sociale zekerheid Tweede pijler: Bedrijfstakken zorgen voor aanvullend pensioen voor hun eigen werknemers Discussie: Meer selectiviteit en solidariteit in eerste pijler Versus versterking wederkerigheid tussen bijdragen en uitkeringen in eerste pijler Zoektocht naar juiste evenwicht tussen verzekering en solidariteit in sociale zekerheid
Belgische systeem: terugbetalingssysteem 5.3.3. Ziekteverzekering Belgische systeem: terugbetalingssysteem Patiënt betaalt slechts beperkt gedeelte kostprijs: ‘remgeld’ ‘Moral hazard’ door artsen Oplossing: overconsumptie afremmen door vast loon i.p.v. vergoeding prestatie Nieuw gevaar: artsen doen minder hun best Conclusie: moeilijk op te lossen probleem Eveneens probleem van betaalbaarheid
Verdeling en herverdeling - Inhoudstafel Primair inkomen, beschikbaar inkomen en welvaart Ongelijkheid Armoede Belastingen Sociale zekerheid Alles heeft een prijs, ook herverdeling
6. Alles heeft een prijs, ook herverdeling Bovenstaande analyses: Grootte van te verdelen taart: exogeen gegeven Niet denkbeeldig dat beleidskeuze om taart op bepaalde manier te (her)verdelen er toe leidt dat omvang taart zelf verandert Hoofdreden: ontmoedigingseffecten
6. Alles heeft een prijs, ook herverdeling Voorbeeld 1: Inkomstenbelasting: varieert met inkomen, dus met arbeidsinspanning Kan leiden tot afname arbeidsaanbod Welvaartsverlies: proberen belasting te ontwijken door minder werken ‘Lekkende emmer’
6. Alles heeft een prijs, ook herverdeling Voorbeeld 2: Gedrag aanpassen om meer uitkering te kunnen krijgen Reservatieloon verhogen, beneden hetwelke ze geen job aanvaarden Werknemers blijven makkelijker thuis, want ze krijgen toch vergoeding
6. Alles heeft een prijs, ook herverdeling Afweging: Efficiency-equity trade-off: Belastingen progressiever: Meer herverdeling Ontmoedigingseffect wordt groter
6. Alles heeft een prijs, ook herverdeling Methodologie om afruil te formaliseren: Doelstellingsfunctie maximaliseren Welvaart burgers en herverdelingsobjectieven Onder beperkingen Reacties private economische agenten en effecten op overheidsbudget Theorie van optimale belastingen