Uitleg H15 Klas 4G
Collectieve sector = de overheid en de instellingen voor sociale zekerheid en zorg. Overheid bestaat uit: Rijk Provinciën Gemeente In bron 15.3 wordt dit allemaal samengevat!
Collectieve sector Instellingen voor sociale zekerheid zorgen voor de uitvoeringen van de sociale zekerheid. VB: AOW + WW+ AKW+ ANW
Collectieve sector v.s particuliere sector Collectieve sector: algemeen belang Particuliere sector: eigen belang Collectivisatie = van particuliere sector naar collectieve sector Privatisering = van collectieve sector naar particuliere sector Leer de redenen voor collectivisatie en privatisering!!
Regulering v.s deregulering Regulering: bemoeienis overheid wordt meer Deregulering: bemoeienis overheid wordt minder/versoepeld Gebod: je bent verplicht iets te doen Verbod: Je mag iets juist niet doen
Rijksuitgaven Miljoenennota: schatting van de uitgaven en inkomsten van het komende kalenderjaar. Meest voorkomende uitgaven: Rente staatsschuld Gemeenten en provincies Uitkeringen Onderwijs Je moet kunnen rekenen met uitgaven van de overheid!
Rijksinkomsten Belastingen: verplichte betalingen waar geen rechtstreekse overheidsprestatie tegenover staat. Overzicht: Directe belastingen: inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting Indirecte belastingen: BTW, BPM, accijnzenmotorrijtuigenbelasting en milieuheffingen Niet – belastingontvangsten: winstuitkering, leges voor paspoorten en boetes
Begrotingstekort v.s financieringstekort Begrotingstekort: begrote rijksuitgaven zijn hoger dan de begrote rijksinkomsten. Financieringstekort: begrotingstekort verminderd met de aflossingen op de staatsschuld. Het financieringstekort geeft aan met welk bedrag de staatsschuld toeneemt. Hoe kan de overheid het tekort verkleinen?
Gemeentelijke uitgaven en inkomsten Uitgaven: tabel 15.19 Inkomsten: tabel 15.20 Hierover kun je rekenopgaven verwachten!