Door: Inge Boonstra, Dieuwke Riddersma en Linde Prins. Het taalportfolio Door: Inge Boonstra, Dieuwke Riddersma en Linde Prins.
Wat is het taalportfolio? Verslag van leerlingen over hun eigen vooruitgang op het gebied van vaardigheden Docent bekijkt met leerling de resultatenlijst Vragen over werkhouding, vaardigheden Kennis ERK belangrijk voor beide partijen Kortom docent krijgt goed beeld va de leerling
Het verslag Leerling levert bewijsstukken (bewijsstukken die bewijzen wat je sterke punten zijn) Leerling vult vragenlijst in Leerlingen krijgen richtlijnen(ERK) voor het vormen van het taalportfolio Voorlopig niveau volgens ERK
Hoe ziet het Taalportfolio eruit? Het is van de leerling zelf Digitaal Openstellen aan docent voor feedback 3 verplichte onderdelen met de daarbijbehorende kopjes Docent kan opdrachten geven, ook samenwerkingsopdrachten!
De 3 verplichte onderdelen: Het talenpaspoort: ‘Taal leren’ Taalbiografie: ‘contacten 1 en 2’ ‘Interculturele ervaringen’ ‘Planning’ Dossier
De pluspunten Zelfvertrouwen leerling Motivatie Zelfreflectie Leren leren Nadruk op functioneel taalgebruik Eigen verantwoordelijkheid Differentatie
De minpunten Behoorlijke werklast voor leerling als docent Veel voorbereiding Niet geschikt voor alle leerlingen Niet veel samenwerkingsmogelijkheden
Bronnen: Eigen kennis Boek ‘Moderne vreemde talen in de onderbouw’ – Francis Staatsen