Paragraaf 5.4 De strijd om de school
1848 De overheid stichtte altijd openbare scholen: neutrale scholen. In de nieuwe grondwet stond: vrijheid van godsdienst en onderwijs. Mensen mochten dus eigen scholen stichten. Katholieken en protestanten gaan dit dus ook doen. Dit worden: bijzondere scholen.
Betalen? Bijzondere scholen was geen probleem voor de overheid. Maar de overheid betaalde er niet voor. Er waren al genoeg openbare scholen!
Ruzie? Uiteindelijk kunnen de protestanten en katholieken hun scholen niet meer betalen. (teveel wetten en eisen) De staat weigert te betalen voor hun scholen. Openbare scholen kregen wel extra geld. = Schoolstrijd
Geloof In de Tweede Kamer zaten ook katholieken en protestanten. Zij werden confessionelen genoemd ( = gelovigen) Zij wilden juist wel geld aan bijzondere scholen geven. 1878: 1e protestantse politieke partij: Anti-Revolutionaire Partij. Leider: Abraham Kuyper. Schaepman wordt de leider van de katholieken.
Schoolstrijd De staat wil algemeen kiesrecht gaan invoeren. Dit willen de katholieken en protestanten juist niet. De katholieken en protestanten stellen een ruil voor: De confessionelen stemmen vóór algemeen kiesrecht, zodat die wet ingevoerd kan worden. De staat betaalt voortaan ook voor bijzondere scholen. De staat gaat akkoord, in 1917.
Verzuiling. Vanaf 1900: verzuiling Mensen hoorden bij een groep In NL: 4 groepen: Katholiek Protestants Socialistisch De rest/ neutraal.
Katholiek rond 1900 Als je katholiek was: Je ging naar een katholieke school Katholieke voetbalvereniging Katholieke krant Katholieke radiozender Katholieke vakbond Katholieke politieke partij Katholieke dokter Katholieke winkels Zo ook voor protestanten en socialisten en de rest
Begrippen Openbare scholen: neutrale scholen, opgericht door de staat. Bijzondere scholen: scholen die zijn opgericht door confessionelen. Schoolstrijd: politieke ruzie over de bijzondere scholen die geen geld van de staat kregen. Confessionelen: politieke groep voor mensen die geloof belangrijk vinden. Verzuiling: samenleving die is opgedeeld in groepen die geen contact met elkaar hebben.