M IJ N I M M E R S I V E S P A C E ( s y n o p s i s )
Beschrijf de wereld die je wilt maken (maximaal een half A4) Wat is jouw visie op die wereld? Wat wil je overbrengen? Maak je wereld ‘rijk’!
Jouw wereld: Welke 3 ‘scenes’ zijn er. - Jouw wereld: Welke 3 ‘scenes’ zijn er? - Bedenk in elke scene minstens 3 acties die de gebruiker kan ‘doen’. Maak 3 schetsen met alle (beeld)elementen die nodig / belangrijk zijn. - Zet die 3 beelden in powerpoint. - Markeer de (inter)acties in de schetsen.
schetsen. Kan op heel verschillende manieren schetsen. Kan op heel verschillende manieren. Zolang het maar communiceert! 4
5
6
schematisch. Denk aan je standpunt schematisch. Denk aan je standpunt. Hoe kan dat zo immersive mogelijk zijn? 7
8
‘Sobere’ tekening, heel duidelijk 9
Zo zou je kunnen aangeven dat er daar acties voor de gebruiker te vinden zijn. Wat zouden ‘hints’ kunnen zijn? 10
Synopsis heeft: korte beschrijving van je wereld in het algemeen je visie hierop: wat wil je overbrengen beknopte beschrijving drie ruimtes beschrijving sfeer beschrijving vormgeving voorbeelden van mogelijke acties die in die ruimtes zouden kunnen
Voorbereiding volgende les: 1. Neem een aantal mini-objecten (minimaal 5 stuks) mee naar school die je kunt verwerken in een ruimtelijke opdracht. Bijvoorbeeld een lampenbolletje, een oud gebroken kopje, een gekke verpakking, een bijzonder lintje, een oude kaft van een boek, een playmobil poppetje. Geen dierbare spulletjes maar dingen die gebruikt kunnen worden voor de opdracht. 2. Neem materiaal mee om te knutselen, zoals: schaar, stanley mesje, touw, klei, plakband, nietmachine, lijm, stukjes karton, houtjes, verschillende stofjes, dopje, oude doosje, takjes, knopen, etc. Zorg dat je iets bij je hebt om het eindresultaat te fotograferen.