Ecologie VWO 5.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
WERKING VAN ECOSYSTEMEN
Advertisements

Werking van ecosystemen
competitie of concurrentie
Ecosystemen Hoofdstuk 3.
Voedselrelaties ecologie.
De organisatieniveaus van de ecologie
Kringloop producent-consument-reducent………
Thema 3: Ecologie.
13.3 t/m 13.5 Voedselketens / Voedselpiramides / Biomassa / BPP /NPP / Eutrofiëring.
Thema 12.2 en 12.3 Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
We beginnen met een standaard voedselketen….
Thema 12.2 en 12.3 Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
Voedselketen De Hoofdrolspelers:
LEVENSKENMERKEN.
T1. Afval en milieu B1. Soorten afval B2. Stoffen in de natuur
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Basisstof 1: Invloeden uit het milieu Basisstof 2: Voedselrelaties
Voedselrelaties.
Basisstof 9: Autotroof en Heterotroof
Basisstof 3: Kringlopen Basisstof 4: Piramides Basisstof 5: Populaties
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
413 – ECOLOGIE.
Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
13 Eten of gegeten worden!.
Module Ecologie PP5 Ecosystemen..
Energie in ecosystemen
VWO 5 Boek: biologie voor jou Deel: VWO B2 deel 2
Hoofdstuk 11: Ecostromen
Ecologie.
Terugblik BS 1 en 2 Biologie is de studie van organismen (levende wezens)
4 basis en kader, hele hoofdstuk
ECOLOGIE.
STOFWISSELING Opbouw en afbraak.
Hoofdstuk 2 Paragraaf 3.
7 Ecologie ©JasperOut.nl.
Stofwisseling Thema 1.
Ecologie Thema1.
ECOLOGIE.
Ecologie Voedselketens en kringlopen. Relaties organismen 1.Competitie o Voedsel, ruimte of partners 2.Predatie o Opeten ander organisme Voedselketen!
Ecologie De wetenschap die bestudeert waarom bepaalde planten en dieren ergens in een bepaalde leefomgeving (milieu) voorkomen en wat de relaties zijn.
Biosfeer.
Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
Samen eten Nectar 2.4 Blz 47 tb.
Les 2 Ecologie Meneer Van de Loo Vakdidactiek: Biologie met ICT
Ecologie' 17 .
We beginnen met een standaard voedselketen….
Ecologie Hoofdstuk 6.
VWO 5 Boek: biologie voor jou Deel: VWO B2 deel 2
Thema 3 ecologie.
Ecologie Hoofdstuk 6.
Ecologie Hoofdstuk 6.
413 – ECOLOGIE.
Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
Ecosystemen, piramides en stromen
Ecologie.
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
Concurrentie Biotisch Predator Voedsel Abiotisch.
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
Transcript van de presentatie:

Ecologie VWO 5

Invloeden Biotische factoren Abiotische factoren Invloeden afkomstig uit de levende natuur Predatoren Voedselrelaties Ziektes Abiotische factoren Invloeden afkomstig uit de levenloze natuur Licht Temperatuur Water Lucht Bodemgesteldheid

Ecologie Individu Populatie Levensgemeenschap Ecosysteem Biosfeer Groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied die met elkaar voortplanten Levensgemeenschap In een bepaald gebied leven populaties van verschillende soorten samen Ecosysteem Bepaald gebied met organismen die een onderlinge wisselwerking hebben en ook met hun omgeving Biosfeer Alle ecosystemen samen

Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde Producent Autotroof Heterotroof Heterotroof Heterotroof Autotroof = kunnen zelf hun organische stoffen maken (fotosynthese) Heterotroof = andere organismen nodig om aan organische stoffen te komen

Voedselnet Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde Producent

Kringloop van Stoffen CONSUMENTEN 2E ORDE CONSUMENTEN 3E ORDE AFVALETERS PRODUCENTEN REDUCENTEN ANORGANISCHE STOFFEN

Piramide van aantallen

Piramide van biomassa

Energie Bruto primaire productie: Deel van energie dat wordt vastgelegd door planten in organische stof. Netto primaire productie: Een gedeelte wordt verbrand door de planten om te kunnen leven. Wat overblijft wordt gebruikt om te groeien. De netto primaire productie van een ecosysteem is de som van de netto primaire productie van alle planten in dat ecosysteem. Dit is voor elk ecosysteem anders.

Energieverlies door: Dissimilatie Uitwerpselen Afgestorven weefsel

Energie verlies Bij de overgang tussen trofische niveaus treedt verlies van energie op: Producenten gebruiken ongeveer 40% van de chemische energie zelf: deel verloren als warmte Niet alle delen van de producenten zijn eetbaar Een deel van de opgenomen energie van de consumenten gaat verloren als warmte bij spijsvertering Slechts een deel van de door consumenten opgenomen energie wordt gebruikt om weefsels op te bouwen (zoogdieren 2-4% en koudbloedigen ca.10%). De rest van de energie wordt gebruikt voor andere levensverschijnselen

Vuistregel In voedselketen voor volgende trofische niveau 10% van vastgelegde hoeveelheid energie is beschikbaar Hierdoor kan een voedselketen maar uit maximaal 4-5 schakels bestaan