De schildpad lief, traag & schattig
Waar leven we?? Wij leven meestal in de zee
Ons voedsel… De meeste schildpadden eten naast dierlijk materiaal ook plantendelen als bladeren, fruit,zaden en wortels
voortplanting Schildpadden hebben een vrij uniforme manier van voortplanting en ontwikkeling. Alle soorten leggen eieren die begraven worden waarna de juvenielen zich enige tijd later uitgraven en zich relatief langzaam ontwikkelen. In tegenstelling tot andere reptielen zoals krokodilachtigen en sommige hagedissen kent geen enkele soort enige vorm van broedzorg, waardoor de juvenielen er alleen voor staan.
eieren De eieren van schildpadden zijn ovaal tot kogelrond van vorm en wit tot witgeel van kleur. Ze kunnen een heel zachte schaal hebben of een meer verkalkte schaal. De eieren van alle soorten hebben een poreuze schaal zodat zuurstof kan worden onttrokken aan de omgeving en water worden uitgescheiden. Schildpaddeneieren worden meestal op het land afgezet omdat de embryo's zuurstof nodig hebben en dit niet uit het water kunnen onttrekken. Er zijn echter uitzonderingen, zo legt Macrochelodina rugosa de eieren onder water van uitdrogende waterpoelen. Andere eieren komen juist uit onder water, zoals die van de Nieuw-Guinese tweeklauwschildpad (Carettochelys insculpta). Hierdoor komen de eieren gesynchroniseerd uit tijdens de regentijd.
Bekende schildpadden Een meer bekende schildpad is Lonesome George (eenzame George), omdat deze de enige is van zijn soort en biologisch gezien is uitgestorven omdat hij zich niet meer kan voortplanten met een vrouwelijke soortgenoot. Ook Harriet was tot haar dood in 2006 een bezienswaardigheid in de Australische dierentuin vanwege haar hoge leeftijd van ongeveer 175 jaar. Deze Galapagosreuzenschildpad werd lange tijd beschouwd als een mannetje en droeg tot de ontdekking dat het een vrouwtje betrof de naam Harry. Een andere zeer oude schildpad was Tu'i Malila, een stralenschildpad die stierf in 1965 en toen 188 of 192 jaar oud was.
mijn vijand De belangrijkste vijand van de schildpad is uiteraard de mens, zie voor de niet-natuurlijke bedreigingen het kopje.