3 april 2013 Gerda van Roozendaal Rijksuniversiteit Groningen
Kwetsbaarheid van de (economische) samenleving Redenen voor samenwerking Voorbeelden van samenwerking Voorbeeld: CARICOM Problemen van samenwerking De rol van niet-gouvernementele actoren
CARICOM lidstaten Antigua and Barbuda,The Bahamas, Barbados, Belize, Dominica,Grenada, Guyana, Haïti, Jamaica, Montserrat, Saint Lucia, St. Kitts and Nevis, St. Vincent and the Grenadines, Suriname, Trinidad and Tobago CARICOM geassocieerde leden (niet zelfstandig) Anguilla Bermuda British Virgin Islands Cayman Islands Turks and Caicos Islands
Bevolking Caricomlanden (schatting 2010): 17 miljoen (Haiti 10 miljoen – Montserrat 5000) Import goederen (2010): 17 miljard US$, export 13 miljard US$ [meer dan 50% olie] Diensten: balans ,6 miljard (vnl toerisme) Bron: Caricom
Economische afhankelijkheid van externe markten en toerisme Kleine omvang Hoge productiekosten Beperkt in het concurreren Infrastructurele problemen Natuurrampen
Bahamas5,45,53,6 Barbados4,23,31,7 Jamaica22,718,59,4 Suriname15,94,76,5 T&T37,450,770,5 OECS694,11,7 Anders (Belize/Guyana /Haiti) 7,513,26,6
Bahamas34,326,824,0 Barbados15,013,815,5 Jamaica23,527,526,4 Suriname0,81,22,7 T&T7,5 8,7 OECS15,116,413,8 Anders (Belize/Guyana /Haiti) 3,88,78,9
Land Antigua and Barbuda Bahamas Barbados Belize Dominica Grenada Guyana Haïti Jamaica
Montserrat St. Kitts and Nevis St. Lucia St. Vincent and the Grenadines Suriname T&T Anguilla British Virgin Islands Cayman Turks and Caicos Islands La&CAR6.2
Liberalisering handel, diversificatie export Issues: Vergroting export Inkomsten Internationale standaarden Import voordelen Diensten investeringsklimaat
Kleine economieën Noodzaak tot coördinatie van buitenlands beleid Functionele samenwerking
Koude oorlog: importsubstitutie Jaren 90: open regionalisme
CARICOM CSME CARIFORUM ACS OECS
1. Vrijhandelszone: vrij verkeer van goederen en diensten 2. Douane unie: (1) + gemeenschappelijk extern tarief 3. Gemeenschappelijke markt: (2) + vrij verkeer van arbeid en kapitaal 4. Economische unie: (3) + gemeenschappelijke munt
Verschillen Complexiteit Financiële crisis Onvoldoende vooruitgang Soevereiniteitsvraagstuk
Obstakels - Gebrek aan geld/capaciteit - Gebrek aan politieke wil - Nadruk op soevereiniteit - Gebrek aan publieke kennis/steun