centraal thema Het trainen van motorische eigenschappen bij de jeugd is noodzakelijk om aansluiting te behouden richting HHC1
Sub-thema’s Warming up en cooling down Voetbalblessures bij kinderen Het trainen van grondmotorische eigenschappen
Warming-up Effecten; Verhogen hartfunctie Verhogen longfunctie Aanpassen zenuwstelsel aan te verwachten arbeid Voorbereiden van spierpeesapparaat Mentale voorbereiding
Loopscholing als warming up Het aanleren van deelbewegingen leidt tot een vloeiender en effectiever bewegingscoördinatief vermogen = vaardigheid/behendigheid/handelings snelheid Loopscholing is het ultieme middel deelbewegingen aan te leren, en over te laten gaan naar de totaalbeweging
Opbouw warming-up Algemeen (loopabc) Stretching; (bereiken maximale bewegingsuitslag en spierspanningopbouw) Sportspecifiek; Stabiliteit/kracht (“FIFA 11 rules”/ core stability) Coördinatie/agility (loopscholing, gebruik van markeringsmaterialen, speedladder, ballen Multi-directionele versnellingsloopjes (slalom/ins en outs)
Stretchen zinvol bij kinderen in de groei Zeker waar; te korte spieren vergroten de kans op spier- en pees blessures Te korte spieren maken coördinatief adequaat bewegen vrijwel onmogelijk
Cooling down “uitloopvormen” op 50% van intensiteit van warming- up (3-5 min) Laatste restjes melkzuur (lactaat)worden door het lichaam verbrand, maar er wordt geen melkzuur meer geproduceerd, zodat de spieren na de training makkelijker en sneller herstellen
Voetbal blessures bij kinderen 1) fracturen (avulsie/ greenstick) meestal conservatief
Voetbal blessures bij kinderen 2) apofysitiden (bot-pees aanhechtingen) Bekken,lies, knie, hiel
Voetbal blessures bij kinderen 2) apofysitiden (bot-pees aanhechtingen) Bekken,lies, knie, hiel
Voetbalblessures bij kinderen 2) apofysitiden (vervolg) Fasciitis plantaris
Voetbal blessures bij kinderen 3) pees/spier verrekking/-scheuring/ -kneuzing/groeipijn (spierverkorting) -shinsplints (= beenvliesontsteking van het onderbeen)
Voetbalblessures bij kinderen ad3) Shinsplints (beenvliesontsteking)
Voetbal blessures bij kinderen 4) kneuzingen/ snijwonden/(sub)luxaties vingers, schouder, knie(schijf)
Geen sportspecifieke aandoeningen; a-septische botnecrosen beenmergontsteking Osteochondritis Dissecans
Het trainen van grondmotorische eigenschappen bij de jeugd 1) coördinatie 2) lenigheid 3) kracht/stabiliteit 4) snelheid 5) uithoudingsvermogen prima trainbaar als onderdeel van w-up Afzonderlijk periodiek meetbaar Verbetering van grondmotoriek betekent een betere voetballer worden
Accenten motorische grondeigenschappen Leeftijdsgroep volgorde van importantie 8 t/m 12 ( E/D) C-L-U-S-K 13 t/m 16 (C/B) U-C-L-S-K 17 t/m 23 (A/beloften) U-K-S-L-C
Meten is weten Test grondmotorische eigenschappen periodiek in het seizoen middels gestandaardiseerde testvormpjes en scorelijsten Zorg dus voor ; fluit, stopwatch, pen en schrijfpapier Vergelijk scores met elkaar en bereken gemiddelden. ‘prikkel jeugdspelers’ op een positieve manier
Wat zijn interessante sites ?? Google; zoektermen; loopscholing, FIFA The prevention programme “The 11” www.loopscholing.nl www.runinfo.nl www.4profs.nl www. boekelsport.nl www.toinevdgoolberg.nl www.knvb.nl www.nocnsf.nl
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior F-pupillen (5-9 jaar):4 tegen 4 -snel afgeleid -niet lang concentreren -te speels om datgene te doen wat ouderen van hen verlangen -individueel gericht (‘kluitjes voetbal’) -weinig gevoel om dingen samen te doen
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior E-pupillen (9-11 jaar):7 tegen 7 -grote speldrang/plezier van het doen -doen graag na (loopscholing en techniektraining goed mogelijk) -leren is herhalen -geven al duidelijk aan wat ze wel/niet leuk vinden -zijn doelgericht/aandacht voor scoren -snappen dat overspelen meer oplevert
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior D-pupillen (11-13 jaar): 11 tegen 11 -groter speelveld, nieuwe spelregel (buitenspel), meer teamspelers, andere taakverdeling (aanval, middenveld, verdediging) -verfijning techniek met de bal en loopscholing continueren en inslijpen -aandacht voor teamorganisatie -bedoelingen aanleren in verschillende linies -aandacht voor kwaliteit positiespel (met en zonder bal) -kunnen het aan in teamverband een doel na te streven
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior C-pupillen (13-15): 11 tegen 11 -(begin van de) pubertijd; verwardheid, onzekerheid,eigen ik ontwikkeling, verzet tegen autoriteit, opstandigheid etc. -waarde van sport is soms makkelijk inwisselbaar (wedstrijdsport of vrijetijdbesteding) -GROEISPURT !! -leert standpunten innemen
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior C-pupillen (13-15): vervolg Ontwikkelingsdoelen: -inzicht ontwikkelen in teamtaken -ontwikkelen basistaken per linie/positie -ontwikkelen van functionele handelingen met de bal -leren accepteren van beslissingen -ALS EEN TEAM SPELEN; ALTIJD MEEDOEN IN AANVALLEN, VERDEDIGEN EN OMSCHAKELEN -INDIVIDUELE ACTIES BLIJVEN ONTWIKKELEN VEEL AANDACHT VOOR POSITIESPEL (VARIATIE)
Leeftijdstypische kenmerken F-pupil t/m A-junior B-JUNIOREN(15-17): Ontwikkelingsdoelen: -inzicht ontwikkelen in teamtaken -ontwikkelen basistaken per linie/positie -ontwikkelen van functionele handelingen met de bal -leren accepteren van beslissingen -ALS EEN TEAM SPELEN; ALTIJD MEEDOEN IN AANVALLEN, VERDEDIGEN EN OMSCHAKELEN -INDIVIDUELE ACTIES BLIJVEN ONTWIKKELEN VEEL AANDACHT VOOR POSITIESPEL (VARIATIE)
Met Dank aan Hilbrand van de Belt, orthopaedisch chirurg, Ropcke Zweers ziekenhuis Piet Kampman, sportrevalidatie therapeut en fysiotherapeut bij De Haere