En, denk je dat dit zal vliegen? L=Cl½V²S Natuurlijk, ik heb toch de cursus aerodynamica gevolgd! THEORIE VAN HET VLIEGEN
THEORIE VAN HET VLIEGEN 1. Aerodynamica (stromingsleer) Krachten en momenten t.g.v. omstromende lucht 2. Vliegmechanica Beweging van het vliegtuig o.i.v. bovengenoemde krachten 2a. Prestatieleer Beweging van het vliegtuigzwaartepunt 2b. Vliegeigenschappen Beweging om het vliegtuigzwaartepunt THEORIE VAN HET VLIEGEN
KRACHTEN OP HET VLIEGTUIG 1. Luchtkrachten 2. Zwaartekracht 3. Voortstuwingskrachten 4. Traagheidskrachten Bewegingswetten van Newton 1e wet: traagheidswet 2e wet: Kracht = massa x versnelling 3e wet: actie = - reactie THEORIE VAN HET VLIEGEN
Toelichting op de tweede wet van Newton : F = m x a m: Eenheid van massa is de kilogram (kg) F: Eenheid van kracht is de Newton (N) a: Versnelling in m/sec² Een kracht van 1N geeft aan een massa van 1 kg een versnelling van 1 m/sec² Het gewicht G van een voorwerp is de kracht waarmee het wordt aangetrokken door de aarde Het gewicht wordt veelal uitgedrukt in kgf 1kgf ~ 10N = 1 daN THEORIE VAN HET VLIEGEN
Druk is kracht per oppervlakte-eenheid DRUK OF SPANNING Druk is kracht per oppervlakte-eenheid Eenheid van druk is de Pascal 1 Pascal = 1 Newton / 1 m² THEORIE VAN HET VLIEGEN
EIGENSCHAPPEN VAN LUCHT IN RUST 1. Luchtdruk botsing van luchtdeeltjes tegen oppervlak Luchtdruk op zeeniveau ~ 1 Bar = 100.000 N/m² = 1000 Hecto Pascal 2. Luchtdichtheid = massa per volume eenheid kg/m³ = soortelijke massa wordt uitgedrukt in ρ (rho). Op zeeniveau ρ = 1.25 kg/m³ THEORIE VAN HET VLIEGEN
EIGENSCHAPPEN VAN EEN LUCHTSTROMING Veronderstellingen: 1. Wrijving tussen luchtdeeltjes onderling is verwaarloosbaar Geldt niet voor de grenslaag! 2. Lucht is onsamendrukbaar Dit is juist voor snelheden < 400 km/u THEORIE VAN HET VLIEGEN
Een stroombuis is een pijp waarvan de wand bestaat uit stroomlijnen DEFINITIES Een stroomlijn is een baan van een luchtdeeltje in een stroming die niet in tijd veranderd (stationaire stroming) Een stroombuis is een pijp waarvan de wand bestaat uit stroomlijnen THEORIE VAN HET VLIEGEN
TWEE BELANGRIJKE WETTEN 1. Continuïteitswet (Wet van behoud van volume) Volume dat per tijdseenheid door een doorsnede stroomt blijft constant A1 x V1 = A2 x V2 THEORIE VAN HET VLIEGEN
TWEE BELANGRIJKE WETTEN (vervolg) 2. Wet van Bernoulli Gebaseerd op de wet van behoud van arbeidsvermogen Geeft het verband tussen snelheid en druk p1 + ½ ρ v1² = p2 + ½ ρ v2² = constant = totale- of energiedruk P1 = arbeidsvermogen van plaats = statische druk ½ ρ v1² = arbeidsvermogen van beweging = stuwdruk THEORIE VAN HET VLIEGEN
Wet van Bernoulli (vervolg) p1 + ½ ρ v1² = p2 + ½ ρ v2² = constant = totale- of energiedruk De term ½ ρ v² wordt vaak afgekort tot q THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROOMLIJNEN BIJ WRIJVINGSLOZE BOL Punt 1 v1=0 p1=p+q Punt 2 v2=v p2=p Punt 3 v3=2v p3=p-3q De totale druk op de cylinder = 0 (hydrodynamische paradox) THEORIE VAN HET VLIEGEN
MAAR NU MET WRIJVING THEORIE VAN HET VLIEGEN
DIT LEIDT TOT EEN « GRENSLAAG » In de grenslaag neemt de snelheid van de luchtdeeltjes door afremming af THEORIE VAN HET VLIEGEN
DRUKWEERSTAND EN WRIJVINGSWEERSTAND DRUKWEERSTAND Ddruk = Cdvorm ½ ρ V² S Cdvorm is afhankelijk van de lichaamsvorm WRIJVINGSWEERSTAND Dwrijving = Cdwrijving ½ ρ V² S Cdwrijving is afhankelijk van: de stromingsvorm in de grenslaag de oppervlakteruwheid THEORIE VAN HET VLIEGEN
Luchtdeeltjes bewegen naast elkaar, langs stroomlijnen STROMINGSVORMEN 1. Laminaire stromingen Luchtdeeltjes bewegen naast elkaar, langs stroomlijnen 2. Turbulente stromingen Uitwisseling van luchtdeeltjes tussen stroomlijnen Gevolgen van omslag naar turbulente grenslaag: Grenslaag wordt dikker Weerstand neemt aanmerkelijk toe THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROMINGSVORMEN: Het loslaten van de grenslaag THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROMING ROND EEN PROFIEL Raaklijnkoorde THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROMING ROND EEN PROFIEL (vervolg) THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROMING ROND EEN PROFIEL (vervolg) THEORIE VAN HET VLIEGEN
DRAAIENDE CYLINDER (met weerstand) Wat gebeurt er als de cylinder rechtsom gaat draaien? Wat is het gevolg van deze actie? Magnus effect THEORIE VAN HET VLIEGEN
DRUKMETING THEORIE VAN HET VLIEGEN
STROMING ROND EEN PROFIEL (vervolg) THEORIE VAN HET VLIEGEN
Afhankelijk van vijf factoren: DRAAGKRACHT Afhankelijk van vijf factoren: 1. Luchtsnelheid V 2. Vleugeloppervlak S 3. Profieleigenschappen L = Cl x ½ ρV² x S Cl 4. Invalshoek α De liftformule 5. Luchtdichtheid ρ THEORIE VAN HET VLIEGEN
PROFIELWEERSTAND Drukweerstand Profielweerstand Wrijvingweerstand D= Cd x ½ ρV² x S THEORIE VAN HET VLIEGEN
Grootste dikte verder naar achteren LAMINAIR PROFIEL Laminair profiel Grootste dikte verder naar achteren Bollere onderzijde Omslagpunt verchuift naar achteren Gewoon profiel THEORIE VAN HET VLIEGEN
LAMINAIR PROFIEL 2 THEORIE VAN HET VLIEGEN
Definities en begrippen AERODYNAMICA 3D Definities en begrippen THEORIE VAN HET VLIEGEN
Definities en begrippen (vervolg) AERODYNAMICA 3D Definities en begrippen (vervolg) THEORIE VAN HET VLIEGEN
DE VLEUGEL IN EEN LUCHTSTROMING THEORIE VAN HET VLIEGEN
DE VLEUGEL IN EEN LUCHTSTROMING: Tipwervels THEORIE VAN HET VLIEGEN
DE VLEUGEL IN EEN LUCHTSTROMING: Tipwervels (2) THEORIE VAN HET VLIEGEN
GEINDUCEERDE WEERSTAND = de tol die we moeten betalen voor het produceren van lift (lift induced drag) Ontstaat door tip omstroming Winglets kunnen dit « lek » verminderen Geïnduceerde weerstand is minimaal als: 1. De draagkracht verdeling ellipsvormig is 2. De vleugelslankheid groot is 3. De invalshoek klein, dus als snelheid groot is THEORIE VAN HET VLIEGEN
WINGLETS ASW 28 THEORIE VAN HET VLIEGEN
WINGLETS (2) THEORIE VAN HET VLIEGEN
Schadelijke weerstand WEERSTANDSVORMEN Totale weerstand Vleugelweerstand Schadelijke weerstand Geïnduceerde weerstand Profiel weerstand Interferentie weerstand Rest weerstand Druk weerstand Wrijving weerstand Druk weerstand Wrijving weerstand Weerstand van alle delen v.h.vliegtuig behalve vleugel Di=Cdi ½ ρ V² S Dprofiel=Cdprof ½ ρ V² S THEORIE VAN HET VLIEGEN
WEERSTANDSVORMEN (vervolg) vliegsnelheid weerstand snelheidspolaire daal snelheid Geïnduceerde weerstand Profiel weerstand Schadelijke weerstand THEORIE VAN HET VLIEGEN
INTERFERENTIE WEERSTAND Extra weerstand als gevolg van onderlinge beïnvloeding van de luchtstromingen over de diverse onderdelen THEORIE VAN HET VLIEGEN
Minimum dalen bij minimale totale weerstand, dus als: Geïnduceerde weerstand gelijk is aan schadelijke weerstand THEORIE VAN HET VLIEGEN
1. Afname van de draagkracht GEVOLGEN VAN OVERTREK 1. Afname van de draagkracht 2. Sterke toename van de weerstand 3. Verandering van de « aerodynamische momenten » 4. Schudden van het vliegtuig en/of stabilo THEORIE VAN HET VLIEGEN
INVLOED VAN DE VLEUGELVORM OP DE PLAATS VAN OVERTREK Wrong of tipverdraaiing THEORIE VAN HET VLIEGEN
BEINVLOEDING VAN DRAAGKRACHT EN WEERSTAND Prestatiezweefvliegtuigen hebben welvingskleppen (flaps) THEORIE VAN HET VLIEGEN
INVALSHOEKVERANDERING BIJ KLEPUITSLAG Koorde α1 Luchtstroming Koorde α2 Luchtstroming Welvingskleppen veranderen het profiel (de welving) en daarmee de instelhoek THEORIE VAN HET VLIEGEN
BEINVLOEDING VAN DRAAGKRACHT EN WEERSTAND (vervolg) 1. Duikremkleppen 2. Spoilers THEORIE VAN HET VLIEGEN
Einde eerste deel. THEORIE VAN HET VLIEGEN
THEORIE VAN HET VLIEGEN
THEORIE VAN HET VLIEGEN 1. Aerodynamica (stromingsleer) Krachten en momenten t.g.v. omstromende lucht 2. Vliegmechanica Beweging van het vliegtuig o.i.v. bovengenoemde krachten 2a. Prestatieleer Beweging van het vliegtuigzwaartepunt 2b. Vliegeigenschappen Beweging om het vliegtuigzwaartepunt THEORIE VAN HET VLIEGEN
Prestatieleer Vliegeigenschappen VLIEGMECHANICA Studie van de beweging van het zwaartepunt, o.i.v. zwaartekracht en aerodynamische krachten Studie van vliegtoestanden in Stationaire vlucht Rechtlijnige vlucht Symmetrische vlucht Slippende vlucht Resultaat: prestaties in stationaire rechtlijnige vlucht en bochten Resultaat: Krachten- en momenten evenwicht Stabiele evenwichtstoestand Gemakkelijk gewenste beweging instellen en handhaven THEORIE VAN HET VLIEGEN
KRACHTEN EVENWICHT G1 G2 G THEORIE VAN HET VLIEGEN
HOEKEN THEORIE VAN HET VLIEGEN
WEERSTANDSVORMEN (vervolg) vliegsnelheid weerstand snelheidspolaire daal snelheid Geïnduceerde weerstand Profiel weerstand Schadelijke weerstand THEORIE VAN HET VLIEGEN
SNELHEIDSPOLAIRE THEORIE VAN HET VLIEGEN
INVLOED VAN HET GEWICHT THEORIE VAN HET VLIEGEN
INVLOED VAN HET GEWICHT (vervolg) Vleugelbelasting = Gewicht / Vleugeloppervlak Variatie door: waterballast Oppervlak vergrotende kleppen Losse opzetstukken Uitschuifbare vleugeltippen V(nieuw) voor beste glijhoek = V(oud) x √G(nieuw) / √G(oud) Minimale glijhoek blijft hetzelfde ! Minimale daalsnelheid neemt toe bij > G/S THEORIE VAN HET VLIEGEN
KRACHTEN IN DE BOCHT THEORIE VAN HET VLIEGEN
MINIMUM SNELHEID IN DE BOCHT In de bocht neemt de overtreksnelheid toe met een factor 1/cos THEORIE VAN HET VLIEGEN
Bochtstraal is onafhankelijk van de massa g x tgφ R = BOCHTSTRAAL Wat valt hieraan op? Bochtstraal is onafhankelijk van de massa THEORIE VAN HET VLIEGEN
ONZUIVERE BOCHTEN THEORIE VAN HET VLIEGEN
Vs1 = Overtreksnelheid (Stall) bij G=1 Va = Manoeuvreersnelheid Stap 1: n=(V/Vs1)² Stap 2: n max=5.3 (OSTIV) Va Stap 3: Vd Belastingsfactor n Stap 4: Vne=0.85xVd 7 Breuk 6 5 Schade 4 Niet mogelijk 3 Breuk (Flutter) 2 Vs1 1 Schade Vliegsnelheid V Va Vne Vd -1 -2 Schade -3 Niet mogelijk Breuk Vs1 = Overtreksnelheid (Stall) bij G=1 Va = Manoeuvreersnelheid Vd = Design dive speed Vne = Max. snelheid (Never exceed)
AANVLIEGEN VAN EEN THERMIEKBEL 1. Invalshoek wordt groter 2. L neemt toe en gaat iets voorover hellen, waardoor ontbondene in voorwaartse richting ontstaat 3.Vliegtuig versnelt Gevaar: kan overtrekken door plotselinge α vergroting THEORIE VAN HET VLIEGEN
TOLVLUCHT EN SPIRAALDUIK Tolvlucht (vrille, spin) Overtrokken vliegtoestand lage belastingen (lage snelheid) Optrekken uit duik kan hoge belastingen veroorzaken Spiraalduik Bocht met zo’n grote helling en snelheid dat trekken leidt tot kleinere cirkel-straal en daardoor weer hogere snelheid hoge belastingen (hoge snelheid) Niet overtrokken THEORIE VAN HET VLIEGEN
TOLVLUCHT (vervolg) Overtrokken vliegtoestand, met draaing om topas en langsas (autorotatie) THEORIE VAN HET VLIEGEN
VLAKTREKKEND MOMENT IN TOLVLUCHT THEORIE VAN HET VLIEGEN
Welke vleugel overtrekt het eerst? DALENDE BOCHT Welke vleugel overtrekt het eerst? THEORIE VAN HET VLIEGEN
Welke vleugel overtrekt het eerst? STIJGENDE BOCHT Welke vleugel overtrekt het eerst? THEORIE VAN HET VLIEGEN
VLIEGEIGENSCHAPPEN THEORIE VAN HET VLIEGEN
Hoe kunnen we stuurkrachten voldoende klein houden? Aerodynamisch balanceren: 1. Gunstige keuze van de draaias 2. Hoornbalansvlak 3. Hulproertje = trimvlak THEORIE VAN HET VLIEGEN
TRIMWERKING THEORIE VAN HET VLIEGEN
STATISCHE EN DYNAMISCHE STABILITEIT Stabiliteit van toestand Stabiliteit van beweging Na verstoring ontstaat kracht die oorspronkelijke evenwichtstoestand hersteld b.v. door turbulentie andere stand t.o.v. stroming. Aerodynamisch moment herstelt oorspronkelijk evenwicht. b.v. Flutter = Dynamisch onstabiel trillings probleem THEORIE VAN HET VLIEGEN
Belangrijkst: Langsstabiliteit (t.o.v.de dwarsas) STATISCHE STABILITEIT BIJ VLIEGTUIGEN Belangrijkst: Langsstabiliteit (t.o.v.de dwarsas) Richtingsstabiliteit (t.o.v. de topas) Rolstabiliteit (t.o.v. de langsas) THEORIE VAN HET VLIEGEN
LANGS-STABILITEIT Hoe? Minof meer constant drukpunt Stabilo ver achter vleugel Dimensionering van instelhoek van stabilo “Voorlijk” zwaartepunt THEORIE VAN HET VLIEGEN
RICHTINGS-STABILITEIT Hoe? Kielvlak (en positieve pijlstelling) THEORIE VAN HET VLIEGEN
Ligging v.h. zwaartepunt in verticale zin ROL-STABILITEIT Hoe? V-vorm van de vleugel Ligging v.h. zwaartepunt in verticale zin THEORIE VAN HET VLIEGEN
ROL-STABILITEIT (vervolg) THEORIE VAN HET VLIEGEN
DE SLIPPENDE VLUCHT THEORIE VAN HET VLIEGEN
ROLMOMENT IN SLIPPENDE VLUCHT THEORIE VAN HET VLIEGEN
Trillingsvormen van een vleugel FLUTTER = Onstabiele trilling Trillingsvormen van een vleugel Buiging Torsie THEORIE VAN HET VLIEGEN
FLUTTER (vervolg) Vleugel-buiging-torsie trilling Vleugel-rolroer trilling THEORIE VAN HET VLIEGEN
FLUTTER (vervolg) Flutter beperking 1. Massa balancering 2. Balanceer gewichten 3. Vergroten van buig- en torsiestijfheid 4. Minimale speling in de stuurorganen THEORIE VAN HET VLIEGEN
Einde deel 2 THEORIE VAN HET VLIEGEN
THEORIE VAN HET VLIEGEN