Seculiere en Reguliere Geestelijken

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 2 - Investituurstrijd.
Advertisements

Feodalisme en het hofstelsel
Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.)
Hofstelsel en leenstelsel
Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1
Zingeving van het bestaan
Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties
Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1
Kerstening van Noordwest-Europa - werkwijze
Christendom in Europa.
De samenleving in de Vroege Middeleeuwen
De middeleeuwen: cultuur en literatuur
De Christelijke Kerk in West Europa valt uiteen
Paragraaf 1: Frankrijk in de 18e eeuw
Middeleeuwen: Monniken en Ridders
Machtige heren, halfvrije boeren
Verdediger van het Christendom
Hoofdstuk 3 Extra informatie…
De kerk in de Middeleeuwen
Kenmerk 7: De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 18: De Germaanse cultuur.
Kenmerk 7: 07 b De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 2: De Germaanse cultuur en opkomst der Franken.
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 2: Het Ontstaan.
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 3: Mesopotamië:
Les 5 - Groei van de Steden
Hoge en lage edelen Het merendeel der adel bestond uit lage adel
Kenmerk 9: De verspreiding van het christendom in geheel Europa Les 1: Clovis, de Kloosters en Tijdvak 3: Vroege Middeleeuwen; de tijd van ridders en.
Kenmerk 9: De verspreiding van het christendom in geheel Europa Les 11: Het Christendom in Europa Tijdvak 3: Vroege Middeleeuwen; de tijd van ridders.
invloed van de Kerk op de Middeleeuwse cultuur
Strijd tussen De Kerk en De Staat Les 8 - Investituurstrijd
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 13 - Investituurstrijd.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 2: De Romeinen en hun bestuur.
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Een anachronisme? Welk beeld heb jij bij/van ridders?
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 1: Oorzaken.
Karel en grote problemen
Europa wordt christelijk
Verbreiding van het Christendom in Europa.
Middeleeuwen.
3.3 Christendom in Europa.
Vrijheidsrechten en politieke rechten in Nederland
Aantekeningen en afbeeldingen.
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 1 - Verzet en.
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Tijd van steden en staten ( n. Chr.)
Hoofdstuk V: Rome Les 3 - par 2 – Romeinse samenleving
Kenmerk 16 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 2: De Kruistochten.
DE VROEGE MIDDELEEUWEN
4.5 De Nederlanden onder de Bourgondiërs - de Gewesten
Paragraaf 3, trouw aan de heer
Een Christelijke samenleving
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Renaissance en Opstand
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Ka11. het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
H 3 Monniken en ridders§ 3.4 Christendom in Europa Wat moet je weten aan het eind van de les? Hoe de hiërarchie van de rooms katholieke kerk in elkaar.
Tijd van steden en staten
H3.2 Europa wordt Christelijk
Monniken en ridders 5.2 De kerstening van Europa
De vroege middeleeuwen
Monniken en ridders 5.2 De kerstening van Europa
Pruiken en revoluties 4.1 De pruikentijd
Europa wordt christelijk
OPKOMST VAN HET CHRISTENDOM
THEMA 3 – LES 3 HET KLOOSTERLEVEN.
KA 12 - Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
Cursus 5.2 : Monniken en Ridders 1 KB Lesweek 1
Par 3: Oorzaken van de Franse Revolutie
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 28 - Investituurstrijd.
Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.)
Transcript van de presentatie:

Kenmerk 12 Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur Les 2: De Geestelijken

Seculiere en Reguliere Geestelijken 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 Seculiere en Reguliere Geestelijken Seculiere geestelijken Zij stonden tussen de mensen Van dorppriesters tot de Paus Reguliere geestelijken Leefden in afzondering Nonnen en Monniken

Monikken/Nonnen en Ordes 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 Monikken/Nonnen en Ordes Aan het hoofd van een abdij Stond de abt (of abdis) De abdij viel onder een bepaalde orde Oudste: die van Benedictus, de Benedictijnen (529) Strikte regels binnen zo’n orde/abdij Naast het zich weiden aan God verrichtte men binnen/om het klooster ook veel werk Kon zeer uiteenlopend zijn Vertalen geschriften; aanleggen dijken; herberg zijn; vee houden; bier bouwen; zorgen voor de armen in de buurt; enz. Hierdoor belangrijke economische functie in de samenleving

Monnik aan het werk

Een klooster in de Middeleeuwen bestond uit een aantal onderdelen, namelijk een bibliotheek, een school, een kerk, een schijfzaal, begraafplaats en een aantal akkers.

Geestelijkheid als essentieel onderdeel van de maatschappij 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 Geestelijkheid als essentieel onderdeel van de maatschappij Het werk van/voor God Dopen, bidden, vergeven, preken, huwelijken sluiten Zij waren voor de lokale gemeenschap de link naar de rest van de wereld Onmisbaar voor het bestuur (lezen/schrijven) Konden ook leenheer/leenman zijn ►

Voorbeelden van hun invloed 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 Voorbeelden van hun invloed Een Paus kon koningen in de ban doen Hetgeen ook zo nu en dan gebeurde De Kerk bezat enorm veel land en rijkdom uit inkomsten van dat land en allerlei kerkelijke belastingen en giften De Kerk had grote invloed op de kunst Zij liet veel bouwen, houwen en schilderen Zij bepaalde veelal waarover geschreven werd De Kerk controleerde heel lang de wetenschap Geestelijken bestudeerden meestal alleen maar wat voor de Kerk zinnig was Medio 13e eeuw was de Kerk op de top van haar macht