Kritische Discoursanalyse

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De gemiddelde leerling
Advertisements

45 levenslessen Noorwegen. Teksten van: Regina Brett. Music: snowdream
BRIDGE Vervolgcursus Vervolg op starterscursus Bridgeclub Schiedam ‘59 info: Maandagavond: 19: – of
Sudoku puzzels: hoe los je ze op en hoe maak je ze?
‘SMS’ Studeren met Succes deel 1
Hier en hiernamaals.
1 19 jan Urk. 2 de context van 2Korinthe 3  Paulus reageert op beschuldigingen dat hij onbevoegd zou zijn (3:1,2);  Paulus plaatst zijn Evangelie.
Paulus' eerste brief aan Korinthe (20) 23 januari 2013 Bodegraven.
ONTSPAN JE..., LUISTER ..., EN BEWONDER
28 juni 2009 Paëllanamiddag 1 Paëllanamiddag 28 juni 2009 Voorbereiding vrijdagavond (Loopt automatisch - 7 seconden)
Werkwoorden d t dt.
NEDERLANDS WOORD BEELD IN & IN Klik met de muis
Sociaal emotionele ontwikkeling en groepsgedrag
BRIDGE Vervolgcursus Vervolg op starterscursus Bridgeclub Schiedam ‘59 info: Maandagavond: 19: – of
ZIEHIER 36 REDENEN WAAROM BIER
November 2013 Opinieonderzoek Vlaanderen – oktober 2013 Opiniepeiling Vlaanderen uitgevoerd op het iVOXpanel.
Global e-Society Complex België - Regio Vlaanderen e-Regio Provincie Limburg Stad Hasselt Percelen.
7 april 2013 Zoetermeer 1. 1Korinthe Maar, zal iemand zeggen, hoe worden de doden opgewekt? En met wat voor lichaam komen zij? 2.
STAPPENPLAN GRAMMATICUS.
Ronde (Sport & Spel) Quiz Night !
Kan ook maar iets dat gemaakt wordt door mensen in de buurt komen van de schoonheid van de natuur? Misschien muziek! FAUNA FAUNA.
Presenteren voor starters
Start.
1. 3 Indien iemand een andere leer verkondigt en zich niet voegt naar de gezonde woorden van onze Here Jezus Christus*... * = de woorden die de Here Jezus.
9 januari 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 11 1 Wordt mijn navolgers, gelijk ook ik Christus navolg. 2.
Nooit meer onnodig groen? Luuk Misdom, IT&T
BZ voor de Klas 3 juni 2010.
“Ik kan dit niet oplossen...” “Ik zal de weg voor jou banen”
Passie - Verrijzenis Arcabas
1 introductie 3'46” …………… normaal hart hond 1'41” ……..
Wat levert de tweede pensioenpijler op voor het personeelslid? 1 Enkele simulaties op basis van de weddeschaal B1-B3.
1 7 nov Rijnsburg 7 nov Rijnsburg. 2 Hebreeën 7 15 En nog veel duidelijker wordt het, als naar het evenbeeld van Melchisedek een andere priester.
13 maart 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, een lichaam.
1. Gereformeerde Synode dr. J.G. Geelkerken 3.
Pasen & Pinksteren op één dag!
"in geen ding bezorgd" 1.
1 19 dec Rijnsburg 19 dec Rijnsburg. 2 Hebreeën 8 1 De hoofdzaak VAN ONS ONDERWERP is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is.
1 donderdag 3 januari 2013 bespreking vanaf Kolosse 4 4 donderdag 3 januari 2013 bespreking vanaf Kolosse 4 4.
User management voor ondernemingen en organisaties
2009 Tevredenheidsenquête Resultaten Opleidingsinstellingen.
Wanneer heb je een echt, levend, geloof?
ECHT ONGELOOFLIJK. Lees alle getallen. langzaam en rij voor rij
17/08/2014 | pag. 1 Fractale en Wavelet Beeldcompressie Les 5.
17/08/2014 | pag. 1 Fractale en Wavelet Beeldcompressie Les 3.
Fractale en Wavelet Beeldcompressie
De financiële functie: Integrale bedrijfsanalyse©
Kirti Zeijlmans MSc Rijksuniversiteit Groningen Voor meer informatie:
1 Amsterdam, april 2005 Drs. Frits Spangenberg Rotary Extern imago.
aangename ont - moeting
31 augustus 2014 Zoetermeer 1. de vorige keer... Handelingen 20  Paulus' derde 'zendingsreis'  is op doorreis naar Jeruzalem  passeert Efeze (waar.
Middeleeuwen De antwoorden in deze powerpoint komen van (naam en klas invullen a.u.b.)
1 4 september 2014 Rijnsburg 4 september 2014 Rijnsburg.
Even voorstellen : Groep 3b
JOUW WERELD MIJN WERELD
1 16 jan Rijnsburg 16 jan Rijnsburg. 2 de vorige keer:  "de hoofdsom van het gezegde" (8:1)  de aankondiging van een nieuw verbond (8:8)
Ik wil jou van harte dienen
1 Zie ook identiteit.pdf willen denkenvoelen 5 Zie ook identiteit.pdf.
12 sept 2013 Bodegraven 1. 2  vooraf lezen: 1Kor.7:12 t/m 24  indeling 1Korinthe 7  1 t/m 9: over het huwelijk  10 t/m 16: over echtscheiding  16.
Strijd tegen de zonde?.
Romeinen 7:1 – 8:2 1Weet u dan niet, broeders en zusters, ik spreek immers tot mensen die de wet kennen, dat de wet alleen gezag over een mens heeft zolang.
13 november 2014 Bodegraven 1. 2 de vorige keer: 1Kor.15:29-34 indien er geen doden opgewekt worden...  vs 29: waarom dopen?  vs.30-32: waarom doodsgevaren.
1 DE ADVIEZEN VAN BEURSMAKELAAR BERNARD BUSSCHAERT Week
Zondag 7 HC Franeker 21 februari 2010
ONTSPAN , LUISTER EN LEES
30 juni 2013 Zoetermeer 1. 2 Handelingen 14:27 27 En daar aangekomen, riepen zij de gemeente bijeen en gaven verslag van al wat God met hen gedaan had,
23 mei 2013 Bodegraven vanaf hoofdstuk 6: hoofdst.1: de wijsheid van de wereld hoofdst.2: de wijsheid van God hoofdst.3: Gods akker en Gods bouwwerk.
1 DE ADVIEZEN VAN BEURSMAKELAAR BERNARD BUSSCHAERT Week
26 sept 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 8 1 Wat het offervlees aangaat, wij weten, dat wij allen kennis bezitten. De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde.
Transcript van de presentatie:

Kritische Discoursanalyse Rob de lange

Opbouw Wat is (kritische) discoursanalyse? Enige voorbeelden/illustraties Oproep tot gebruik in eigen praktijk

Kritische Discoursanalyse Wat betekent discours? Wat betekent kritisch? Wat is kritische discoursanalyse? (CDA) Het Franse woord discours betekent letterlijk toespraak of redevoering. In Nederland is het woord discours in het verleden ook wel vertaald als vertoog, maar tegenwoordig wordt in Nederlandse teksten meestal het Franse woord gebruikt of de Engelse vertaling ervan: discourse. De term ‘discours’ wordt gebruikt om alle vormen van spreken of tekst aan te duiden, of het nu gaat om gewone gesprekken, interviewverslagen of allerlei geschreven teksten. Maar films, videofragmenten, geluidsopnamen, foto’s en afbeeldingen kunnen ook onderdeel van een discours zijn. Een discours is het geheel aan redeneringen waarmee een onderwerp in een bepaald perspectief wordt gezet. Je zou ook eenvoudigweg kunnen zeggen: discours is de wijze waarop er in de media, door het grote publiek, in officiële documenten ed. over een onderwerp gesproken en geschreven wordt. Zo kennen we het minderhedendiscours, het klimaatdiscours, het discours over de Europese eenwording, het discours rond de exorbitante zelfverrijking van topmanagers, om een paar spraakmakende voorbeelden te noemen. Maar er zijn er natuurlijk veel meer. Er zijn misschien wel net zo veel discoursen als er onderwerpen zijn en dat is in principe onbeperkt. Kritisch betekent dat de analyse plaatsvindt vanuit het perspectief van gerechtigheid (social justice), onmacht, machtsverschillen uitsluiting en uitbuiting. Taal is geen neutraal vehikel, taal kan ook macht vertegenwoordigen Kritische discours analyse (Critical Discourse Analysis of CDA) is het samenbrengen van een kritische sociologische analyse en een taalkundige analyse.

Enige illustraties: Schinkel De gedroomde samenleving, 2008 rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau over etnische groepen: integratie “[integratie]” de negatieve associaties die vroeger met ras verbonden werden (het racistisch discours) tegenwoordig verbonden worden met cultuur (culturisme) woordgebruik, associaties, zinsconstructies, beeldspraak, vage, impliciete formuleringen, zijn vaak niet zo onschuldig als we geneigd zijn om te denken Taalhandelingen Taal = macht SCP Rapport: “van alle etnische groepen gaan de Turken het meest om met de eigen etnische groep”. Later blijken Nederlanders dat het meest te doen. Implicatie: Nederlanders zijn geen etnische groep, integratie is iets voor hen, niet voor ons.

Enige illustraties: Fairclough Genre en genre-mixing Representatie van sociale gebeurtenissen: ‘Finest grade cigar tobaccos from around the world are selected for Hamlet. Choice leaves, harvested by hand, are dried, fermented and carefully conditioned. Then the artistry of our blenders creates this unique mild, cool, smooth smoking cigar.’ Norman Fairclough is een van de grondleggers van de kritische discours analyse, samen met Teun van Dijk (zie verderop) en Ruth Wodak Genre kan zijn: journalistiek stuk, redevoering, gesprek, e-mail, interview, management boek, het TV Journaal e.d. Voorbeeld van genre-mixing: zogenoemde advertorials, een reclameboodschap wordt verpakt als objectief, journalistiek artikel, waarbij het onderwerp als zaak als algemeen belang wordt geëtaleerd en de CEO als pionier met een visie. Maar in werkelijkheid is het voor veel geld gekochte reclame. T.a.v. Hamlet sigaren: Een deel van de betrokken personen is erin opgenomen (our blenders), maar een ander deel is uitgesloten (de personen die selecteren, oogsten, drogen en fermenteren). Ook uitgesloten zijn de sociale relaties en instituties, middelen, tijd en plaats: waar, door wie, wanneer en onder welke omstandigheden werden de tabaksbladen geplukt en gedroogd.

Enige illustraties: Fairclough Nominalisatie: een grammaticale metafoor die processen als entiteiten voorstelt door zinnen/werkwoorden om te zetten in zelfstandig naamwoorden: Banenverlies (=iemand ontslaat iemand) Verandering (iemand brengt een verandering teweeg) Destructie (= iets wordt verwoest door iemand) Vaak worden nominalisaties het onderwerp van zinnen in plaats van personen: ‘Veranderingen zijn op komst’, ‘kapitaal verplaatst zich’ ‘banenverlies leidt tot koopkrachtverlies’. Deze voorbeelden hebben gemeen dat de verantwoordelijke, handelende persoon (de agent) buiten beeld wordt gehouden

Enige illustraties: Loïc Wacquant Punir les pauvres (2006) De kritische sociologische analyse: bestaansonzekerheid in de vorm van het verdwijnen van vaste banen en de toename van flexibele, tijdelijke betrekkingen Een op de drie Amerikanen is tegenwoordig een tijdelijke arbeidskracht De doorsnee tijdelijke werknemer verdient ongeveer een derde van iemand in vaste dienst Steeds meer zogenoemde working poor gelijktijdige afname van allerlei ondersteunende sociale voorzieningen voor onderwijs, voor gezondheidszorg, voor alleenstaande moeders met kinderen enz. Loïc Wacquant (2004). Straf de Armen. Het nieuwe beleid van de sociale onzekerheid. Berchem (België): Uitgeverij EPO

Enige illustraties: Wacquant Allerlei disciplinerende maatregelen en instanties vertonen een sterk stijgende lijn In sommige staten kost een gevangene 11 keer meer dan een steuntrekker De VS tellen thans 2 miljoen gevangenen, waarvan een buitenproportioneel deel wordt gevormd door zwarten en andere kansarme minderheden Dit beperkt zich niet tot de VS. “Het aantal gevangenen is verdubbeld in Frankrijk, België en Engeland, ze is meer dan verdrievoudigd in Nederland, Spanje en Griekenland en vervijfvoudigd in de VS”

Enige illustraties: Wacquant De kritische discursieve analyse Reframing in beleidsstukken:welfare wordt workfare de arbeidsmarkt wordt ‘bevrijd’ van administratieve rompslomp en wettelijke beschermingsmaatregelen in Michigan wordt het Department of Social Services omgedoopt tot Family Independence Agency de Wet op Bijstand wordt de Wet op de Individuele Verantwoordelijkheid en Arbeid “we moeten ophouden met het verzinnen van sociologische excuses en mensen nog sterker aanspreken op hun persoonlijke verantwoordelijkheid” Wacquant: “de strijd tegen armoede wordt de strijd tegen de armen” Dit zijn voorbeelden uit het zogenoemde neoliberale discours dat ook in onze streken steeds prominenter wordt

Enige illustraties: Van Dijk Het racistisch discours: Schijnbare ontkenning: We hebben niks tegen zwarten, maar ... Schijnbare tegemoetkoming: Sommige van hen zijn slim, maar over het algemeen ... Schijnbare empathie: Natuurlijk hebben vluchtelingen problemen gehad, maar ... Schijnbare onwetendheid: Ik weet het niet, maar ... Schijnbare verontschuldiging: Het spijt me, maar ... Omkering (het slachtoffer krijgt de schuld): Niet zij, maar wij zijn de echte slachtoffers... Overdracht: Mij kan het niet schelen, maar mijn klanten ...

Wij/Ons Goed Slecht Zij/de Ander Het basispatroon zoals Van Dijk dat waarneemt in veel berichtgeving: een 2 x 2 matrix van ‘goed’ en ‘slecht’ met de perspectieven van Wij en Zij. Daarbij wordt vaak het vakje linksonder ingevuld: Wij zijn goed en Zij zijn slecht.

Sneijder & Te Molder: discursieve psychologie Analyseren de gedachtewisseling op de website van de Nederlandse Vereniging voor Veganisme Een voorbeeld van een minder (maatschappij)kritische discoursanalyse.

Ze positioneert zich als hulpzoeker. Extract 1: Thread Ontbijt van: Anne 1 Hoi, ik zal me eerst even 2 voorstellen, ik ben Anne en ben nu 3 een jaar vegetarisch aan het eten. 4 Ik wil ook gaan minderen in het 5 eten van zuivel en eieren etc. 6 maar nu heb ik een vraagje, wat 7 mag je precies wel en niet eten 8 eigenlijk? Want jullie hebben het 9 op deze site wel over E stoffen 10 enzo maar hoe weet ik nu precies 11 wat ik (liever) niet kan eten, om 12 maar een voorbeeld te noemen, hoe 13 ziet het ontbijt van een veganist 14 eruit? Ik heb eerlijk gezegd geen 15 idee! En hoe zit het verder met de 16 voedingsstoffen die je door 17 bepaalde dingen niet te eten 18 niet binnenkrijgt?! Kan iemand mij 19 helpen? Erg bedankt alvast, 20 groetjes Anne Anne construeert leden van de categorie ‘veganisten’ als strikte regelvolgers, op basis van expertkennis. Ze positioneert zich als hulpzoeker. Door de andere bezoekers van de site met ‘jullie’ aan te spreken (regel 8) plaats zij zich erbuiten. Door ‘E nummers enzo’ (regel 9) distantieert ze zich van het specifieke vocabulaire van de veganisten. Zij construeert een contrast tussen haar onwetendheid en de technische kennis van de veganisten. Het woord ‘precies’ in regels 7 en 10 definieert de informatie die nodig is om het veganisme te praktiseren als: heel precies en eenduidig.

Extract 1a: Antwoord op Ontbijt van: Brian 21 (5 regels weggelaten) Zelf eet 22 ik ’s morgens allen maar fruit. 23 Ik begin met wat geperste 24 sinasappelen en op m’n werk eet ik 25 een inke banaan. In de loop van 26 de morgen eet ik dan nog meer 27 fruit zoals kiwi’s, grapefruit, 28 druiven, perzikken, noem maar op. 29 Je kunt ook muesli als ontbijt 30 nemen met soja- of rijstemelk of 31 gewoon boterhammen, want 32 plantaardig broodbeleg is er 33 genoeg. 34 Alle voedingsstoffen, vitaminen 35 en mineralen komen in heel 36 bruikbare vorm voor in 37 plantaardige voedingsstoffen, 38 vaak veel beter als in 39 dierlijke. Door te varieren 40 met groenten, fruit, peulvruchten, 41 granen en noten, kun je zonder er 42 speciaal op te letten haast geen 43 tekort oplopen van wat dan ook. 44 (41 regels weggelaten) Brian schetst zijn ontbijt als heel eenvoudig en recht-toe-recht-aan. Hij eet ‘alleen maar fruit’(regel 22). Hij voorkomt dat dit wordt gezien als een onevenwichtige maaltijd door te verwijzen naar allerlei soorten fruit: ‘geperste sinaasappelen’, ‘een flinke banaan’, ‘meer fruit zoals kiwi’s, grapefruit, druiven, perziken, noem maar op’ (de schrijffouten zitten in het origineel). De uitdrukking ‘noem maar op’ suggereert dat hij zo nog uren door kan gaan.… In de laatste 5 regels bevestigt Brian het beeld van de veganist als een ongecompliceerde eter die niets buitengewoons hoeft te doen om tekorten aan voedingsstoffen te vermijden.

Technische hulpmiddelen Tegenwoordig is er ook sophisticated software die kan helpen teksten te analyseren: Max.qda: (qda = qualitative data analysis) tekstanalyse Atlas.ti: tekstanalyse, maar kan ook beeld en geluid in de analyse betrekken WordSmith Bijvoorbeeld: je kunt een tekst digitaal invoeren in Max.qda en vervolgens woorden of zinsdelen markeren, labelen en vervolgens op zoek gaan naar samenhangen

Voorbeeld van analyse met WordSmith Voorbeeld van WordSmith: Nicolina Montessori ging voor haar proefschrift in het discours van een Mexicaanse rebellengroep op zoek naar het veelvuldig gebruikte woord democracia. Met deze software kun je zoeken naar de woorden die er direct voor of na bij gezegd of geschreven worden. Zo wordt (letterlijk) de connotatie van dat woord duidelijk. Conclusie: zij zijn vooral etnisch en retro georiënteerd. Je zou verschillende discursieve praktijken onderling kunnen vergelijken: wat betekent democratie voor de een en wat voor de ander?

Oproep Welk(e) discours(en) is/zijn dominant in jouw situatie? Hoe verhoudt die zich tot de sociale of maatschappelijke verhoudingen binnen of buiten de organisatie? Welke linguïstische/discursieve middelen worden daarbij ingezet? Je kunt dit doen voor je eigen situatie of bijvoorbeeld voor een organisatie die jij analyseert en/of adviseert. Materiaal kan zijn: redevoeringen, beleidsstukken, jaarverslagen, memo’s etc.