Thema 3: Begeleiden van leerlingen met dyslexie Dyslectische leerlingen en de zaakvakken: vakspecifieke begeleiding
Literatuur Krosse, de H. & Kleijnen, R. (2008). Dyslectische leerlingen en de zaakvakken. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands
Te bestuderen paragrafen: § 2.2. Vakspecifieke begeleiding (inleiding) § 2.2.1 Zaakvakken en taalvaardigheid § 2.2.2 Automatisering en werkgeheugen: de niet-talige vaardigheden
Vakspecifieke begeleiding (inleiding) Eerst sterke kanten inventariseren, dan de problemen (oplossingsgericht) aanpakken Onderliggende kerntekorten van dyslexie zijn van invloed op talige en niet-talige vaardigheden
§ 2.2.1 Zaakvakken en taalvaardigheid De volgende talige vaardigheden worden besproken: Taalgericht vakonderwijs Technisch lezen Woordenschat Strategisch lezen Strategisch schrijven
Taalgericht vakonderwijs (1) Taalgericht vakonderwijs zoekt naar mogelijkheden om leren en taal aandacht te geven in de vaklessen. De vakinhoud staat voorop, en daarover praat en schrijf je met elkaar in vaktaal. Aandacht voor taal betekent dan dubbele winst.
Taalgericht vakonderwijs (2) De uitgangspunten van taalgericht vakonderwijs bieden handvatten voor dyslectici: Expliciete taaldoelen Contextrijk onderwijs Interactiemogelijkheden Taalsteun
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Technisch lezen Technisch lezen is de voorwaarde om te komen tot begrijpend lezen Technisch lezen vormt zo’n grote inspanning voor dyslectische leerlingen dat: het begrip van de tekst belemmerd wordt ze niet komen tot een flexibele inzet van strategieën
Begeleidingsmogelijkheden technisch lezen Tijd om thuis voor te bereiden en extra leestijd in de les Auditieve ondersteuning (voorlezen, Daisy-speler, mp3-speler, reading pen, tekst-naar-spraaksoftware) Overzicht geven van de hoofdpunten (ondersteuning bij begrip) Pre-teaching
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Woordenschat (1) Woordenschat is een cruciale voorwaarde voor begrijpend lezen Dyslectici hebben vaak een achterstand in woordenschat door geringe leeservaring Dyslectici hebben problemen met uitspraak, spelling, automatiseren en oproepen uit het geheugen van nieuwe woorden
Woordenschat (2) De achterstand kan zich voordoen bij: Alledaagse woorden Schooltaalwoorden Vaktaalwoorden
Begeleidingsmogelijkheden woordenschat (1) Vier fasen bij het aanbrengen van nieuwe woordkennis (Verhallen & Verhallen): Voorbewerken Semantiseren (uitbeelden, uitleggen, uitbreiden) Consolideren Controleren
Begeleidingsmogelijkheden woordenschat (2) Extra ondersteunend materiaal: Lesfabriek, Muiswerk, Diataal, Taalatelier Als ondanks alle inspanningen de leerling toch niet komt tot automatisering gebruik begrippenlijst
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Strategisch lezen Strategieën voor begrijpend lezen zijn een belangrijk compensatiemiddel voor het zwakke technische lezen Probleem bij het inzetten van strategieën is de specifieke ‘taal’ die schoolmethodes vaak gebruiken Accuratesseproblemen spelen een rol bij multiplechoicevragen, tabellen en grafieken
Begeleidingsmogelijkheden strategisch lezen (1) De zorgspecialist kan aan de hand van Diataal bepalen op welk niveau de leerling vastloopt (microniveau, mesoniveau, macroniveau) Vervolgens moet de zorgspecialist helpen met het maken van een vertaalslag: welke strategieën zijn effectief voor deze leerling en hoe zijn die in te zetten in de vakles?
Begeleidingsmogelijkheden strategisch lezen (2) Strategieën hebben niet alleen betrekking op teksten, maar ook op vragen Strategieën kunnen op meerdere wijzen worden aangeleerd: Directe instructie Rolwisselend leren Methodeonafhankelijke leesmethodes
Begeleidingsmogelijkheden strategisch lezen (3) Alternatieve tekstverwerking: Woordspin Schema of tekening Mindmap
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Strategisch schrijven Dyslectici blijven steken door spellingproblemen en komen daardoor niet toe aan gestructureerd schrijven Zorgspecialisten (en talendocenten) kunnen helpen door het aanbieden van stappenplannen bij het maken en reviseren van teksten
Begeleidingsmogelijkheden voor het schrijven (1) Voor het schrijven kan de vakdocent helpen door: ervoor te zorgen dat de leerling beschikt over voldoende informatie om over te schrijven duidelijke criteria te geven waaraan de opdracht moet voldoen schrijfkaders te ontwikkelen een andere presentatievorm te accepteren
Begeleidingsmogelijkheden tijdens het schrijven (2) Tijdens het schrijven kan de vakdocent helpen door: een eenvoudige schrijfstijl en minder bladzijden te accepteren de leerling gebruik te laten maken van ICT-hulpmiddelen
Begeleidingsmogelijkheden na het schrijven (3) Na het schrijven kan de vakdocent helpen door: - de leerling aan te leren een tekst op twee wijzen te controleren
Denk bij strategisch schrijven ook aan begeleiding bij: Het zoeken van informatie op internet Het maken van samenvattingen Het maken van aantekeningen
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
§ 2.2.2 Automatisering en werkgeheugen Problemen met het werkgeheugen en het automatiseren van kennis heeft ook invloed op de niet-talige vaardigheden: Rekenbewerkingen (feitenkennis en procedures) Symbolen en formules Structureren van realistische contexten
Rekenen/wiskunde binnen het zaakvak Het uitvoeren van rekenbewerkingen kan problemen opleveren voor dyslectici: Ze hebben moeite feitenkennis (bijvoorbeeld de tafels van vermenigvuldiging) en oplossingsprocedures te automatiseren en vlot op te roepen. Ze hebben moeite met het uitvoeren van de bewerkingen in de juiste volgorde of het plaatsen van cijfers in de juiste volgorde
Begeleidingsmogelijkheden rekenen/wiskunde Zaakvakdocenten die te maken hebben met rekenbewerkingen binnen hun vak worden verwezen naar het katern Dyslectische leerlingen en de exacte vakken (De Krosse & Kleijnen, 2008), § 2.2.3, p.43- 51 Maak onderscheid tussen: rekenproblemen ten gevolge van dyslexie dyscalculie
Symbolen en formules Losse, willekeurige feiten zijn moeilijk te onthouden voor een dyslecticus.
Begeleidingsmogelijkheden symbolen en formules De dyslecticus is gebaat bij: Betekenisvolle associaties Herhaling Oefening in precies lezen Het gebruik van symbolen of formulekaarten
Structureren van realistische contexten Bij de zaakvakken worden opdrachten vaak in een realistische context geplaatst, waarbij leerlingen hun eigen aanpak moeten bepalen en delen met elkaar. Dyslectische leerlingen hebben moeite met het zelf afleiden van strategieën en het aanbrengen van structuur in de aanpakken die door anderen worden aangedragen
Begeleidingsmogelijkheden realistische contexten Bied als vakdocent structuur binnen de aanpak van het realistische rekenen door: Directie instructie Rolwisselend leren
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings-mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?