De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Vakantie aan de rivier.
Advertisements

Dag 12. Dag 12 Dag 12 van het dagboek Hallootjes, Hoe is het bij jullie? Ik hoop dat jullie je een beetje beter voelen dan wij hier. Want het is toch.
Kikker in de kou geschreven door Max Velthuijs
Mondeling Nederlands nieuw cursus 2 thema werk en vrije tijd.
Een ontroerend verhaal met een sterke boodschap !!!
Uitleg bijwoordelijke bepaling (bwb)
IJsje is het zachtste beertje van de hele wereld. Voel maar in het boek!
Uitleg meewerkend voorwerp (mv)
Hondenhumor Kattengein Film is voorzien van geluid.
Opkomen voor jezelf.
Het kleine meisje op dit plaatje is natuurlijk Roodkapje
Max en de Maximonsters.
Xtreme 2011 Get Alive!. Wie laat je binnen,als je Jezus binnenlaat?
Uitleg lijdend voorwerp (lv)
De professor Er was eens een professor zijn naam was Einstein. Einstein had een laboratorium met allemaal flesjes,drankjes en soms ontplofte er zomaar.
Beelden storm.
Woorden en tijd.....
  Even stil worden.
HOLLANDSE MAATJES.
Met 30% korting! Dus nu voor 50 euro!
EEN BEETJE WINTER geschreven: Paul Stewart en Chris Riddell.
Deze Tantra komt uit het noorden van Indië, of je nu bijgelovig bent of niet. Neem toch een paar minuten de tijd. Ze bevat sommige boodschappen die goed.
Schoolplein Rachelle Lisa Chantal Xian Leroy.
Dag 6 Dag 6 van het dagboek Halihalo lieve kindertjes, Brrr… wat was het koud vannacht op de daken. We zijn de hele nacht op pad geweest met onze zakken.
Blijf bij mij Jolink.
Een romantisch sprookje
Om bij stil te staan KLIKKEN OM DOOR TE GAAN.
Hoofdstukken PRENTEN BOEK.
Voor hen die nog een moeder hebben is dit heel mooi.
Sinterklaas is verdwenen nergens te vinden nergens te zien Nam hij de benen, is hij hem geknepen, weggewaaid misschien?
Ik voel me zo alleen !.
Meneertje Blij en Somber
Blaadje gaat de wereld rond Een verhaal van Groep 1 en 2
Kikker en het vogeltje Max Velthuijs.
Vondeling Hoe ziet een poezenleven er zoal uit?. Dit hier lijkt mij wel een leuk plekje om te wonen!
Modern Sprookje Kikkerkoning.
De schaduw van kees Querido.
Ik loop door de wei Ik ben heel blij.
Bewerkt door Rani, Sofie, Helena en Annelies Schooljaar:
dat hebben wij, wij op vakantie naar kreta in september en wat hebben we, we zitten hier in de regen.
dus dat zag je inderdaad zo af en toe gebeuren. dus we gingen 's-morgens om zes uur in de bus en toen waren we daar dan om 'n uur of half tien bij die.
Dit digitale prentenboek staat op
muizemuis was zo alleen dat hij op weg ging om ‘n vriendje te zoeken.
Uitleg bijvoeglijke bepaling (bvb)
Er was eens een meisje die had 4 vrienden
Interpreteren van data
Groep 3a praat en werkt over de slak.
Op een warm strand, Vlak bij een groot oerwoud, kwamen vijf krokodilletjes uit hun ei.
Mijn verjaardag..
Een liefdesgeschiedenis
Jezus roept de leerlingen
Gedachtegang van een man....
Muzikaal sprookje : Peter en de wolf
"Als ogen spreken" Introductie. Wie is Jezus voor jou? En daarbij de vraag: Wie ben ik, jij?
K O E K J E S.
De Beer van Bram.
door groep 1-2 a basisschool De Bukehof
Peuter en kleuter kerstviering 2008
Uitleg persoonsvorm (pv)
Help!!!Er zit een monster onder mijn bed!!!
Mijn vrouw en ik.. Eerst wil ik me even voorstellen. Ik ben Hendrik.
Vrienden Deze gedichten zijn speciaal voor de vrienden om wie ik geef en de mensen die om mij geven Al deze gedichten komen van
De robot en de uitvinder! Geschreven door de kinderen van groep 3 en 4a!
Ik ben 10 jaar Ja ik ga vandaag voor het eerst naar de heksen school. Het is ver lopen maar later kan ik vliegen en hoef ik niet meer te lopen. En later.
Gemaakt door Roos de Boer ylia lijkt een gewoon meisje. Maar eigenlijk niet want ze woont bij een heel heksenvolk. Maar ylia is nog geen heks. Maar dat.
Het kwetsbare vertrouwen van ouders in de jgz Justine Pardoen Ouders Online.
Mopje… Ontwerp: Wsbrd Ontwerp: Wsbrd. Gemaskerd bal Een getrouwd stel was uitgenodigd voor een gemaskerd bal. Gemaskerd bal Een getrouwd stel was uitgenodigd.
1.
De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido.
Transcript van de presentatie:

De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido

Op een dag toen Ursula Timmermans niet buiten wilde spelen kwam de schaduw van Jan naast Jan lopen en zei: ‘Ik loop even met je mee. Het is zulk mooi weer.’ ‘Waarom?’ zei Jan.’ ‘Ik ben jouw schaduw.’ ‘Mijn schaduw?’ ‘Ben je helemaal van mij?’ ‘Helemaal.’

‘Morgen loop je misschien naast iemand anders,’ zei Jan ‘Morgen loop je misschien naast iemand anders,’ zei Jan. ‘O nee, dat zou ik nooit doen.’ ‘Ook niet als het iemand is die meer knikkers heeft?’ ‘Laat ze naast haar eigen schaduw lopen!’

‘Zullen we om het hardst rennen. ’ ‘Goed. ’ ‘Tot op de hoek ‘Zullen we om het hardst rennen?’ ‘Goed.’ ‘Tot op de hoek?’ ‘Welke hoek. O, dié hoek.’ Jan holde weg maar de schaduw haalde hem in. Ze renden wel tien keer op en neer. Niemand won. ‘Ik ben moe,’ zei Jan.

‘Wie heeft er nu gewonnen. ’ vroeg de schaduw ‘Wie heeft er nu gewonnen?’ vroeg de schaduw.‘Ik moest even stoppen want mijn veter zat los,’ zei Jan. ‘De mijne ook,’ zei de schaduw. ‘We moeten het nog maar eens overdoen,’ zei Jan. ‘Wel graag voor het donker is.’ ‘Als het donker wordt, moet ik naar binnen, schaduw.’

’s Middags werd het veel te warm ’s Middags werd het veel te warm. Jan ging in het gras liggen en de schaduw ook. De sprietjes kriebelden in Jans oren. ‘Pas op!’ fluisterde Jan. ‘Wat is er?’ ‘Hou je hoofd omlaag. Maak jezelf plat.’ ‘Ik bén plat.’ ‘Doe het nou maar.’ ‘Wat is er dan?’

Ursula Timmermans kwam buiten spelen. ‘Jan, kom je knikkeren?’ riep ze. ‘Jan? Waar ben je?’ ‘Ga maar,’ zei de schaduw. ‘En wat doe jij dan?’ ‘Ik knikker mee.’ ‘Heb je dan knikkers?’ ‘Net zoveel als jij.’

‘Meer knikkers dan de schaduw van Ursula Timmermans ‘Meer knikkers dan de schaduw van Ursula Timmermans?’ ‘De schaduw van Ursula Timmermans heeft meer knikkers dan ik.’ ‘Ja, Ursula Timmermans zelf heeft altijd meer knikkers dan ik,’ zuchtte Jan. ‘Omdat zij meestal wint.’ ‘Kom je nou nog?’ riep Ursula Timmermans. ‘Knikker maar met jezelf!’ riep Jan.

‘Wil je niet met me spelen. ’ ‘Ik speel al met iemand ‘Wil je niet met me spelen?’ ‘Ik speel al met iemand.’ ‘Met wie speel je dan?’ ‘Zeg ik niet.’ ‘Ik zie anders niemand.’ ‘Het is ook niemand.’ ‘Ben ik dat?’ vroeg de schaduw. ‘Ja,’ zei Jan. ‘En nou stil.’

Ursula Timmermans knikkerde nog even op haar eentje en toen ging ze maar weer naar binnen. ‘Die is weg,’ zei Jan. ‘Haar schaduw ging ook mee. Zag je dat?’ ‘Ja.’ ’Maar ze merkte het niet eens.’ ‘Nee. Maar het is een leuke schaduw. Ik ken haar wel.’

‘De appelboom heeft ook een schaduw,’ zei Jan ‘De appelboom heeft ook een schaduw,’ zei Jan. ‘Zullen we daar gaan liggen?’ ‘Liever niet,’ zei de schaduw. ‘Nee?’ ‘Nee. Die is te donker. Dan ben ik er niet.’ ‘Ik hou ook niet van het donker,’ zei Jan. ‘Maar ik ben er dan wel.’

De zon stak en er kwam een vlinder, maar Jan was te lui om hem te vangen. ‘Ik hou van de zon,’ zei de schaduw. ‘Zonder de zon ben ik eigenlijk nergens.’ ‘Waarom kruip je dan zo dicht tegen me aan?’ ‘Ik verstop me. Achter je.’ ‘Waarom?’ ‘Ik kan niet tegen de zon.’

Jan en de schaduw bleven tot het avond was buiten spelen.

Jan gooide een bal in de lucht en de schaduw ook Jan gooide een bal in de lucht en de schaduw ook. Als Jan de bal opving, ving de schaduw de schaduw van de bal. Jan gooide hoog, maar de schaduw gooide over de grond hoger.

Het was erg leuk want de schaduw hield van kunstjes Het was erg leuk want de schaduw hield van kunstjes. Jan liet zien hoe je aan de lage tak van de appelboom kon hangen en de schaduw kon het ook. Ze deden wie het langst vol kon houden. ‘Nu zit je opeens niet vast aan mijn voeten,’ zei Jan.’Je bent mijn schaduw niet meer.’ ‘Wel,’ zei de schaduw. ‘Laat maar eens los, dan val ik.’

‘Ik kan niet meer,’ zei Jan. ‘Ik ook niet,’ zei de schaduw ‘Ik kan niet meer,’ zei Jan. ‘Ik ook niet,’ zei de schaduw. Ze ploften samen in het zachte gras. ‘Niemand gewonnen.’ ‘Niemand gewonnen.’

‘Eten komen. ’ riep iemand. ‘Wie is dat. ’ vroeg de schaduw ‘Eten komen!’ riep iemand. ‘Wie is dat?’ vroeg de schaduw. ‘Mijn moeder,’ zei Jan. Ik moet even naar binnen.’ ‘Eet je soms mee?’ ‘Is er binnen een lamp aan?’ vroeg de schaduw. ‘’s Zomers niet.’ ‘Dan blijf ik buiten wachten,’ zei de schaduw. ‘Zonder lamp is er niks aan.’

‘Maar de zon schijnt nu door het raam op de muur met het schilderij met de koeien.’ ‘O. Echt?’ ‘Kom maar kijken.’ De schaduw gleed mee naar binnen over de tegels van de gang.

In de kamer at Jan aan tafel. Soep. En op de muur at de schaduw. Soep In de kamer at Jan aan tafel. Soep. En op de muur at de schaduw. Soep. Want Jan zag de damp.

Toen Jan naar bed ging, klom hij in de vensterbank en tuurde uit het raam. ‘Schaduw?’ riep hij. ‘Ben je daar?’’ In de tuin bewoog niets. ‘Schaduw?’ ‘Hier.’

Jan keek achter zich. De schaduw lag al in bed. Gezellig.

Einde