Media

Media Soorten massamedia printmedia av-media Bereik mediumbereik, reclamebereik dekking: % communicatiedoelgroep dat bereikt is waste: bereik min dekking brutobereik = nettobereik x contactfrequentie (OTS) effectief bereik: voldoende contactfrequentie voor beoogde effect

Media Impact: de mate waarin ontvangers zich de boodschap herinneren bereik je met vormgeving, duidelijkheid, verrassingselement, iets origineels, enz. Umfeld: invloed van de redactionele context op de impact media en plaatsing kiezen waarvan umfeld goed past bij de boodschap Mediaselectie hangt af van doelgroep en dekking benodigde contactfrequentie boodschap en umfeld tijdsplanning budget

Tv Commercial kan veel impact hebben maar moet wel opboksen tegen zee van andere commercials tv niet meer voor alle doelgroepen ontwijkingsgedrag ontvangers flink budget nodig (maar per bereikte persoon niet zo duur) Ook regionaal Spot: tijdvak waarin commercial wordt uitgezonden Kijkdichtheid: % mensen dat een minimaal deel van een programma ziet Marktaandeel bepaald programma: % van tv-kijkers dat ernaar kijkt cijfers komen van SKO

Tv en bios Prijs tv-reclame op basis van GRP: gross rating points 1 GRP = kijkdichtheid van 1% in bepaalde doelgroep K/GRP: kosten per GRP voor spots van 30 seconden Bioscoop zeer indringende commercial mogelijk voor lokale adverteerders dia’s, ook met computeranimatie Bereik is niet groot, publiek is er wel voor in de stemming Publiek overwegend aan de jonge kant en vrij goed opgeleid

Radio Landelijk, regionaal en lokaal Stuk goedkoper dan tv Minder ontwijkingsgedrag ontvangers Ook geschikt om communicatie in andere media te ondersteunen K/GRP een stuk lager dan bij tv Lokale tv: kabelkrant

Dagbladen Geloofwaardig umfeld Lezersbinding Landelijk en regionaal, plus gratis kranten via OV Geschikt voor productinformatie Geschikt voor actiereclame Prijs per mm GA: rubrieksadvertenties IM: advertentie op ‘gewone’ pagina’s Prijs hangt af van plaats, b.v. VP (voorpagina) zes maal zo duur Katernen voor verschillende doelgroepen

Huis-aan-huisbladen Lokaal, gratis verspreid Umfeld: lokaal nieuws, service-informatie, gemeenteberichten Bereik is vergelijkbaar met dagbladen Leeftijdsopbouw lezers ook: overwegend wat oudere mensen Veel boodschappers kijken het blad in voor de actiereclame

Tijdschriften Veel keus, goede segmentatie mogelijk Vakbladen: voor segmenten van de zakelijke markt Publiekstijdschriften: voor de consumentenmarkt radio en tv-gidsen: groot bereik vrouwenbladen, jongerenbladen, mannenbladen roddelbladen, gezinsbladen special interestbladen: over een bepaald onderwerp verenigingsbladen, b.v. De Kampioen relatietijdschriften opinieweekbladen: over politiek en cultuur

Tijdschriften Advertenties (van klein tot 2/1) Advertorial: lijkt op artikel, ook al moet er ‘ingezonden mededeling’ boven staan Insteker, outsert Redactionele samenwerking sponsoring van artikel puzzel met wedstrijd Advertentieprijs uitgedrukt in k/1000 (= CPM)

Buitenreclame Vele mogelijkheden billboards, vlakken in abri, mupi, affiches, uithangborden reclamemasten, vlaggen, spandoeken, bushaltebordjes beeldkranten, lichtbakken, videoschermen rijdende reclame reclame in OV vliegende reclame Groot bereik, hoge contactfrequentie mogelijk Narrowcasting: via beeldscherm beperkt publiek bereiken heel precies te richten op doelgroep