Software Development fundamentals

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
KINN 2010 •OOP •O Object •O Georiënteerd •P Programmeren.
Advertisements

Van domeinklasse tot implementatie
Objecten Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 6 1.
4. De Wereld na Toch ook echte oorlog.
Hoe ga je te werk bij aardrijkskunde?
Klassen en objecten.
Instructie Programmeren Debuggen 5JJ70. Debuggen: Wat is het probleem Je programma compileert, maar werkt niet zoals verwacht, wat nu? Vraag je af: wat.
Het geven van een workshop
De koektrommel of de grabbelton
Inleidend probleem Data structuur (hiërarchie van classes)
De nieuwe editie van buiteNLand Tweede Fase
Consoletoepassing Variabelen Klassen
Algoritmiek Object-georiënteerd Programmeren
P. 1 Vakgroep Informatietechnologie Structuur Deel II C++ Classes Namespaces Type casting Reference types Constructors en Destructors Memory Management.
Visual Basic 2005/2008 OOP in praktijk André Obelink - MCSD, MVP Web: Web: -
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
EEN BREED INZETBAAR INSTRUMENT OOK BIJ AVO
Welkom in het vijfde leerjaar!
Overerving: It’s a kind of magic…. Principes van OO: 1) Overerving 2) Encapsulatie 3) Polymorphisme = (deel van het) OO. paradigma.
Polymorfisme: inleiding Hello me, meet the real me…
Tircms03-p les 4 Klassen. Abstracte datatypes in C struct stack { char info[100]; int top; }; void reset(stack *s) { s->top = -1; } void push(stack *s,
voor familie en vrienden van
Workshop evalueren Dcp
Onze doelen en visie in beeld
Java Objectgeoriënteerd Programmeren in Java met BlueJ
Het betrekken van studenten bij de toetscyclus
 C++ heeft een inheritance mechanisme  Manier om functionaliteit te ‘erfen’ van een parrent class ◦ Polymorphisme ◦ Zoals we het ook in C# kennen.
Slc kwartaal 3. programma Hoe is het gegaan Verwachtingen Tips and tricks Opdrachten slc.
CONCEPT CHECKS & FAST FEEDBACK
OOP en.NET. Objecten Is geen ‘nieuw’ mysterieus woord Overal om ons heen zien we objecten: – TV – Computer – Auto – Wasmachine – ….
1 Goede toetsen maken het verhaal compleet Emila Bijl RTTI als uitgangspunt voor toetskwaliteit.
Java voor beginners Doel: Een spel maken in LWJGL Door: Jim van Leeuwen.
Centraal Examen Nederlands
Windows applicatieontwikkeling
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Gameprogrammeren: Objecten en geheugen
Gameprogrammeren: Lists en interfaces
Keuzedeel Verdieping Software
Hoofdstuk 9 M&O + in groepjes Havo3 iPad.
Toetsen? Doe het zelf!.
Gameprogrammeren: Properties
Tinpro015b-les4 Klassen.
Keuzedeel Verdieping Software
Gameprogrammeren: Abstracte klassen
Direct aftrap C-propedeuse, studiejaar , blok 3
Het online opzetten, afnemen, beoordelen en verwerken van toetsen
Software Development fundamentals
Les 2: gegevens samenvatten
Methodiek Observeren.
Evalueren om te leren vs. evalueren van het leren
Software Development fundamentals
ASP.NET MVC Web Development
ASP.NET MVC Web Development
HOE KOMT EEN IDEE IN JE HOOFD?
Hoe leer je geschiedenis?
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
– Software development fundamentals
Windows applicatieontwikkeling
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Software Development fundamentals
Transcript van de presentatie:

Software Development fundamentals toetsvoorbereiding

inhoudsopgave Wat zijn leerdoelen Hoe worden toetsvragen opgesteld Welke begrippen worden getoetst Oefenvragen Voorbereidingstechnieken

Leerdoelen Elke toets behandeld een aantal leerdoelen. Leerdoelen zijn doelen met betrekking tot de behandelde begrippen. Voorbeelden van leerdoelen: Kan zelfstandig een class maken Kan uitleggen wat het nut is van inheritance

Toetsvragen Toetsvragen zijn gebaseerd op de leerdoelen Ze toetsen meestal een van de volgende aspecten: Reproduceren – Welke [X] is correct? Begrijpen – Leg uit waarom [X] Toepassen – Maak [X] Daarom ben je voor school ook bezig met bestuderen, bespreken/opzoeken en oefenen.

Toetsonderdelen De getoetste begrippen zijn: Kennis hierover moet je dus kunnen reproduceren, begrijpen en toepassen. Een goede toetsvoorbereiding komt er op neer dat je verantwoordelijkheid neemt voor beheersing van de gestelde leerdoelen. Classes Encapsulation Constructors Inheritance Properties Casting Value en reference types Polymorphism Methods Interfaces

Oefenvragen - Reproduceren PDF lesson 02 1. Een __________ is een blauwdruk van een object. 2. Je kunt de __________ operator gebruiken om te checken of je een object naar een type kunt casten. 3. Je kunt __________ gebruiken om classes te groeperen, zodat class namen niet dubbel voorkomen. 4. Een __________ is een value type, en een __________ is een reference type.

Oefenvragen - Reproduceren PDF lesson 02 1. Een class is een blauwdruk van een object. 2. Je kunt de is operator gebruiken om te checken of je een object naar een type kunt casten. 3. Je kunt namespaces gebruiken om classes te groeperen, zodat class namen niet dubbel voorkomen. 4. Een struct is een value type, en een class is een reference type.

Oefenvraag Begrijpen Welke van de volgende gebruik je om het gedrag van een class te definiëren? Method Property Event Delegate

Oefenvraag Begrijpen - Methods Welke van de volgende gebruik je om het gedrag van een class te definiëren? Method Property Event Delegate

Oefenvraag Begrijpen Je schrijft code voor een class Product. Je wilt zeker weten dat de data members van de class corrrecte waardes krijgen zodra een object wordt gemaakt. De initialisatiecode moet altijd worden uitgevoerd. Wat doe je? Maak een static method om de data members te initialiseren Maak een constructor om de data members te initialiseren Maak een static property om de data members te initialiseren Maak een event om de data members te initialiseren

Oefenvraag Begrijpen - Constructors Je schrijft code voor een class Product. Je wilt zeker weten dat de data members van de class corrrecte waardes krijgen zodra een object wordt gemaakt. De initialisatiecode moet altijd worden uitgevoerd. Wat doe je? Maak een static method om de data members te initialiseren Maak een constructor om de data members te initialiseren Maak een static property om de data members te initialiseren Maak een event om de data members te initialiseren

Oefenvragen - Toepassen Maak een class persoon. Geef de class persoon een property van het type double, en geef deze de naam Gewicht. Maak het gewicht instelbaar via de constructor Maak in één regel code een object aan van de class Persoon, geef het object de naam Henk.

oefenOpdracht Bedenk een goede toetsvraag, een open vraag of een multiple-choice vraag. Ga hierbij uit van de volgende onderwerpen en vraagsoorten:    reproduceren begrijpen toepassen totaal Classes Constructor   Property Value/Reference Method Encapsulation Inheritance Casting Polymorphism Interfaces

Bedachte vragen Wat is het verschil tussen een property en een method? Een property bewaart gegevens, een method voert acties uit   Geef een voorbeeld waarin je polymorphism gebruikt Beest dier = new Cat(); // Waarbij Cat overerft van Beest Geef een voorbeeld waarin je casting gebruikt Cat poekie = (Cat)dier; Wat is het verschil tussen een value en een reference type? Gebruik in je antwoord de woorden stack en heap. Value types worden bewaard op de stack, reference types worden bewaard op de heap.

voorbereidingstechnieken Reserveer voldoende tijd Zorg dat het nodige materiaal goed gestructureerd aanwezig is (dus niet verspreid over 100 mappen op je laptop) Gebruik een schema, een mindmap of een diagram om in kaart te brengen wat je weet of nog moet leren (bijv. onderwerpen die je beheerst groen markeren). Er staat een voorbeeldschema voor deze toets in de google drive Gebruik oefenvragen en oefentoetsen indien aanwezig Leg je antwoorden uit aan anderen Studeer samen met anderen (maar dan wel echt gericht op de studie!)

Voorbeeld van een schema    reproduceren begrijpen toepassen totaal Classes Constructor   Property Value/Reference Method Encapsulation Inheritance Casting Polymorphism Interfaces