Algemene Muziekleer Hoofdstuk 5 Toonsoort

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Les 2 klassediagrammen II
Advertisements

Twintigste eeuw I Impressionisme.
Het ER model Een powerpoint presentatie, gemaakt door: F. Triep
Uitleg notenschrift Hoe lees je noten? Hoe speel je die noten op een piano, gitaar of klokkenspel.
Breekpunt in de kunst Beeldende kunst
vwo B Samenvatting Hoofdstuk 3
Spelregelwijzigingen Instructies Spelregelwijzigingen: Gebruik gele vlag bij de jurytafel Een speler die tijdens de serie wordt uitgesloten,
Deze presentatie is van :
Taal en cognitie: Optimaliteitstheorie Henriëtte de Swart.
Moderne Kunst.
ABSTRACTIE inleiding.
Module 7 – Hoofdstuk 3 Unified Modeling Language.
Notenschrift test jezelf
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Notenschrift test jezelf
Uitleg notenschrift Hoe lees je noten? Hoe speel je die noten op een piano, gitaar of klokkenspel.
Cultuur van het moderne 1e helft 20e eeuw versie 02/2015
Gitaar 1 Akkoorden, 2 tonen, 3 melodie als tab+noten 4 melodie als tab, 5 pentatonische toonladder.
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 1
Piano Hoe vind je de juiste letter terug op een piano?
Drugs.
Gitaar 1 Akkoorden, 2 tonen, 3 melodie als tab+noten 4 melodie als tab, 5 pentatonische toonladder.
Hoe speel ik een tab op een basgitaar
Klokkenspel Overeenkomst piano Melodie uitzoeken en instuderen
Professionele nieuwsgierigheid Coaching en gesprekstechnieken
Ukelele Snaar / positie Letter bij snaar / positie Akkoorden Akkoordenschema Tab.
Notenschrift Hoe lees je noten? Hoe speel je noten op een piano of klokkenspel. Dit leren wij met het Formative Assessment programma. FAP.
John Hupse, NGG1 High-End High End, of waarom versterkers klinken Door John Hupse Nederlands Grammofoon Genootschap Website:
Jazz & improvisatie nader bekeken
Groep 2 Begrijpend luisteren
Vragen 1.2 A.
Poëzie “Hoe breek ik een gedicht open?”.
Expressionisme in de muziek
Concept-contextvenster in het bèta-onderwijs
Spelbegeleiding Zaalhockey Jongste Jeugd
Spelbegeleiding Zaalhockey Jongste Jeugd
Spelbegeleiding Zaalhockey Jongste Jeugd
collegeweek 1 Conversatieanalyse en pragmatiek
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 8 Uitvoeringspraktijk
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 8 Uitvoeringspraktijk
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 1 Ritme
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 14 Symfonische Structuren
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 10 Melodische Relaties
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 6 Dynamiek
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 13 Concerterende Structuren
Parallelle beweging De toonhoogtes van twee of meer stemmen bewegen zich in dezelfde richting.
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 4 Toonhoogte
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 11 Dansen
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 11 Dansen
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 6 Dynamiek
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 17 Vorm
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 5 Toonsoort
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 1 Ritme
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 6 Dynamiek
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 4 Toonhoogte
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 7 Samenklank
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 12 Variatie
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 7 Samenklank
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 10 Melodische Relaties
Parallelle beweging De toonhoogtes van twee of meer stemmen bewegen zich in dezelfde richting.
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 10 Melodische Relaties
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 13 Concerterende Structuren
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 7 Samenklank
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 3 Tempo
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 12 Variatie
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 12 Variatie
Hoofdstuk 17. Polyfone Structuren
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 3 Tempo
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 2 Maat
Algemene Muziekleer Hoofdstuk 4 Toonhoogte
Transcript van de presentatie:

Algemene Muziekleer Hoofdstuk 5 Toonsoort

Tonaliteit Het principe dat een muziekstuk gebaseerd is op een toonladder. Dus in een bepaalde toonsoort staat. (Zorg dat je de toonsoorten (HAVO tot en met vier voortekens) uit het hoofd kent

Majeur De bekendste diatonische toonladder is die van C. Onderstaande opeenvolging is kenmerkend voor deze ladder. Andere naam: grote-tertstoonladder.

Mineur Na de majeurladder is de mineurladder de bekendste diatonische toonladder. Onderstaande opeenvolging is kenmerkend voor deze ladder. Andere naam: kleine-tertstoonladder

Harmonisch/melodisch mineur

Hele-toonstoonladder Een toonladder met uitsluitend afstanden van een hele toon

Pentatoniek reeks van 5 tonen waarin tonen worden overgeslagen; de zwarte toetsen van een piano zijn een goed voorbeeld van een pentatonische reeks.

Bluestoonstoonladder De bluestoonladder is afgeleid van de Pentatonische reeks. Hij wordt verkregen door pentatonische reeks aan te vullen met blue notes, wat resulteert in een 6-tonige reeks: Bij de mineur-pentatonische ladder (indien men uitgaat van C):

Kerktoonsoorten/ modi In de middeleeuwen was er nog geen sprake van het majeur en mineur, zoals wij dat kennen. Men gebruikte toen voor de voornamelijk vocale muziek MODI (enkelvoud is: MODUS). Deze oude toongeslachten, werden ook wel kerktoonsoorten genoemd, omdat veel kerkmuziek was geschreven in een van deze modi (naast ionisch = majeur en aeolisch = mineur, waren dat de volgende modi: Dorisch: Karakteristiek verschil met mineur is de grote sext Phrygisch: Karakteristiek verschil met mineur is de kleine secunde aan het begin Lydisch: Karakteristiek verschil met majeur is de overmatige kwart Mixolydisch: Karakteristiek verschil met majeur is de kleine septiem http://www.basles.be/toonladders.php?tlid=Dorisch http://www.basles.be/toonladders.php?tlid=Phrygisch http://www.basles.be/toonladders.php?tlid=Lydisch http://www.basles.be/toonladders.php?tlid=Mixolydisch

Atonaliteit Het loslaten van de traditionele tonale relaties tussen de onderlinge tonen In "atonale" muziek is de tonale richting definitief opgegeven. Er is geen tonica meer en tonale effecten worden bewust vermeden. De tonen voor melodische figuren en samenklanken worden louter intuïtief gekozen. De componist hanteert geen enkele regel, maar streeft uitsluitend naar een tot het uiterste opgevoerde expressiviteit. Vrije atonaliteit is dan ook een taal van het muzikale expressionisme

Bitonaliteit Het gelijktijdig samengaan van twee verschillende toonsoorten

Polytonaliteit Het gelijktijdig samengaan van meer dan twee verschillende toonsoorten

Tertsverwantschap Tertsverwantschap: muzikale relatie tussen toonsoorten die een terts van elkaar verwijderd zijn. Tertsverwantschappen is bijvoorbeeld een akkoordprogressie van van c mineur naar e mineur. Of van F naar Ab Echter: een modulatie van Majeur naar de mineurparallel (vb: F majeur naar Dm) rekent men er doorgaans niet onder.

Melodische functies: Dominant en grondtoon (tonica) Dominant en tonica: de spanningstoon is meestal de kwint, die heet de dominant. De rusttoon of grondtoon heet tonica, deze is meestal uitgangspunt en slot van een compositie. De vierde trap wordt de subdominant genoemd. Leidtoon De leidtoon in een toonladder is de toon die een halve toon onder de tonica ligt en als het ware naar de tonica leidt. Meest herkenbare leidtoon is die in de mineurtoonladder: de verhoogde zevende trap. Zo zal in de toonladder van a mineur de toon G(de zevende trap) verhoogd worden naar een G# om als leidtoon te dienen. Omdat deze zevende trap maar een kleine secunde of halve toon onder de tonica ligt, spreekt men hier wel van een leidtoon.

Dodecafonie Een compositietechniek die gebaseerd is op een reeks van twaalf verschillende tonen waarin alle tonen gelijkwaardig zijn: de tonale functies spelen geen rol meer Twaalftoonsmuziek/ Dodecafonie Toegepaste techniek in Expressionisme speciale vorm van atonaliteit alle twaalf chromatische tonen slechts éénmaal in een reeks gebruikt mogen worden. Alle tonen zijn dus gelijkwaardig: de emancipatie van de toon! De toon mag pas herhaald worden als alle twaalf tonen van de reeks geklonken hebben. https://www.youtube.com/watch?v=9umvR9_3peQ Variaties: kreeftengang (de reeks van achteren naar voren) in omkering (stijgende intervallen worden dalend en omgekeerd) een combinatie van deze technieken.

Modulatie Overgang van de ene naar de andere toonsoort (naar subdominant, dominant, parallelle en tertsverwante toonsoorten)

Voorbeeld (zie afb.): Van mineur (dm) naar majeur (D) Andere voorbeelden: Moduleren naar dominant (vb. Van C naar G) Van majeur naar mineur (vb. Van F naar dm) Meer info en geluidsvoorbeelden: http://www3.artez.nl/musictools/aml_new/tonaliteit/moduleren.html

Kwintencirkel Majeurtoonsoorten en de mineurparallel.

Hoofdstuk 5: Toonsoort Luistervaardigheid en voorstellingsvermogen - Herkennen, onderscheiden en interpreteren van tonale en atonale processen - modaliteit; begrippen die bij dit item van de stofomschrijving horen - Atonaliteit. - Bitonaliteit - Dodecafonie, reeksen. - Melodische functies: grondtoon/ subdominant/ dominant; - Leidtoon/leidtoonspanning Modaliteit. dorisch, frygisch, lydisch, mixolydisch Modulatie naar subdominant, dominant, parallelle en tertsverwante toonsoorten Parallelle toonsoort Polytonaliteit. Tertsverwantschap Tonaliteit: majeur, mineur Toonladders: grote tertstoonladder/majeur kleine tertstoonladder/mineur harmonisch en melodisch mineur bluestoonladder (1,5-1-0,5-0,5-1,5-1) Pentatoniek, heletoonstoonladder. Chromatische toonladder/chromatische reeks