bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens” voor een waardevol model van jouw wereld Welkom! bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens” Volksuniversiteit Zwolle Najaar 2018 week 4
Zonne-straaltjes In tweetallen, 2 minuten elk. Focus op een recente gebeurtenis die goed en/of nieuw was. Waarin je energie, blijheid of geluk voelde. Deel in de hele groep de titel van jouw ervaring en laat je gevoelens op je gezicht zien
Open het frame! Open Frame Vragen Gebeurtenissen Korte verhalen Deel een echte levenservaring om na te denken vanuit NLP Doel: toepassen van NLP in jouw eigen werkelijkheid.
Oefening: Tonaliteit waarnemen. Verhaaltje in brabbeltaal zonder woorden in 20 - 30 seconden. Je luistert met de ogen dicht. Let op de volgende kleine veranderingen in tonaliteit: Geef met - - , - , +, + en ++ welke veranderingen je hoort in het begin het midden en het einde van het verhaal. Beschrijf je waarnemingen in objectieve termen in de rechter kolom. - - , - , +, + en ++ begin midden eind objectieve beschrijving Volume hard/zacht Ritme (regelmatig/onregelmatig) Stembuigingen en klemtoon op bepaalde woorden of Tempo (snel/langzaam) Toonhoogte
Oefening: Tonaliteit waarnemen In drietallen: A doet de ogen dicht. B en C klappen vlak voor A in de handen. telkens op precies dezelfde plaats. A beschrijft de verschillen. Dan gaat of B of C op dezelfde plaats weer in de handenklappen. A beschrijft en raadt of het B of C is. Idem maar dan met voetstamp. Idem maar dan met handenschudden.
Waaruit bestaat communicatie? woorden fysiologie Professor Albert Mehrabian tonaliteit
Waaruit bestaat jouw communicatie? Geef aan hoeveel van je communicatie je mist bij de volgende communicatiemiddelen: E-mail Telefoon Als je iemand van het vliegveld komt ophalen en er zit bij de aankomsthal een dikke glaswand tussen jullie in. Skype
Waar zit de interne voorstelling? Van Retina (netvlies van het oog) via de Optische zenuw (Optic nerve) gaan impulsen naar het visuele deel de Thalamus. Daar komen ook de prikkels van links en rechts bij elkaar. De Interne Voorstelling wordt in de Visuele cortex gevormd.
Communicatie in stripvorm “Ik heb een hond gekocht” “Oh ja? Een grote hond?” “Nee niet zo groot” “Met lang haar?” “Nee met kort haar” “Welke kleur?” “Gevlekt zwart en wit” “Wat een leuke hond!” “Ja inderdaad het is een hele leuke hond!”
Z I N T U I G E N Hoe Communiceer je? Interne Voorstelling FILTERS De Kaart ………….. > ………….. is niet …………….….. > Het Gebied Interne Voorstelling FILTERS Weglaten Externe Prikkel Vervormen Generaliseren Z I N T U I G E N Stemming Fysiologie Taal/Gedrag
Wat zijn de verschillen in interne voorstellingen? Oefening blz 39 Schrijf ten minste 5 woorden op die bij je op komen als je het woord “Vakantie” hoort. Hoeveel van deze woorden, die jij opgeschreven hebt, denk je dat door iedereen zijn opgeschreven?
De kaart is niet het gebied (de interne voorstelling) (de interne voorstelling die je maakt van de werkelijkheid is niet de werkelijkheid) Het gebied (de werkelijkheid) De kaart (de interne voorstelling)
Peripheral drift illusie: de kaart is niet het gebied
De kaart is niet het gebied
De kaart is niet het gebied Het referentiepunt: wat je ‘gewend’ bent 0o C 20o C 40o C A met ijswater B kamertemperatuur C warm water Wat is het referentiepunt van je linker hand? En van je rechter?
Neurologische niveaus 6 Missie Hetgeen richting geeft aan ons leven: Zingeving, missie, doel 5 Identiteit Persoonlijkheid: ‘ik ben’. Op dit niveau spelen ook de emoties. Je zelfgevoel. 4 Waarden en Overtuigingen: 4a Waarden en normen, gedachten en ideeën. Alles wat geen feit is. 4b Overtuigingen. Datgene wat voor jou belangrijk is en wat je aanneemt dat waar voor je is. 3 Vaardigheden Vermogens, hulpbronnen, kwaliteiten, wat je kunt. 2 Gedrag Alles wat je kunt zien en horen van de ander, wat je als het ware op video vast kunt leggen. 1 Omgeving Alles wat om je heen is, de context en de tijd.
Wie ben je? NLP vooronderstelling nr 8: Maak verschil tussen identiteit en gedrag. Iemands gedrag staat niet voor de persoon die hij is. Accepteer de persoon en (eventueel: verander het gedrag en verander je oordeel)
Neurologische Niveaus (Bateson/Dilts) Missie Wat is het meest belangrijke in jouw leven? Identiteit Wie ben je? Overtuigingen/ Waarden Waarom? Vaardigheden Hoe? Welke vaardigheden? Gedrag Wat doe je? Omgeving Waar? Wanneer?
Zijn Hebben Missie Identiteit Waarden Overtuigingen Vaardigheden Gedrag Omgeving
Eigenschappen van het model van neurologische niveaus: Een hoger niveau heeft meer invloed op een lager gelegen dan andersom De onderste 4 niveaus gaan over "hebben“ bovenste gaan over "zijn“ Het systeem werkt het best wanneer alle lagen uit het model dienend zijn aan het hoogste niveau en dus in lijn zijn met elkaar (congruentie).
Wat communicer je met jezelf? Hoe goed kun je focussen op wat je hebt? Instead of focussing at what you miss? Wat communicer je met jezelf? Heb jij beperkingen? Kijk naar Nick Vujicic
Wat zijn de neurologische niveaus van Nick?
Oefening met de Neurologische Niveaus Missie Hoe is jouw situatie als het probleem is opgelost op niveau: Identiteit Overtuigingen, Waarden Vaardigheden Alsof het Probleem is opgelost Gedrag Probleem Omgeving Start
onbewust bewust Oefening: Neurologische Niveaus Probleem opgelost, Situatie verbeterd Jouw probleem is opgelost, situatie is verbeterd. Probleem, Situatie om te verbeteren
het onbewuste verwerkt 11.200.000 bits/sec het bewuste = golfje aan oppervlak het bewuste = topje van de ijsberg het bewuste verwerkt 60 bits/sec het onbewuste = onderwater deel van de ijsberg het onbewuste verwerkt 11.200.000 bits/sec het onbewuste = de oceaandiepten
De functies van het onbewuste Als de berijder een duidelijke boodschap doorgeeft aan de olifant, gaat deze de weg die het bewuste wil. De olifant vermijdt gevaar, zoals het onbewuste ook doet.
De functies van het onbewuste Slaat herinneringen op: chronologisch en thematisch Is het domein van emoties Bestuurt het lichaam, heeft een blauwdruk van het lichaam Handhaaft en beschermt het lichaam Werkt als een dienaar en volgt de instructies op van het bewustzijn
7 + 2 Hoe groot is het bewuste? 7 3 2 7 5 1 9 2 5 7 1 8 2 4 6 3 2 7 5 Deel één: Lees de volgende reeks cijfers in 15 seconden. 7 3 2 7 5 1 9 Schrijf nu alle cijfers zoals je die in je korte termijn geheugen hebt opgeslagen in de goede volgorde op een papier. Hoeveel cijfers heb je goed? Heb je ook ezelsbruggetjes gebruikt? George Miller ”The Magical Number Seven, Plus or Minus Two Deel twee: Lees de volgende reeks cijfers in 15 seconden. 2 5 7 1 8 2 4 6 3 2 7 5 7 + 2 Schrijf nu alle cijfers zoals je die in je korte termijn geheugen hebt opgeslagen in de goede volgorde op een papier. Hoeveel cijfers heb je goed?
Waar zit ons onbewuste en bewuste? Het bewuste: de hersenschors hersenschors lymbisch systeem Het onbewuste: 2. het lymbisch systeem hersenstam de hersenstam
Waar zit ons onbewuste en bewuste? hersenschors lymbisch systeem hersenstam hersenschors lymbisch systeem hersenschors hersenstam lymbisch systeem hersenstam
Waar zit ons onbewuste en bewuste? Linker hersenhelft Rechter hersenhelft
Onbewust Be-wust Het bewuste en onbewuste brein 1e deel: Hersenstam 3e deel: Hersenschors 2e deel Hyppocampus 2e deel Thalamus 2e deel Hypothalamus 2e deel: Amygdala 1e deel: Hersenstam Kleine hersenen Ruggenmerg 1e deel: Hersenstam 2e deel: Lymbisch systeem 3e deel: Hersenschors
Onbewust Be-wust 3 delen Brein: 1e brein: Hersenstam 2e brein: Lymbisch Systeem 3e brein: Hersenschors 1e Brein: Reflexen en basis emoties: Vechten, bevriezen of vluchten Hormonale controle Temperatuur Honger, dorst, spijsvertering, Paringsdrang Ademhaling, hartslag 2e Brein: Emoties, Stemmingen: Territoriumdrift Ego Angst Boosheid Blijheid Liefde Be-wust 3e Brein: Nadenken, bewust zijn: Zelfbewustzijn van gedachten en emoties Vermogen om gepast gedrag te kiezen Zelfreflectie Probleemoplossend vermogen Doelen stellen