De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens”

Verwante presentaties


Presentatie over: "bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens”"— Transcript van de presentatie:

1 bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens”
voor een waardevol model van jouw wereld Welkom! bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens” Volksuniversiteit Zwolle Najaar 2017 week 3

2 Zonne-straaltjes In tweetallen, 2 minuten elk. Focus op een recente gebeurtenis die goed en/of nieuw was. Waarin je energie, blijheid of geluk voelde. Deel in de hele groep de titel van jouw ervaring en laat je gevoelens op je gezicht zien

3 Open het frame! Open Frame Vragen Gebeurtenissen Korte verhalen
Deel een echte levenservaring om na te denken vanuit NLP Doel: toepassen van NLP in jouw eigen werkelijkheid.

4 Z I N T U I G E N Hoe Communiceer je? Interne Voorstelling FILTERS
De Kaart ………….. > ………….. is niet …………….….. > Het Gebied Interne Voorstelling FILTERS Weglaten Externe Prikkel Vervormen Generaliseren Z I N T U I G E N Stemming Fysiologie Taal/Gedrag

5 Weglaten, vervormen, generaliseren
Hoeveel keer staat de letter F in de volgende tekst? FINISHED FILES ARE THE RESULTS OF YEARS OF SCIENTIFIC STUDY COMBINED WITH EXPERIENCE OF YEARS OF TRUTHFULL WORK AND OF INTENSIVE REFLECTION IF THEY ARE FILLED WITH FAITHFUL FACTS ABOUT EFFECTIVE SAFETY PERSONS OR FALSE OFFENDERS OF FOUR BEAUTIFUL PEOPLE.

6 Focussen met Zintuiglijke Scherpzinnigheid!
De Hoofdenboom

7 Focussen met Zintuiglijke Scherpzinnigheid!
Nog beter observeren!

8 Focussen met Zintuiglijke Scherpzinnigheid!
Wat heb je gezien? Hoeveel? Merk op hoeveel verschillende waarnemingen er gedaan worden!

9 Focussen met Zintuiglijke Scherpzinnigheid!
Het antwoord is 10 hoofden Wil je nog even checken? Heb je ook gezien dat het allemaal staatslieden uit India waren?

10 Focussen met Zintuiglijke Scherpzinnigheid!
Mahatma Gandhi Indira Gandhi Rajiv Gandhi Nehru

11 Wat hebben we nodig om een compleet beeld te krijgen?
Aandacht Letten op detail Letten op overzicht Kennis van wat te verwachten valt Interesse ………

12 Soms werkt het anders ……..
Wat hebben we echt nodig?

13 Misleiding? Welke emoties meen je te zien bij deze persoon?
Wat zie je als je deze foto rechtopzet (180odraait)?

14 Zo was de oorspronkelijke foto

15 Wat valt je op?

16 En als je het onderste deel bedekt?
Hoeveel poten heeft deze olifant? En als je het onderste deel bedekt?

17 Hoeveel poten heeft deze olifant? En als je het bovenste deel bedekt?

18 Hoeveel invloed heeft een vooronderstelling?
Bekijk de tekening 2. Welke lijn is de langste lijn? Weet je het zeker? 4. Meet eens na!

19 Detail of……..

20 Detail of … overzicht?

21 Wat valt je het eerste op?
Wat daarna?

22 Waar gaat je aandacht naar toe?

23 Links om of rechts om?

24 Ontdek Mr. Bean Wat is de functie van een zoekbeeld?

25 Ontdek Mr. Bean 2 Hoeveel sneller ging het nu? Wat is de functie van een zoekbeeld?

26 Kleine details die belangrijk worden als je er op let.

27 Oefening Tonaliteit waarnemen.
Luister met de ogen dicht naar het verhaal. Let niet op de inhoud maar op de volgende kleine veranderingen in tonaliteit: Geef met - - , - , +, + en ++ welke veranderingen je hoort in het begin het midden en het einde van het verhaal. begin midden eind 1 Volume (hard/zacht) 2 Ritme (regelmatig/onregelmatig) 3 Stembuigingen en klemtoon op bepaalde woorden of lettergrepen, (die als vragend of stellend geïnterpreteerd kunnen worden) 4 Tempo (snel/langzaam) 5 Pauzes tussen woorden en/of zinnen. 6 Toonhoogte. 7 Timbre (de aard van de toon, bijvoorbeeld met veel of weinig boventonen)

28 Oefening: Zintuiglijk waarneembaar of interpretatie?
Zintuiglijk Waarneembaar (= ZW) of Interpretatie(= IP) Haar lippen werden smaller en de spieren in haar gezicht spanden zich…. ZW 2 Er lag een warme uitdrukking op z'n gezicht……………………………………. I 3 Het was duidelijk dat hij opgelucht was………………………………………….. I 4 Ik wist dat z'n hart 180 slagen per minuut ging…………………………………. I 5 Voor de verantwoordelijkheden van haar baan stond ze onder zware druk…. I 6 Z'n spreektempo ging sneller en de toon van z'n stem werd hoger………….. ZW 7 Toen jij hem aanraakte kon ik de nieuwsgierigheid op z’n gezicht zien……… I 8 Plotseling ging haar ademhaling langzamer en haar borst bewoog amper….. ZW 9 Haar gelaatskleur werd donkerder toen ze rechts naar beneden keek………. ZW 10 Toen ze sprak kon ik de vreugde in haar stem horen………………………….. I 11Toen hij voorover leunde ging z'n ademhaling sneller…………………………. ZW 12 Toen ze glimlachte wist ik dat ze opgetogen was……………………………... I 13 Z'n stem klonk luider omdat hij opgewonden was…………………………….. I 14 Haar mondhoek ging omhoog en toen wist ik dat ze blij was…………….. I 15 Zijn huidskleur werd bleker en zijn ademhaling sneller………………………. ZW

29 Oefening: Zintuiglijk waarneembaar of interpretatie?
Zintuiglijk Waarneembaar (= ZW) of Interpretatie(= IP) De spierspanning in zijn voorhoofd nam toe en er kwamen rimpels. ……… ZW 2 Zij stond met haar handen gekruist en met wat gebogen knieën. ……………. ZW 3 Je kon de opluchting over haar zien komen. …………………………………… I 4 Zijn pupillen verwijden zich ………………………………………………………. ZW 5 Hij heeft heel veel plezier. …. …………………………………………………… I 6 Zij is teleurgesteld in deze oplossing. ………….. ……………………………. I 7 Hij ademde diep in en keek naar mij. ……………………………………………. ZW 8 Plotseling ging haar ademhaling langzamer en haar borst bewoog amper….. ZW 9 Haar gelaatskleur werd donkerder toen ze rechts naar beneden keek………. ZW 10 Toen ze sprak kon ik de vreugde in haar stem horen………………………….. I 11Toen hij voorover leunde ging z'n ademhaling sneller…………………………. ZW 12 Toen ze glimlachte wist ik dat ze opgetogen was……………………………... I 13 Z'n stem klonk luider omdat hij opgewonden was…………………………….. I 14 Haar mondhoek ging omhoog en toen wist ik dat ze blij was…………….. I 15 Zijn huidskleur werd bleker en zijn ademhaling sneller………………………. ZW

30 Waarneming of Interpretatie?
1. De spierspanning in zijn voorhoofd nam toe en er kwamen rimpels. 2. Zij stond met haar handen gekruist en met wat gebogen knieën. 3. Je kon de opluchting over haar zien komen. 4. Zijn pupillen verwijden zich. 5. Hij heeft heel veel plezier. 6. Zij is teleurgesteld in deze oplossing. 7. Hij ademde diep in en keek naar mij. 8. Hij gaat gebukt onder deze verantwoordelijkheid. 9. Deze plant heeft ovale bladeren en rode bloemen. 10. Zij knippert met haar ogen, tuit haar lippen en blaast. 11. Zijn mondhoeken gingen een beetje omhoog. 12. Dit is een mooie en gezonde plant. 13. De spieren van haar gezicht ontspanden. 14. Het is vandaag regenachtig en somber. 15. Hij zit er tot over zijn oren in. 16. Zij praatte, keek mij aan en haar rechter wijsvinger wees omhoog. 17. Zij is een schoon en helder mens. 18. Hij kijkt naar boven en naar rechts. 19. Er zat olie op zijn handen en vingers. 20. Zij praten niet meer met elkaar, zij zijn elkaar beu. 21. De zon schijnt en de temperatuur is 24 graden Celsius. 22. Gisteren was jij zonder reden boos op mij. 23. Linda vertelde mij dat ik er gisteren niet goed uitzag 24. Hij drinkt vaak koffie 25. Piet vroeg naar mijn mening over deze situatie

31 Perceptie = = Projectie

32 Oefening: NLP vooronderstelling 2:
De betekenis van je communicatie is de respons die je krijgt Voor hoeveel % ben jij verantwoordelijk voor jouw communicatie? En voor hoeveel % voor de respons die je krijgt? Hij vindt mij lief Jij bent ok!

33 Tonaliteit Hoeveel dierengeluiden ken je? Hoeveel vogelgeluiden?

34 Tonaliteit Hoeveel muziekinstrumenten kun je onderscheiden?

35 Tonaliteit Hoeveel mensen kun je aan hun stem onderscheiden?

36 Oefening Tonaliteit waarnemen.
Luistert met de ogen dicht naar het verhaal. Let niet op de inhoud maar op de volgende kleine veranderingen in tonaliteit: Geef met - - , - , +, + en ++ welke veranderingen je hoort in het begin het midden en het einde van het verhaal. begin midden eind Volume (hard/zacht) Ritme (regelmatig/onregelmatig) Stembuigingen en klemtoon op bepaalde woorden of lettergrepen, (die als vragend of stellend geïnterpreteerd kunnen worden) Tempo (snel/langzaam) Pauzes tussen woorden en/of zinnen. Toonhoogte. Timbre (de aard van de toon, bijvoorbeeld met veel of weinig boventonen)

37 Waaruit bestaat communicatie?
woorden fysiologie Professor Albert Mehrabian tonaliteit

38 Waaruit bestaat jouw communicatie?
Geef aan hoeveel van je communicatie je mist bij de volgende communicatiemiddelen: Telefoon Als je iemand van het vliegveld komt ophalen en er zit bij de aankomsthal een dikke glaswand tussen jullie in. Skype

39 De tempel met de duizend spiegels

40 Communicatie in stripvorm
“Ik heb een hond gekocht” “Oh ja? Een grote hond?” “Nee niet zo groot” “Met lang haar?” “Nee met kort haar” “Welke kleur?” “Gevlekt zwart en wit” “Wat een leuke hond!” “Ja inderdaad het is een hele leuke hond!”

41 Interne Wat zijn de verschillen in de interne voorstellingen?
Oefening blz 38 Schrijf ten minste 5 woorden op die bij je op komen als je het woord “Vakantie” hoort. Hoe veel van deze woorden, die jij opgeschreven hebt, denk je dat door iedereen zijn opgeschreven?

42 De kaart is niet het gebied (de interne voorstelling)
(de interne voorstelling die je maakt van de werkelijkheid is niet de werkelijkheid) Het gebied (de werkelijkheid) De kaart (de interne voorstelling)

43 De kaart is niet het gebied
Het referentiepunt: wat je ‘gewend’ bent 0o C 20o C 40o C A met ijswater B kamertemperatuur C warm water Wat is het referentiepunt van je linker hand? En van je rechter?


Download ppt "bij de NLP-basiscursus “Je ongekende vermogens”"

Verwante presentaties


Ads door Google