Logistieke kwaliteitsprocessen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer
Hoofdstuk 1 Transport Hoofdstuk 2 Vrachtdocumenten Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Hoofdstuk 4 Logistieke gegevens Hoofdstuk 5 Kwaliteit, arbeid en veiligheid
3.1 Indeling van de opslagruimte 3.2 Locatiesystemen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.1 Indeling van de opslagruimte 3.2 Locatiesystemen 3.3 Materiaal en materieel voor de opslag 3.4 Geconditioneerde opslag 3.5 Berekenen van de benodigde opslagruimte 3.6 Belasting van de stellingen 3.7 Derving
3.1 Indeling van de opslagruimte Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.1 Indeling van de opslagruimte Functie Opslag- of bufferfunctie Doorzet- of orderverzamelfunctie Indelingen Naar vraagfrequentie of omloopsnelheid Naar fysieke eigenschappen Naar handling Naar regelgeving
3.2 Locatiesystemen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Afbeelding vervangen; hier geen beginkapitaal
Vaste locatiesystemen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Vaste locatiesystemen Afbeelding vervangen; hier wel beginkapitalen / kan niet beoordelen of in het boek ook Groepsysteem voorkomt. Het moet zijn: groepssysteem
3.3 Materiaal en materieel voor de opslag Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.3 Materiaal en materieel voor de opslag Stellingen Statische opslagmiddelen en orderverzamelsystemen Dynamische opslagmiddelen en orderverzamelsystemen Opslagmiddelen Magazijnbakken Pallets Vaten Bigbags, enzovoort Transportmaterieel Rijdend materieel Stationair materieel Railgebonden materieel
Benodigde gangbreedte Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Benodigde gangbreedte Wa = de draaistraal x = achterzijde vorken tot middelpunt voorwielen b = de breedte van de last a = de totale speelruimte Afbeelding vervangen
Benodigde gangbreedte Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Benodigde gangbreedte Een vorkheftruck heeft een draaistraal van 2,50 meter. De last heeft maximaal een breedte van 1,20 meter. Aan beide zijden van de truck wordt een speelruimte van 40 cm genomen. De afstand van de achterkant van de vork tot het midden van de voorwielen is 25 cm. Afbeelding vervangen 0,40 2,50 0,25 1,20 0,40 (Ast) = 2,50 + 0,25 + 1,20 + (2 × 0,40) = 4,75
3.4 Geconditioneerde opslag Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.4 Geconditioneerde opslag Bijvoorbeeld voor goederen die kunnen bederven of bij gevaarlijke stoffen Gekoelde ruimtes Donkere ruimtes Stofvrije ruimtes Verwarmde ruimtes Extra geventileerde ruimtes
3.5 Benodigde opslagruimte Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.5 Benodigde opslagruimte Afbeelding vervangen
Opslagruimte berekenen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Opslagruimte berekenen Afbeelding vervangen
3.6 Belasting van de stellingen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.6 Belasting van de stellingen Opbouw van een stelling Afbeelding vervangen
Belasting van een stelling Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Belasting van een stelling Afbeelding vervangen
Stellingbelastingbord Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Stellingbelastingbord Maximale vakhoogte Maximale belastingen Afbeelding vervangen
3.7 Derving Criminele derving Niet criminele derving Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer 3.7 Derving Criminele derving Niet criminele derving Afbeelding vervangen
Dervingspreventieplan Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Dervingspreventieplan Signalen onderkennen Vaststellen schade Stel vast welke artikelen missen Controleer de situatie Kies preventiemaatregelen Bepaal het effect van de maatregelen
Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Derving berekenen Verschil tussen de administratieve en werkelijke voorraad Administratieve voorraad – werkelijke voorraad x 100% Werkelijke voorraad Bijvoorbeeld: de administratieve voorraad is 200 stuks. In werkelijkheid zijn er 195 stuks De derving is (200-195) : 200 x 100% = 2,5 %
Preventiemaatregelen Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Preventiemaatregelen Afbeelding vervangen
Dervingspreventieplan Hoofdstuk 3 Magazijnbeheer Dervingspreventieplan Afbeelding vervangen