Wendy Swaans LABS-dag 08/06/07

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
BEMS-voorlichting 3 noordelijke provincies
Advertisements

ACCREDITATIE CONFORM ISO/CEN 17025:2005
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 1 Vormingssessie Laboratoria DIAINE SACHA 2006/09/13 DG Laboratoria FOODLIMS FAVV.
Collectieve en Individuele valbeveiliging
Nieuwe meetvoorwaarden voor stookinstallaties, stationaire motoren en gasturbines 11 juni 2004 Peter Meulepas
Workshop NeR: Controleren van luchtemissies (3.7)
in gasvormige emissies
Parametric release Wat is dat?.
Jacqueline Reijerink algemeen directeur SPSZN Symposium 23 mei 2016.
Selectie en validatie van interne controles voor immuunhistochemie
Bepaling van ethanol in biologische monsters met behulp van statische headspace en gaschromatografie met vlamionisatie detector Jan De Rycke.
Wouter De Cock Bachelorproef Validatie van STA-R MAX® Stago analysers voor routine coagulatie parameters.
Richtlijn inzake industriële emissies (IPPC review) Thema inspecties, toegang tot informatie en deelneming van het publiek Michel Amand DGRNE - DCE Pilote.
EEN TERUGBLIK OP DE ONAANGEKONDIGDE VELDAUDITS IN VLAANDEREN.
OMGANG MET MEETGASKOELERS BIJ DE METING VAN NO 2 EN SO 2 IN VOCHTIG AFGAS: EERSTE RESULTATEN.
“Statistiek, is dat moeilijk?”
Resultaten enquête batchprocessen
Code van Goede Praktijk Batch processen: kader
Emissiemetingen volgens SCIOS scope 6
Hoe eenvoudig is een gemiddelde?
2015 Wijzigingen VIAG & VWI’s
Herregistratie-eisen profielarts donorgeneeskunde
Meetonzekerheidsberekening voor anorganische rookgassen
Homogeniteit van de meetsectie
Raf De Fré – Wendy Swaans – Frederick Maes
VOS-identificatie en kwantitatieve bepaling d.m.v. gaschromatografie
Validatiegegevens compendiummethode chloor bij hoge CO2-gehaltes
Recente publicaties van het Referentielaboratorium Lucht
ERKENNINGSVOORWAARDEN
Toelichting bij EN Werkgroep 9 mei 2007.
Essentiële kwaliteitsvereisten bij Emissiemetingen Lucht
Test van de compendiummethode voor Cl2 in aanwezigheid van CO2
Meetonzekerheid: praktische rekenvoorbeelden
Resultaten enquête controlekaarten
CvGP stookinstallaties
Historiek resultaten van de LABS ringtesten
Een praktijkvoorbeeld Compendium lucht methode 11 alcoholen
Programma Werkgroep Lucht december 2006
Resultaten enquête werkgroep
Voorbereiding accreditatie ringtesten rookgassen
Wendy Swaans Werkgroep lucht 8/12/06
Voorspellende analyse
WERKGROEP/ LABSDAG LUCHT 2016
Verkorte validatie van Anti-arrhythmica op de LC-MS/MS
Organisatie LABS-ringtesten
Bespreking en evaluatie van recente LABS ringtesten
ERKENNINGSVOORWAARDEN
Meetonzekerheid: praktische rekenvoorbeelden
Emissiemetingen volgens SCIOS scope 6
Essentiële kwaliteitsvereisten bij Emissiemetingen Lucht
Historiek resultaten van de LABS ringtesten
Wendy Swaans LABS-dag 08/06/07
Hoe eenvoudig is een gemiddelde?
Een praktijkvoorbeeld Compendium lucht methode 11 alcoholen
Validatiegegevens compendiummethode chloor bij hoge CO2-gehaltes
CvGP stookinstallaties
Programma Werkgroep Lucht december 2006
Code van Goede Praktijk Batch processen: kader
Resultaten enquête controlekaarten
INHOUD Kadering Doelstelling Geselecteerde koeler Testprogramma Resultaten Vragenlijst meetgaskoelers.
Overzicht aanpassingen compendium lucht
11 juni 2004 Peter Meulepas Nieuwe meetvoorwaarden voor stookinstallaties, stationaire motoren en gasturbines 11 juni 2004 Peter.
Wendy Swaans Werkgroep lucht 8/12/06
Test van de compendiummethode voor Cl2 in aanwezigheid van CO2
in gasvormige emissies
een terugblik op de OnaangekonDIGDE veldaudits in VLAANDEREN
VOS-identificatie en kwantitatieve bepaling d.m.v. gaschromatografie
Voorbereiding accreditatie ringtesten rookgassen
Resultaten enquête werkgroep
WERKGROEP/ LABSDAG LUCHT 2016
Transcript van de presentatie:

Wendy Swaans LABS-dag 08/06/07 Overzicht van essentiële kwaliteitseisen in kader van een erkenning lucht: Wendy Swaans LABS-dag 08/06/07

Kwaliteitseisen erkenning lucht Overzicht eisen: Kalibratie/controle gasmonitoren; Minimale vereisten voor evaluatie van de lineariteit van monitoren; Gravimetrische bepaling van het watergehalte; Aantal meetpunten en meetduur per meetpunt voor een debietsmeting Lektesten; Bemonstering van (organische) componenten op patroontjes; NO2-meting; Validatie (algemeen-organische componenten-monitoren); Hervalidatie; Validatie per type instrument;

Kwaliteitseisen erkenning lucht Kalibratie/controle gasmonitoren: Gebruik van een BELAC (BKO) of ISO 17025 gecertificeerd (herleidbaar) kalibratiegas; Voor O2 is buitenlucht een goede keuze Gebruik van een onafhankelijk controlegas (moet niet ISO 17025 gecertificeerd zijn, mag geen verdund gas zijn); Onafhankelijk: kalibratie- en controlegas bij voorkeur van verschillende gasleveranciers, indien dit niet het geval is moeten gassen vanuit een verschillend moedergas bereid zijn Concentratie controlegas: bij voorkeur rond 50% van meetbereik

Kwaliteitseisen erkenning lucht De toegelaten kalibratie-onzekerheid op de fles mag voor CO, O2, NOx maximum 2% bedragen indien de EN-normen van toepassing zijn (grote stookinstallaties en afvalverbranding), voor andere installaties is max. 5% toelaatbaar opmerking: het 2%-criterium dat door de EN-norm voor O2 toegelaten wordt is bij een conc. van >10%O2 absoluut te ruim om te kunnen voldoen aan het VITO-criterium bij erkenningen ( 0,2% absoluut)

Kwaliteitseisen erkenning lucht Voorwaarden voor gebruik op locatie van gassen die door het labo zelf gecertificeerd worden volgens ISO17025 tegenover BELAC gassen Procedure voor de kalibratie van deze fles moet beschikbaar zijn; De kalibratie-onzekerheid van de zelf te certificeren fles moet bepaald worden; Toegelaten kalibratie-onzekerheid: max. 2% indien EN-normen van toepassing zijn of max. 5% voor andere installaties …

Kwaliteitseisen erkenning lucht De procedure voor kalibratie moet tenminste volgende elementen bevatten: Uitvoeren van 2 vergelijkende metingen van het niet gecertificeerde gas t.o.v. het gecertificeerde en rapportering van de gemiddelde waarde op voorwaarde dat de reproduceerbaarheid van dergelijke meting op voorhand uitgebreid bepaald werd (met minimum 6 metingen !) en deze reproduceerbaarheid inbegrepen wordt in de meetonzekerheid op de gemiddelde waarde; Tussen de twee metingen moeten een zero- en een spanmeting worden uitgevoerd; Span en zero worden bijgeregeld of verrekend in het eindresultaat;

Kwaliteitseisen erkenning lucht Verliezen in het bemonsteringssysteem (aanzuigleiding, gasconditionering, …) moeten gevalideerd zijn (door aanbieding kalibratiegas rechtstreeks, controle via gans systeem); Er wordt aanbevolen om deze verliezen bij elke meting te controleren door: rechtstreeks aanbieden van kalibratiegas aan de monitoren (conform EN normen !) Aanbieden van controlegas via het ganse bemonsteringssysteem Verliezen in het bemonsteringssysteem moeten in de totale meetonzekerheid zijn opgenomen;

Kwaliteitseisen erkenning lucht Periodieke verwerking van controlekaarten is verplicht tenzij er bijvoorbeeld minder dan 10 punten op een half jaar op staan; Bij gebruik van vaste grenzen op controlekaarten: moet eveneens een periodieke evaluatie (bv jaarlijkse) gebeuren; moeten de grenzen kwantitatief onderbouwd zijn;

Kwaliteitseisen erkenning lucht Alle kalibraties moeten natrekbaar zijn in de electronische datafiles (zowel zero-, span-, als controlegas); Zero- en spandriftcontrole uitvoeren op basis van aanbieden van zero- en kalibratiegas (of controlegas) voor en na de meting; Criteria voor zero- en spandrift voor meting met monitoren volgens nieuwe EN normen + meting met electrochemische toestellen: Toestellen + data-acquisitie moeten negatieve waarden toelaten;

Kwaliteitseisen erkenning lucht Opmerkingen criteria voor zero- en spandrift volgens nieuwe EN normen: Vóór het bestaan van de EN normen heeft VITO iets ruimere criteria aan laboratoria doorgegeven. Deze moeten dus nu aangepast worden aan de EN-normen. Criterium voor zuurstof §8.4.3 van EN 14789 is veel te ruim en vermoedelijk gewoon van andere normen gekopieerd ! Zie ook B3 “performance characteristics” pg 24 waar als max. drift 0,2% absoluut/24 wordt opgegeven. De door VITO voorgestelde criteria voor zuurstof zijn:

Kwaliteitseisen erkenning lucht Minimale vereisten voor evaluatie van de lineariteit van monitoren: Vastleggen criterium voor de correlatiecoëfficiënt (bv. R > 0,995); Visueel uitzetten van de ijklijn zodat afwijkingen ten opzichte van de ijklijn (= residuelen) zichtbaar worden; Minimum aantal punten: 5 + zero (na eliminatie van punten moeten minimum 5 punten overblijven); Ijklijn niet door nul forceren; Het volstaat om iedere concentratie één keer te meten; Frequentie lineariteitscontrole: momenteel 2-jaarlijks (tenzij een drastische ingreep van het toestel plaatsvond);

Kwaliteitseisen erkenning lucht Gravimetrische bepaling van het watergehalte: Een balans moet ter plekke aanwezig zijn indien het watergehalte nodig is om een isokinetische bemonstering uit te voeren (in het andere geval mag ook in het labo afgewogen worden) Bij de balans moet een controlegewicht (en controlekaart) aanwezig zijn. De verwerking van deze controlekaart hoeft niet statistisch te zijn, maar mag met vaste grenzen.

Kwaliteitseisen erkenning lucht Aantal meetpunten en meetduur per meetpunt voor een debietsmeting: Conform NBN T 95-001 indien het debiet belangrijk is voor vergelijking met EGW (dus bijvoorbeeld als de EGW gekoppeld is aan meting van een massastroom); meetduur per punt in dit geval = 2 minuten In andere gevallen mag ISO 10780/ISO 9096 gevolgd worden. Meetduur per meetpunt mag korter zijn volgens ISO.

Kwaliteitseisen erkenning lucht Lektesten: In de procedure moet kwalitatief beschreven staan hoe deze moet worden uitgevoerd; moeten kwantitatief geregistreerd worden (eveneens registratie tijdstippen, gastellerstanden, resterend lekdebiet !) Bemonstering van (organische) componenten op patroontjes Verplichte registratie van het bemonsterd gasvolume op patroontjes bv. met gasteller

Kwaliteitseisen erkenning lucht NO2-meting: NO2/NO convertor-efficiëntie: Minimum 95% volgens EN 14792 (=NOX meting met chemiluminescentie-monitor) Momenteel toegestaan door VITO:

Kwaliteitseisen erkenning lucht NO2-meting: Bij een zeer kleine NO2-bijdrage (tot totaal NOX) kunnen ruimere zero- en spandriften eventueel toegelaten worden indien het labo kan aantonen dat de meetonzekerheid binnen de 30% van Vlarem blijft (voor EN normen binnen 10% !) Convertor-efficiëntie momenteel testen bij een NO2-concentratie van ±10% van het NOX-meetbereik (of EGW)

Kwaliteitseisen erkenning lucht Validatie algemeen: Altijd vereist (bv normmethodes): (Intra-) Reproduceerbaarheid (bv. uit controlekaarten, min. factor tijd variëren) Juistheid (bv. uit ringtestgegevens) Werkgebied Aantoonbaarheids- en bepalingsgrens indien relevant (niet bij pH-metingen bv) Meetonzekerheid Volledige validatie (bv. zelf ontwikkelde methoden, afgeleide methoden) omvat bijkomend: Selectiviteit (interferenties: bv. uit ringtest) Robuustheid Andere parameters indien relevant

Kwaliteitseisen erkenning lucht Validatie organische parameters: Altijd bijkomende validatie van: Stabiliteit Desorptie-efficiëntie Doorbraak (validatie of max. criterium in procedure) GC-FID, GC-MS: kalibratie van het volledige werkgebied tenminste jaarlijks + analyse van een tussentijdse onafhankelijke controlestandaard met vastgelegd criterium Bij gebruik GC-FID (VDI 2457/1): Ofwel voorafgaande GC-MS screening Ofwel gebruik van twee kolommen

Kwaliteitseisen erkenning lucht Validatie monitoren Opmerking nieuwe EN normen voor O2, NOx, CO: een aantal bijkomende parameters moeten gekend zijn ter bepaling van de meetonzekerheid: Zero- en spandrift (bij elke meting bepaald) Herhaalbaarheid op zero- en spanniveau Lack of fit (lineariteit) Invloedsfactoren temp., druk, debiet, spanning (leveranciersgegevens) Interferenties Verliezen/lekken bemonsteringslijn vereisen een jaarlijkse lineariteitstest (door VITO wordt de frequentie momenteel verlaagd naar 2 jaar, overige wordt door ringtest ingevuld)

Kwaliteitseisen erkenning lucht Hervalidatie is vereist bij: een aanpassing van de methode die essentieel is; wijziging van het toesteltype; meetbereik dat door de wet werd aangepast; Validatie per type instrument is toegelaten, bij aankoop van een vergelijkbaar type apparaat volstaat een ingangscontrole (vast te leggen in procedure bv lineariteitscontrole-controlekaart)