Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappen Paragraaf 6 en 7
inhoud Mondiale lucht- en zeestromen (par. 6) Wet van Buys Ballot (box I) Klimaatzones (par. 7)
Hogedrukgebieden, lagedrukgebieden en wind Luchtdruk Hogedrukgebied (maximum) Lagedrukgebied (minimum) Wind
Depressies Westenwinden Passaten Westenwinden Depressies
Wet van Buys Ballot Lucht beweegt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied, waarbij met de wind in de rug geldt dat op het noordelijk halfrond de wind een afwijking heeft naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links.
Draaiing van de aarde verklaart deze wet Aarde: ronddraaiende bol Snelheid aarde evenaar groter dan Nederland Ook lucht! Lucht boven evenaar hogere snelheid Raakt voor op de aarde op hogere breedtes En andersom!
Weerkaart van Europa
Zie je een depressie en het equatoriale minimum?
Zeestromen (driften) Aangedreven door de wind Water beweegt vooral horizontaal Golfstroom Zeestromen o.i.v. passaten Westenwinddrift
Weer en klimaat Het weer is: de toestand van de lucht op een bepaalde plaats en een bepaald moment. Het klimaat is: het gemiddelde weer over 30 jaar berekend.
Mondiale klimaatgebieden volgens Köppen
Klimaatgebieden volgens Köppen Natuurlijke vegetatiezones
Klimaatzones Mondiale luchtcirculatie: uitwisseling van lucht en warmte De mondiale zee- en oceaanstromen: transport van water en warmte Leidt tot bepaalde verdeling van temperatuur en neerslag Op basis daarvan: klimaatzones
Andere schaalniveaus (continentaal/lokaal). 1 Andere schaalniveaus (continentaal/lokaal)? 1. Reliëf (loef- en lijzijde) Bijvoorbeeld: Sierra Nevada in de VS Loefzijde Lijzijde
2. Moesson: natte en droge moesson 3. Invloed van de zee
Klimaat in het geologische verleden Afwisseling van interglacialen (warm) en glacialen (koud) Oorzaken? - verschuiving continenten - vulkaanuitbarstingen - meteorietinslagen - baan van de aarde rond de zon en stand van de aarde ten opzichte van de zon