Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Ontwikkelingsbiologie van de mens
Advertisements

Hormonale regeling van de voortplanting
De cel.
Thema 3 Erfelijkheid Van een pasgeboren baby wordt vaak gezegd: ‘Ik vind dat hij op zijn moeder lijkt,’ of: ‘Hij heeft de ogen van zijn vader.’ Toch zijn.
Chromosomen en waarom je op je ouders lijkt.
Thema 3 Genetica Paragraaf 1
X-chromosomale overerving
Thema 3: Erfelijkheid B1: Chromosomen.
Thema 3: Erfelijkheid B1: Chromosomen.
De bevruchting 1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicel
Erfelijkheid Genotype / fenotype.
Hormonale regeling van de voortplanting
Van de conceptie tot geboorte
De voortplanting bij de mens
Embryonale ontwikkeling
Thema 3: Erfelijkheid B1: Chromosomen.
VOORTPLANTING BIJ DE MENS
Voortplanting & ontwikkeling
Vorige keer….
Erfelijkheid Thema 4.
Vorige keer…. Fenotype: Het uiterlijk van een organisme (zichtbare eigenschappen/eigenschappen die tot uiting komen) Genotype: Informatie voor alle erfelijke.
Thema 3: Erfelijkheid B1: Chromosomen.
Thema 4 Het hormoonstelsel
Hoofdstuk 7: Erfelijkheid
Ontwikkeling van het jonge kind
Week 2 : Ontwikkelingspsychologie, Liesbeth van Beemen:
ONTWIKKELING VAN HET JONGE KIND College 1 Inleiding module.
Opvoeding en ontwikkeling van het jonge kind
DOWNSYNDROOM Janne Lefebvre
ERFELIJKHEID.
ZW3 H3 Voortplanting. Geslachtskenmerken: Hieraan kun je zien van welk geslacht iemand is. Primaire geslachtskenmerken: Zijn er al bij de geboorte, bijvoorbeeld.
Bron: raadpleging
Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling
Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid
Chromosomen en waarom je op je ouders lijkt.
B1: Genotype en fenotype
Erfelijkheid Hoofdstuk 10 Kees van den Bergh.
ERFELIJKHEID.
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
Wat is genetica? (hfdst 1 van ELF)
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
Wat is genetica? (hfdst 1 van ELF)
De bevruchting 1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicel
ERFELIJKHEID.
Paedramatisch ingegrepen.
Thema 3 Erfelijkheid Van een pasgeboren baby wordt vaak gezegd: ‘Ik vind dat hij op zijn moeder lijkt,’ of: ‘Hij heeft de ogen van zijn vader.’ Toch zijn.
De voortplanting bij de mens
De bevruchting 1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicel
ERFELIJKHEID.
De voortplanting bij de mens
De voortplanting bij de mens
8.2 Puberteit.
Fokkerij 1.1 Wat is genetica?.
De bevruchting 1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicel
De bevruchting 1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicel
Transcript van de presentatie:

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling 1 Introductie 2 Erfelijkheid en prenatale ontwikkeling -Elke cel 46 chromosomen of 23 chromosomenparen -Zaad- en eicellen  23 chromosomen -Nieuwe cel = zygote (chromosoom van de vader en chromosoom van de moeder) -22 paren chromosomen gelijk (autosomen) bij man/vrouw 23ste paar = geslachtschromosoom Afwijkingen t.h.v. chromosomen -Syndroom van Down -Syndroom van Turner X-gebonden erfelijke aandoeningen -Fragiele X-syndroom -Syndroom van Rett P.Dejonckheere ©

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling Dominante en recessieve genen -Dominantieprincipe van Mendel Een gen is dominant over het andere In voorbeeld is paars dominant over wit Dus uit eerste generatie ontstaan enkel paarse bloemen. In de tweede generatie ontstaat opnieuw wit (25%) naast 75% paarse. Dus het onderdrukt gen is er wel maar komt niet tot expressie (kan dus wel worden doorgegeven)

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling Bepaling van geslacht Bij versmelting van eicel en zaadcel zijn volgende combinaties mogelijk op het 23ste chromosoom: XX (meisje), XY (jongen), XX (meisje), XY (jongen). Dus mannelijke zaadcel bepaalt het geslacht van de baby. Zwangerschap en geboorte Bevruchte eicel 0-2 weken  Embryo 2-8 weken  Foetus 9-38 weken Duur gemiddeld 40 weken 37-42 weken = zwangerschap op tijd <37 weken = vroeggeboorte of prematuriteit 32 weken = extreme prematuriteit  risico's voor ernstige handicaps, gedragsproblemen, leerproblemen, … < 3%  tweelingengeboorte (monozygoot of dizygoot) Drieling = trizygoot. Prenatale invloeden en bedreigingen: ziekten van de moeder (bv rubella, CMV, aids), drugs/medicijnen (bv antibiotica), roken (ook passief roken), alcohol (foetaal alcoholsyndroom of FAS), ondervoeding, leeftijd moeder, emotionele factoren (bv stress en angst)

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling 3 lichamelijke groei groeiprincipes P.Dejonckheere ©

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling Lichaamsverhoudingen (baby ≠ peuter ≠ lagereschoolkind ≠ adolescent) -Een groot hoofd vergeleken met rest lichaam. -Eerste maanden verloopt groei van kind vrij snel zowel op vlak van zijn lengte als op vlak van gewicht. De groei = asynchroon = niet overal even snel en constant. Groei voorspellen Grove benaderingen P.Dejonckheere ©

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling Groei uitdrukken in percentielen Percentiel 50  50% van de kinderen is kleiner of gelijk aan het gemeten kind terwijl de overige groep groter is of gelijk Percentiel 90  90% van de kinderen is kleiner of gelijk aan het gemeten kind terwijl 10% groter is of gelijk Gebruikelijke weergave In SD’s = zegt iets over de Spreiding ten aanzien van Het gemiddelde P.Dejonckheere ©

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling 4 Groeifactorren Factoren die de groei van het kind bepalen -Genetisch -Hormonen en voeding (groeihormoon, schildklierhormoon, testosteron, oestrogenen) -Deze hormonen spelen voor de geboorte en een paar maanden na de geboorte nog geen rol in groei kind. -Vanaf 6 à 9 maanden  groeihormoon van belang (ondersteund door schildklierhormoon) -Vanaf puberteit (start meisje 9-14 j / jongen 10-15 j)  geslachtshormonen zetten groeispurt in gang (jongen groeit langer door) -Lichamelijke veranderingen  onzekerheid -Puberteit lichamelijke veranderingen (primaire en secundaire geslachtskenmerken) -Vroeger of later dan verwacht?  jongen  meisje ! Bedreigingen: ondervoeding, ziekten. P.Dejonckheere ©

Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Fysieke Ontwikkeling 4 Gezondheid Overgewicht (BMI) ( voeding, beweging, erfelijkheid, medisch, omgevingsfactoren) Anorexia Nervosa ( angst volwassen worden, negatief lichaamsbeeld, emotionele gevoeligheid, stress enz.) Boulimia Nervosa ( gelijkaardige oorzaken als AN) Stress coping Allergieën Astma Kanker Epilepsie Partiële versus generaliserende Slapen Pavor nocturnus – Slaapwandelen – Nachtmerries - Insomnie Zindelijkheid P.Dejonckheere ©