De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid

Verwante presentaties


Presentatie over: "Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid"— Transcript van de presentatie:

1 Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid

2 BS1 Genotype en Fenotype
Fenotype Zoals je eruit ziet en bent Genotype De erfelijke eigenschappen zoals ze in de Genen vastliggen

3 Genotype Genotype De erfelijke eigenschappen
zoals ze in de Genen op de Chromosomen vastliggen

4 Fenotype Fenotype Zoals je eruit ziet en bent

5 Hoe komt het Fenotype tot stand?
Genotype milieu-invloeden  fenotype Bv. De tweeling heeft hetzelfde genotype Maar de ene heeft goed haar tanden gepoetst en de ander niet . Het fenotype is verschillend ( links gave tanden , rechts rotte tanden)

6 BS2 Geslachtschromosomen

7 Geslachtschromosomen in lichaamscellen

8 Geslachtschromosomen in lichaamscellen van een man
XY

9 Geslachtschromosomen in lichaamscellen van een Vrouw
XX

10 reductiedeling

11 Geslachtschromosomen in geslachtscellen ontstaan als chromosomenparen elkaar loslaten bij de meiose(reductiedeling) Man

12 Reductiedeling( meiose)
Animatie met een cel met 3 chromosomenparen Variatie door Crossing –over Bij de reductiedeling

13 Reductiedeling I II

14 Geslachtschromosomen bij de bevruchting
vrouw X X X Y XY XY 50 % mannen man XX XX 50 % vrouwen

15 BS3 Tweelingen 1-eiïg Uit 1 eicel 2-eiïg Uit 2 eicellen

16 1-eiïg

17 2-eiïg

18 BS4 Chromosomen en Genen

19 Uitgerolde chromosoom Een stuk daarvan is een gen(eigenschap)

20 BS5 Genenparen 3 genen-paren Een chromosomenpaar

21 Homozygoot en Heterozygoot

22 rr RR Homozygoot P (ouders) Genen In de Lichaamscellen Homozygoot rood
(dominant) (de baas) Homozygoot wit (recessief)

23 RR Rr Homozygoot rood Heterozygoot rood (dominant) (recessief)
Genen In de Lichaamscellen RR Rr Homozygoot rood (dominant) (=de baas) Heterozygoot rood (recessief) Is niet zichtbaar

24 Dominante en Recessieve Genen
Hangende oorlel Dominant (de baas)(sterkste) vergroeide oorlel Recessief (onderdanig)(zwakste) (moet homozygoot zijn )

25 Fenotype Genotype Rr RR rr Genotype kan zijn Of zijn !!!!!!
Genotype kan alleen zijn !! Waarom kan er geen R in de witte bloem zitten ?

26 Gensymbolen RR Rr rr Homozygoot dominant Heterozygoot dominant
Een Hoofdletter betekent een dominant gen RR Homozygoot dominant Rr Heterozygoot dominant rr Homozygoot Recessief

27 BS6 Kruisingen

28 In de Lichaamscellen komt een eigenschap 2 keer voor omdat chromosomen daar in paren voorkomen

29 rr RR P (ouders) Genen In de Lichaamscellen Homozygoot rood
(dominant) (de baas) Homozygoot wit (recessief)

30 De chromosomenparen laten
RR rr Reductiedeling De chromosomenparen laten elkaar los

31 In de Lichaamscellen RR rr reductiedeling

32 rr r r RR R R stuifmeel eicellen In de Lichaamscellen reductiedeling
of of stuifmeel eicellen

33 Bij een kruising van de 2 bloemen hoort het volgende kruisingsschema
Bij een kruising van de 2 bloemen hoort het volgende kruisingsschema . hieruit ontstaat F1 ( eerste generatie nakomelingen)

34 R R r r of of stuifmeel eicellen

35 R R r r of

36 R R r r of

37 R R r r of

38 R R r r

39 R R r R r r

40 R R r R r R r r

41 R R r R r R r r R r

42 R R r R r R r r R r R r F1 genotypen

43 R R r R r R r r R r r r F1 fenotypen

44 R R r R r R r 25 % 25 % r R r r r 25 % 25 % F1 fenotypen

45 R r R r 25 % 25 % R r r r 25 % 25 % F1 fenotypen

46 R r R r 25 % 25 % 100 % R r R r 25 % 25 % F1 Genotypen

47 Nu gaan we een nakomeling met een andere nakomeling kruisen

48 Genen In de Lichaamscellen R r R r

49 In de Lichaamscellen R r R r reductiedeling

50 r r R r R r R R stuifmeel eicellen In de Lichaamscellen reductiedeling
of of stuifmeel eicellen

51 Bij een kruising van de 2 bloemen hoort het volgende kruisingsschema
Bij een kruising van de 2 bloemen hoort het volgende kruisingsschema . hieruit ontstaat F2 ( tweede generatie nakomelingen)

52 R r R r of of stuifmeel eicellen

53 R r R r of

54 r R R r of

55 r R R r of

56 r R R r

57 r R R R R r

58 r R R R R R r r

59 r R R R R R r r R r

60 r R R R R R r r R r r r F2 genotypen

61 r R r r R R R r r 25 % 25 % r R R r r r r 25 % 25 % F2 Fenotypen

62 r r R R R r r 25 % 25 % R R r r r r 25 % 25 % F2 Fenotypen

63 R R R 25 % 75 % 25 % R R r r r r 25 % r r r r F2 Fenotypen 25 %

64 Bioplek kruisingsverhaal met erwten

65 BS7 Stambomen

66 Oefenvraagstukken

67 BS8 Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting

68 Geslachtelijke voortplanting
Hierbij vindt eerst reductiedeling bij de chromosomen plaats Bij het mannetje en bij het vrouwtje En daarna smelten de chromosomen van het mannetje en vrouwtje samen Tot een chromosomenpaar van de nakomeling ( zie BS 6 kruising )

69 Ongeslachtelijke voortplanting 1
Enten stekken

70 Ongeslachtelijke voortplanting 2
uitlopers bol

71 Ongeslachtelijke voortplanting 3
wortelstokken knollen

72 BS9 Mutaties Plotselinge veranderingen Van het genotype
Hier zie je ook dat het fenotype veranderd is

73 Mutaties door straling
Verbranding Straling meten

74 HuidKanker Melanoom (huidkanker)
Melanoom (huidkanker) huidkanker die uitgaat van de pigmentcellen (melanocyten)

75 Kankergezwel

76 prostaatkanker

77 longkanker

78 BS10 Erfelijkheidsonderzoek
Diverse erfelijke afwijkingen alfabetisch Diverse erfelijke afwijkingen Erfelijkheid en kanker

79 Genetisch advies Erfelijke ziekten en het advies naar aanstaande ouders

80 Prenataal onderzoek

81 Echografie Echografie met radiogolven

82 Hielprik

83 vruchtwaterpunctie

84 BS11 Biotechnologie Transgene Stier Herman (lactoferine via melk nakomeling koeien . ( resultaat : te weinig lactoferine in de melk ) ( alle nakomelingen zijn vernietigt )

85 rol van bacterien bij voedselproductie 1
melk + (reincultuur yoghurtbacterien) Yoghurt wittekool + melkzuurbacterien zuurkool

86 rol van bacterien bij voedselproductie 2
Suikerhoudend sap + wijngist wijn suikerhoudend gerstsap + biergist  bier

87 Insulineproductie door genetisch gemodificeerde bacteriën

88 Genetische modificatie
Actie in Parijs tegen de productie van voedsel met ingrediënten die genetisch gemanipuleerd zijn. Foto: Isabelle Rouvillois

89 Kloneren Gekloonde schaap Dolly Grapje!! Gevaar ?!

90 Misdaadbestrijding DNA-profielvan de verdachte wordt vergeleken met DNA- Profiel van bijv. sperma na een zedenmoord

91 BS12 leren en werken Veehouder: heeft veel te maken met erfelijke eigenschappen voor Melkproductie of vleesproductie


Download ppt "Klas 4 KGT Thema 4 Erfelijkheid"

Verwante presentaties


Ads door Google