Spelregelavond
Hoeveel recht hebben spelers op inspeeltijd? 10 minuten 5 minuten 15 minuten Competitiereglement: Hoofdstuk II: organisatie van de competitie; 11: onder 3: spelers hebben het recht op een inspeeltijd van 5 minuten.
Inspeeltijd na een onderbreking 2 Hebben spelers recht op inspelen als een partij na 20 minuten wordt hervat nadat deze is stilgelegd wegens weersomstandigheden? Ja, 3 minuten inspeeltijd; Ja, 5 minuten inspeeltijd; Nee, er moet direct worden begonnen met serveren voor de volgende game. Competitiereglement: Hoofdstuk II: organisatie van de competitie; 11: onder 4 Bij onderbreking van een partij ten gevolge van weersomstandigheden of overmacht geldt dat wanneer deze onderbreking: minder dan 15 minuten heeft geduurd geen recht bestaat op inspeeltijd; minimaal 15 maar minder dan 30 minuten heeft geduurd recht bestaat op een inspeeltijd van 3 minuten; 30 minuten of langer heeft geduurd recht bestaat op een inspeeltijd van 5 minuten. Een speler heeft na het beëindigen van een partij recht op 30 minuten rust.
Aanwezig zijn voor een competitiewedstrijd 3 Voor competitiewedstrijden worden aanvangstijdstippen vastgesteld. Wanneer is een ploeg aanwezig op het aanvangstijdstip? Als de gehele ploeg aanwezig is; Als tenminste de helft van de spelers aanwezig is; Als 1 speler aanwezig is. 28 Begintijd en planning van een competitiewedstrijd: 2. a. Een ploeg wordt geacht aanwezig te zijn indien minimaal één speler van die ploeg aanwezig is.
Overmacht 4 De aanvoerder van een ploeg belt naar de ontvangende club dat ze in de file staan en dat ze niet op het vastgestelde aanvangstijd aanwezig kunnen zijn. Hoelang moet de ontvangende ploeg wachten voordat ze de tennisbaan mogen verlaten? ½ uur; 1 uur; 2 uur.
Beschikbaarheid baan 5 Het is druk op de tennisbaan; een competitiewedstrijd kan daardoor niet beginnen op het vastgestelde aanvangstijdstip. De aanvoerder van de bezoekende ploeg zegt na 1 uur wachten, dat zijn ploeg niet meer wil spelen en dat ze de naar huis gaan, mag dat? Ja Nee
Klaar staan op de baan 6 Er is een baan beschikbaar om een partij te beginnen; een speler van de ontvangende club komt tot ontdekking dat hij zijn tennisschoenen heeft vergeten en gaat naar huis om ze te halen; na 20 minuten is hij nog niet terug; de bezoekende ploeg eist de partij op, omdat het te lang duurt voordat de speler terug is; kan de bezoekende ploeg de partij opeisen? A. Nee, de partij kan pas na een ½ uur worden opgeëist; B. Ja, de partij kan worden opgeëist omdat spelers binnen 15 minuten speelklaar moeten zijn; C Ja, want als een speler het terrein verlaat, nadat de aanvoerder van de ontvangende ploeg spelers heeft opgeroepen aan de partij te beginnen, kan de partij worden opgeëist, omdat het dan niet meer is toegestaan het terrein te verlaten.
Wachten bij slecht weer 7 Door regen kan een competitiewedstrijd niet op tijd beginnen. Beide ploegen moeten dan wachten tot de weersomstandigheden zodanig wijzigen dat spelen mogelijk is. Hoe lang moet worden gewacht na de officiële begintijd? 1 uur; 2 uur; ½ uur.
Spelen in een hogere ploeg 8 Hoe vaak mag een speler in een hogere ploeg spelen in een bondsjaar in een bepaalde competitie? 1 keer; In een hogere ploeg spelen mag altijd; 2 keer.
Speelgerechtigd op een inhaaldag 9 Door omstandigheden is een competitiewedstrijd niet doorgegaan. Op de inhaaldag heeft de betreffende ploeg een speler meegenomen die op de oorspronkelijke dag in een ander team heeft gespeeld; Mag dat? Ja Nee
Hoe hoort het eigenlijk 10 Wie houdt volgens de tennisetiquette de stand bij? De serveerder De ontvanger
In of uit 11 Je tegenstander geeft jouw bal uit. Hij weet het zeker, jij twijfelt. Wat is juist? Je eist een let; Je gaat af op het oordeel van je tegenstander
Schoenen 12 Je hebt tennisschoenen die geschikt zijn voor gravelbanen. Nu speel je een competitiewedstrijd met kunstgrasbanen. Mag je gravelschoenen dragen? Nee; Ja.
Frustratie 1 13 Na een slechte bal sla je uit frustratie je racket op de grond kapot. De competitieleider spreekt je hierop aan en geeft je een waarschuwing. Is dat terecht? Nee, het toch mijn eigen racket dat ik kapotsla; Ja, je racket kapotslaan valt onder incorrect gedrag
Dorst 14 Je wilt tijdens een gamewissel een flesje met water vullen. Mag dat? Nee je mag de baan niet verlaten voor het vullen van een flesje water; B. Ja, als je maar binnen 90 seconden terug bent.
Kleding 15 Welke bewering is juist? Je mag alle kleding en schoenen dragen die je wilt op de baan; Je mag alleen schoenen en kleding dragen van de sponsor van de KNLTB; Je moet kleding en schoenen dragen die bedoeld zijn voor tennis; Je mag alleen witte tenniskleding en -schoenen dragen.
Frustratie 2 16 Je pakt na een verloren punt een bal uit je zak en slaat die keihard in het net. Mag dat? Nee, dat valt onder incorrect gedrag; Ja, als je maar niemand raakt.
Op en rond de baan 17 Wat is geen vaste hindernis? De scheidsrechtersstoel; Een toeschouwer; De vaste netpaal in een enkel; De vaste netpaal in een dubbel.
Punt voor punt 1 18 Je tegenstander slaat een bal en raakt de grond in jouw speelhelft; de bal draait vervolgens terug over het net en jij reikt met je racket over het net en raakt de bal, onbereikbaar voor je tegenstander. Wat is juist? Het punt is voor je tegenstander; je mag niet met je racket over het net reiken; Het punt is voor jou; je mag in dit geval met je racket over het net reiken;
Punt voor punt 2 19 De 1e set win je met een tiebreak, wie begint de volgende set? Jij als winnaar van de tiebreak; Je tegenstander, als verliezer van de tiebreak; De speler die begon met serveren in de tiebreak; De speler die begon met ontvangen in de tiebreak.
Punt voor punt 3 20 Je speelt een herendubbel met het beslissend puntsysteem. Jij serveert bij 40-40 en de tegenstander geeft aan dat je vanaf links moet serveren. Mag dat? Nee je moet vanaf rechts serveren; Nee, als serveerder mag je beslissen vanaf welke kant je serveert; Ja, je moet vanaf links serveren; Ja, de ontvanger bepaalt vanaf welke kant je serveert. Beslissend Punt Systeem in de game Het punt dat bij 40-gelijk wordt gespeeld, is beslissend. Er is dus geen voor- of nadeel. Als je het punt wint, win je de game. Als ontvanger kies je aan welke kant je de service wilt krijgen, rechts of links. In de dubbel kies je als ontvangende partij ook voor een kant, maar je mag onderling niet van plek wisselen. In de mix heb je geen keuze: de man serveert op de man, de vrouw op de vrouw. Ook hier mag je als ontvanger niet onderling wisselen van plek.
Punt voor punt 4 21 Er moet in een dubbel een beslissende wedstrijd tiebreak worden gespeeld; jij bent aan de beurt om te serveren, maar je wilt graag dat je partner begint. Mag dat? Ja; Nee. In een beslissende wedstrijdtijdbreak mag je in de dubbel de volgorde van serveren binnen je team veranderen (net zoals aan het begin van elke set).
Service 22 Je speelt een mixed dubbel en bent begonnen met serveren. De set eindigt in 6-4. Wat is juist? Jij moet beginnen in de 2e set; Jij of je partner moet beginnen in de 2e set; De dame van de tegenstander moet beginnen in de 2e set; De dame of de heer mag beginnen in de 2e set.
Ergens last van 1 23 Je wilt als meisje/vrouw na het spelen van 4 games van kleding wisselen Mag dat? Ja, zonder meer; Ja, maar dat mag niet meer dan 90 seconden duren; Nee, dat mag niet omdat het verwisselen van kleding door vrouwen alleen tijdens de setpauze mag plaatsvinden; Nee, je mag niet van kleding wisselen tijdens een wedstrijd.
Ergens last van 2 24 Je gooit tijdens de 1e service expres 2 ballen op, om je tegenstander af te leiden. Wat is juist? Het punt is voor je tegenstander; Je moet een 2e service slaan.
Ergens last van 3 25 Je speelt een bal met zoveel effect dat deze na de stuit achter het net, terugdraait. Je tegenstander reikt met zijn racket over het net. Omdat jij per ongeluk in de weg staat, mist je tegenstander de bal. Wat is juist? Je speelt een let; Het punt is voor je tegenstander; Het punt is voor jou.
Ergens last van 4 26 Je tegenstander gooit tijdens een rally expres een bal weg. Jij wordt daardoor afgeleid en mist de bal. Wat is juist? Het punt is voor jou; Het punt is voor je tegenstander; Je speelt een let.
Foutje 1 27 Je slaat in een dubbel een 2e service en tijdens de rally die volgt kom je er achter dat je partner had moeten serveren. Wat is juist? Je stopt de rally en je partner speelt een let 1e service; Je stopt de rally en je partner speelt een let 2e service; Je speelt het punt uit en je partner speelt de overige punten in de game; Je blijft de helegame serveren.
Foutje 2 28 Je serveert in een enkel per ongeluk 2 games achter elkaar. Nog voor het begin van een nieuwe game kom je hier achter. Wat is juist? Je begint weer met serveren, je bent immers aan de beurt; Je tegenstander serveert een game en vervolgens serveer jij weer; Je speelt de laatste game opnieuw, met je tegenstander aan service; Je tegnstander serveert 2 games achter elkaar.
Foutje 3 29 Tijdens een tiebreak in een dubbel sta je als ontvanger op links, terwijl je in de set steeds op rechts hebt gestaan. Wat is juist? Zodra je de fout ontdekt, ga je op rechts staan; Je blijft tijdens de hele tiebrak op links staan; Je speelt de hele tiebreak opnieuw, op de goede plek; Je gaat op rechts staan zodra je van speelhelft hebt gewisseld.
Foutje 4 30 Je speelt in een tiebreak voor het 6e punt. Het wordt 3-3 en dan kom je erachter dat je tegenstander eigenlijk aan de beurt was. Wat is juist? Je wisselt van speelhelft en je tegenstander krijgt een servicebeurt en vervolgens serveer jij weer; Je wisselt van speelheft en je tegenstander krijgt twee servicebeurten; Je speelt een let: je tegenstander serveert voor het 6e punt; Je speelt de hele tiebreak opnieuw.
Om de beurt 1 31 Je speelt een mixed dubbel en bent begonnen met serveren. De set eindigt in 6-4. Wat is juist? Jij moet beginnen in de 2e set; Jij of je partner moet beginnen in de 2e set; De dame van de tegenstander moet beginnen in de 2e set; De dame of de heer mag beginnen in de 2e set.
Om de beurt 2 32 Waar moet je als ontvanger staan? Achter het servicevak; Achter de baseline; Je mag overal staan, behalve in het servicevak; Je mag, aan jouw kant van het net, overal staan
Om de beurt 3 33 Vlak voor je serveert, steekt je tegenstander zijn hand omhoog, omdat hij last heeft van de wind. Hij blijft zolang wachten, dat je op een gegeven moment maar serveert en een ace slaat. Wat is juist? Je tegenstander heeft recht op een let omdat hij nog niet klaarstond; Het punt is voor jou. Het gedrag van je tegenstander valt onder opzettelijk hinderen.