Kleding door de eeuwen heen 1700 200 v. chr. 1600 1900
Kleding door de eeuwen heen 1700 200 v. chr. 1600 1900
De Egyptenaren 3000 v. Christus - 500 v.Christus Mensen droegen linnen stoffen. De stoffen waren gedrapeerd om het lichaam. De Farao herkende je aan de valse baard. Het volk droeg een lendendoek. Rijke mensen hadden een kaal hoofd met een wollen pruik.
De Grieken 800 v.Christus- 200 v.Christus De Grieken sporten naakt. Ze droegen gedrapeerde kleding die op de schouder vastgespeld werd en in de taille bijelkaar gehouden met een riem. De kleding viel in soepele plooien langs het lichaam
De Romeinen 200 v. Christus - 400 n. Christus De Romeinen droegen een toga van 5 meter lang. De vrouw droeg een beha onder haar tunica. Vrouwen droegen veel diamanten en sieraden in het haar. Haar kledingstuk was gedrapeerd van een kleinere lap dan die van de man. Dit noemde je een tunica.
De Middeleeuwen 400 -1500 Alles wat mensen droegen wees naar boven. De broek was gemaakt van twee aan elkaar genaaide kousen. Deze noemde je beenlingen.
Renaissance 1500 -1600 De man droeg een rijkversierde hes met pofmouwen en koeienmuilen. De vrouw droeg een jurk met een wijde rok en een korte sleep. Het schoonheidsideaal van de vrouw was: zo rond en mollig mogelijk. Bij zowel mannen en vrouwen werden veel splitten in de kleding gemaakt.
Barok 1600 -1730 De belangrijkste mode kwam uit Spanje. Stoffen waren niet meer effen, maar kregen drukke motieven. De vrouw droeg verschillende rokken over elkaar heen. De rok kreeg een sleep. De mannen hadden lange en golvende haren.
Rococo 1730 -1780 De vorm van de rococokleding lijkt op die van de barok. Roze, lichtblauw, zachtgeel, mintgroen en lila waren de belangijkste kleuren. Zowel de man als de vrouw droeg een witte pruik en liet zich wit poederen. Een witte huidskleur was het toppunt van rijkdom en elegantie. Zowel de man als de vrouw hingen vol met linten en strikjes, borduursels en versiersels.
Empire 1780 -1840 De gedrapeerde, hemdachtige kleding van de Romeinen maakte veel indruk. Mensen probeerden de Romeinse kledingstijl te imiteren. Bij de dameskleding ging de taillelijn omhoog tot net onder de borsten. De jurk had pofmouwtjes en de rok liep recht en soepel naar beneden, soms met een sleepje.
Romantiek 1840 -1875 De dames zagen eruit als zandlopers: zeer breed aan de bovenkant met een strakke taille en zeer wijde rokken. De schouderlijn werd verbreed door een boothals te dragen of door zeer verbrede schouders. De herenkleding veranderde langzaam in het mannenkostuum. Enorme bakkebaarden waren in de mode.
Belle epoque 1900 -1914 De kleding was meer gemaakt om er mooi in te zijn. Onder de kleding droegen de vrouwen een ijzeren korset. De japonnen vielen tot op de grond. Soms hadden japonnen een kort sleepje. Als assecoires gebruikten ze hoeden, parasols en handschoenen.
The roaring twenties 1918 -1929 In de jaren twintig veranderde de mode totaal. De nieuwe mode was zo plat en zo mannelijk mogelijk. Sommige vrouwen droegen nu zelfs een korset om hun borsten af te platten’.
Crisisjaren en oorlog 1929 -1945 De mode veranderde totaal. Van de mannelijke en sportieve look van de jaren twintig bleef niets meer over. Men verlangde naar een mooie theatrale mode. De roklengte werd weer lang, tot op de grond. Billen en borsten mochten weer geaccentueerd worden.
The new look 1946 -1959 Deze mode zorgde voor een schandaal: voor die mooie, wijdeuitstaande rok had je wel acht meter stof nodig! Iedereen wilde dat juist hebben en de New Look werd een enorm succes. De New look beheerste de mode van de hele jaren vijftig.
The swinging sixties 1959 -1969 De kleding werd in de ‘sixties’ strak en sexy. De dameskapsels werden kort en glad. De minirok werd geboren en gedragen met hoge laklaarzen. Veel dessins werden gezocht in de kunst. Even later kwamen felle kleuren in de modebeeld.
Disco en punk 1969 -1979 Vanuit de hippiemode uit de jaren zestig kwamen de ontwerpers met een nieuwe look: de zigeunerlook. Vooral de Franse ontwerper Yves saint Laurent wist de mode te beïnvloeden met doorzichtige stoffen, kralen, spiegeltjes en wijde harembroeken.
Yuppen 1979 - 1989 YUP is de afkorting van Young Urban Professional. Yuppen zijn jonge, flitsende zakenmensen die snel carriere willen maken. Zekelijk kleding scoorde hoog in de jaren 80, ook bij jonge mensen.
Basics en culturenmix Basics zijn neutrale, niet opvallende gedekte kleuren: zwart, wit, grijs en bruin. Vooral in de begin van de jaren negentig waren basics populair. Mensen betaalden veel geld voor een kledingstuk van een beroemd merk. Men wilde graag dat het merk duidelijk te zien was.
Hiphoppers 1985 Net als soul is hiphop van oorsprong een zwarte danscultuur. De hiphopcultuur werd in de jaren tachtig wereldwijd populair door de videoclips. Merken waren heel belangrijk: eerst Kappa, toen Puma en later weer Adidas. LL cool J maakte visserhoedjes populair.
En nu ?? 2006 2000 1990 1995