Psychofysiologische Methoden (deel 3) Universiteit van Amsterdam 2002

Ademhaling De functie van de long is: in samenwerking met het hart - aanvoer zuurstof in samenwerking met het hart - afvoer kooldioxyde

Mechanische werking van de ademhaling Ademhalen doe je met je: - borst intercostaal spieren tussen de ribben - buik diafragma

Mechaniek van de ademhaling wervelkolom Uitademing Interne intercostaal Externe intercostaal Inademing

Diafragma Het diafragma bestaat uit spieren en pezen. Het zit van voren vast aan het sternum en van aan de zijkanten aan de ribben. Het heeft de vorm van een koepel.

Uitwisseling vindt plaats over de alveolo/capillaire membraan LONGEN In de long zijn: luchtwegen (gevuld met gasmengsel) longcapillairen (gevuld met bloed) Uitwisseling vindt plaats over de alveolo/capillaire membraan

Alveoli: alveolo/capillaire membraan ventilatie diffusie circulatie

LONGEN Bij inademing ontstaat er een verlaging van de druk in de borst t.o.v. de buik Het bloed wordt hierdoor terug’gezogen’ naar het hart

Schema van functies van de longen Ademhaling ventilatie diffusie circulatie luchthoudende ruimten van buitenwereld tot alveolus uitwisseling gassen (O2 en CO2) over alveolo/capillaire membraan doorstroming longcapillairen met bloed

Wat kan men uitwendig meten? Ademfrekwentie Ademdiepte Ademritme Geen informatie of ventilatie IN de long normaal is (bijv. snelle, maar oppervlakkige ademhaling)

Afgevoerde CO2 = VA x CO2 concentratie (alveolaire gasmengsel) Wat willen we weten? Ventilatie in alveolaire ruimten (VA ) Totale ventilatie (VT) - ventilatie dode ruimte (VD) Te meten a.h.v. hoeveelheid afgevoerde CO2 want per min. geproduceerde hoeveelheid CO2 (in steady state) gelijk aan per min. door ventilatie afgevoerde hoeveelheid CO2 Afgevoerde CO2 = VA x CO2 concentratie (alveolaire gasmengsel) Onder dezelfde omstandigheden per individu constant

Effectiviteit van de ademhaling Effectiviteit van ventilatie meestal gemeten d.m.v. het meten van de arterieële CO2 spanning die een goede schatting geeft van alveolaire CO2 spanning + meten ingeademde O2

Maximaal test bij inspanning: Meten van conditie Maximaal test bij inspanning: meten van hartslag in rust meten van hartslag tijdens inspanning op fietsergometer meten van duur van herstel van hartslag

Hyper- en hypo-ventilatie Normale ventilatie: PaCO2 : 35 – 45 Torr Normale CO2 Hyper-ventilatie: PaCO2 : < 35 Torr Verlaagde CO2 Hypo-ventilatie: PaCO2 : > 45 Torr Verhoogde CO2

Controle van de ademhaling In pons en medulla inspiratie en expiratie centra Verlengde merg: receptoren (reageren op CO2 spanningsveranderingen) Aorta boog, carotus arterie: chemoreceptoren (reageren op arteriële O2 spanningsveranderingen)

Wat vertelt de ademhaling? Stress Emotie Schrik

Wat vertelt de hartslag? Stress Emotie Aandacht

Bloedcirculatie Long capillairen (15-5 mm Hg) Pulmonaire arterien Pulmonaire venen (3 mm Hg) Bloedcirculatie Aorta (120 mm Hg) Grote venen (4 mm Hg) Linker boezem Rechter boezem Linker kamer Rechter kamer Grote arterien (110 mm Hg) Lichaams capillairen (10-30 mm Hg) Arterien (100-30 mm Hg) Kleine venen (12 mm Hg) Zuurstof-arm bloed Zuurstof-rijk bloed

Aktiepotentiaal 3.Calcium is released from sarcoplasmic reticulum 1.Sinu-auricular node generates action potential 2. Action potential travels to sarcoplasmic reticulum 3.Calcium is released from sarcoplasmic reticulum 4.Muscle fibers contract 5.On relaxation calcium is released and pumped actively back into sarcoplasmic reticulum 6.Active pumping and supply of ATP for contraction of mitochondria

bbbb Druk (mmHg)