Les 4 havo Leesvaardigheistraining;

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
HET CSE NEDERLANDS. Je spreekt toch al jaren
Advertisements

Redactioneel schrijven Les 2
3 vwo+ Grammaire chapitre 2
Samenwerkend leren Opdracht: Experts.
Grammaire thème 6 4 vwo.
Woordenschat+ grammatica TB76
OFC28 mediawijsheid les 7 leren door te maken
Franse Les Les 15 Vorige les & huiswerk Extra oefenen meew. Vw.
Franse Les Les 16 Anne chapitre 1 à 4 Aujourd’huis nous sommes vendredi le 13 février 2015 QUEL JOUR SOMMES-NOUS?
Franse Les Les 18 Vorige les & huiswerk Zinnen maken / herhalen
 Monsieur Ibrahim la fin  Trientsje - présentation  Voyages unité 7  Unité 7 p. 54/55  San Francisco Chanson Aujourd’hui nous sommes le 4 février.
Franse Les Les 17 Vorige les & huiswerk Voyages p. 62
Franse Les Les 1 Kennismaken / uitleg Chanson assis / debout TPR
Samenvatten Klas 4A de Foorakker.
Franse Les Les 15 Vorige week Anne chapitre 3 Voyages p. 25/26
Franse Les Les 1 Kennismaken La mémoire Dialogue Chanson + texte
Het lijdend voorwerp 3 VMBO - Frans.
Persoonlijk voornaamwoord met nadruk
Vraagzinnen met vraagwoord
Franse Les Les 3 Vorige week Qu’est-ce qu’il y a Voyages p. 9/10/11
Franse Les Les 5 Vorige les & huiswerk Voyages p. 41/43/44
Franse Les Les 6 Vorige les & huiswerk Toets unité 5
In de supermarkt Au supermarché Wat vind jij lekker om te eten? Qu’est-ce que tu aimes manger, toi?
Hallo! Goedendag! Bonjour!
Franse Les Les 4 Vorige week Voyages p. 12/13 Il y a une fille … Vorige week Voyages p. 12/13 Il y a une fille … Nous sommes mercredi le 8 avril 2015.
Franse Les Les 4 Vorige les & huiswerk Voyages p. 40/41 Klokkijken
Franse Les Les 7 Vorige week Voyages p. 18/19 Verbe : avoir + faire
HET VRAGEND VOORNAAMWOORD
Franse Les Les 6 Vorige week Toets unité 1 Voyages p. 17/18 Il y a une fille 3… Vorige week Toets unité 1 Voyages p. 17/18 Il y a une fille 3… Nous sommes.
Meewerkend voorwerp & Lijdend voorwerp
Lezen: doe het goed voor
Franse Les Les 20 Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p maken Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si.
Franse Les j’ai cherché et j’ai(re)trouvé mon livre Frans à la carte p. 40, 41, 42 Chanson – Destination ailleurs J’ai cherché j’ai cherché et j’ai(re)trouvé.
Leespubliek. Spoorboekje Even opfrissen Oefening leespubliek Bespreken oefening Wat gaan we leren?: Je kunt vertellen wat een leespubliek is en naar welke.
Franse Les Les 20 Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p maken Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si.
Unité 1 p. 12/13 – oef. 3 a/b/c Uitleg TPRS TPRS verhaal – introductie Unité 1 p. 12/13 – oef. 3 a/b/c Uitleg TPRS TPRS verhaal – introductie Nous sommes.
Unité 1 page 15/16 Les nombres TPRS verhaal – mini-histoires Unité 1 page 15/16 Les nombres TPRS verhaal – mini-histoires Nous sommes mercredi le 26 octobre.
Franse Les Les 1 Wat gaan we doen? Qu’est-ce que j’ai fait?
TAALREGELS 33 DE VRAGENDE ZIN
Quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
Quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
Les cours de Français HB groep.
Quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
Les 4 havo Leesvaardigheistraining;
Les 4 havo Leesvaardigheistraining;
HOOFDSTUK 6 Goed voor het milieu?
1. Wat gaan we vandaag doen ?
Franse Les – 1e jaar Les 10 Aujourd’hui nous sommes …. Unité 2 page 25
Xperience Liefde en relaties
Franse Les – 1e jaar Les 9 Aujourd’hui nous sommes …. Unité 2 page 25
Franse Les Les 1 Kennismaken / uitleg Uitleg methode Hoofdstuk 1a
Quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
Quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
Les 4 havo Leesvaardigheistraining;
Vraag stellen A. Zonder vraagwoord
NSCCT Instructie groep 4
Bezittelijk voornaamwoord
NSCCT Instructie groep 5
Mesurer l’empowerment – résultats Meten van empowerment – resultaten
Semaine 50 – Cours 1 - Chapitre 3 – Bron D, Phrases-clés
NSCCT Instructie groep 7
NSCCT Instructie groep 6
Examentraining.
Pak je boeken! Paragraaf 3.4!
Chapitre 1 Francofolies.
NSCCT Instructie groep 4
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
NSCCT Instructie groep 7
Qu’est-ce qu’on va faire?
Transcript van de presentatie:

Les 4 havo Leesvaardigheistraining; Lire d’une manière intélligente n’est pas difficile. Leçon 2

Leçon 2 Qu’est-ce que nous allons faire aujourd’hui? Vandaag gaan we in op de inhoud van teksten. We gaan tevens kijken hoe vragen gesteld worden. Na de les ben je in staat om na te denken over teksten en de daarbijhorende vragen in het Frans.

Leçon 2 les textes et leur contenu De vorige les hebben we 9 teksten ingedeeld. Vandaag gaan we verder met de twee teksten “pour ou contre les chaussures à talons” en “une solution contre l’obésité. Het gaat hier om eenvoudige informatie teksten. We gaan kort beoordelen wat we zien bij deze teksten. Schrijf van beide teksten op wat je ziet en hoe de tekst is ingedeeld. Vorige week begonnen we met de volgende opmerking. “Let op bijvoorbeeld; lay-out / doel / lengte / manier van lezen” JE HEBT DRIE MINUTEN

Leçon 2 comparer Jullie hebben nu 3 minuten de tijd om elkaars antwoorden te vergelijken. Maak aantekeningen op jouw vel als je denkt dat een opmerking zinvol is die je zelf niet hebt.

Leçon 2 réfexion Bestudeer nu in de komende 4 minuten waar deze teksten over gaan. - Schrijf op waar de tekst over gaan. Welke informatie krijgt de lezer? Iedere groep krijgt 1 minuut om de antwoorden te presenteren.

Leçon 2 poser des questions We weten nu dat deze teksten eenvoudige informatie bevatten. We gaan nu de rol van het eindexamen over nemen. We gaan zelf vragen stellen. Opdracht ; maak twee vragen bij iedere tekst (4 vragen in totaal dus). Maak de vragen in het Nederlands. Werk voor jezelf. Je hebt 4 minuten.

Leçon 2 discussion Bespreek jullie antwoorden. Bespreek welke vragen jullie geschikt vinden. Schrijf deze vragen op het A3 vel papier. Probeer vragen te kiezen die zo goed mogelijk het belang van de tekst weergeven, de centrale gedachte van de tekst samenvatten. Jullie hebben samen 5 minuten

Leçon 2 introduction au résultat final We gaan naar de volgende A1 poster. Uiteindelijk moeten jullie posters toekomstige leerlingen genoeg informatie geven om zelfstandig aan leesvaardigheid te kunnen werken. Wat komt er op de poster te staan? Een tekst met Nederlandse vragen. Een uitleg hoe deze vragen in het Frans gesteld worden.

Leçon 2 se demander comment poser des questions en français. Les questions sans ou avec mots d’interrogations. Sans: we hebben de vraagzinnen in hoofdstuk 1 van dit jaar al behandeld Je hebt vier minuten om op te schrijven hoe je in het Frans een vraagzin maakt zonder de vraagwoorden. Schrijf op wat de woordvolgorde is en hoe je de zin kunt beginnen. Vergelijk je antwoord gedurende drie minuten met je groepje. Bekijk de volgende vragen en beoordeel of jullie alle mogelijkheden hebben bestudeerd.

Leçon 2 comparer vos réponses avec quelques possibilités Le lecteur regarde les textes? Est-ce que le lecteur regarde les textes? Le lecteur, regarde-t-il les textes? Regarde-t-il les textes. As-tu bien compris?

Leçon 2 les questions; la fin Les questions avec mots d’intérrogations. Welke vraagwoorden ken je nog in het Frans? Schrijf de komende 3 minuten op welke vraagwoorden je in het Frans nog kent. - Vergelijk gedurende 3 minuten de antwoorden. Kijk in je methode welke uitleg er wordt gegeven bij de vraagwoorden (o.a. bij het woord; wat)

Leçon 2 questions: comparaison Comparez les réponses avec les phrases suivantes. Pourquoi Jeanne est venue? Qui a pris la voiture? Qu’est-ce que l’écrivain explique? Quelle est l’opinion de l’écrivain? Où est-ce qu’on trouve le meilleur petit-déjeuner?

Leçon 2 produit final Maak nu je eindposter. Wat komt er op je poster te staan. Hoe je eenvoudige informatieteksten herkent. De manier waarop je de inhoud gestructureerd kunt weegeven. Hoe je vragen kunt stellen in het Frans.