Franse Les Les 20 Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si.

Presentatie over: "Franse Les Les 20 Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si."— Transcript van de presentatie:

1 Franse Les Les 20 Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Vorige les Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Quel jour sommes- nous aujourd’hui ? Aujourd’hui nous sommes mercredi le 24 février 2016

2 Vorige les + devoirs (huiswerk) Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Voyages unité 7 p. 56/57 moi non, moi si vergelijkingen p. 62 - maken Maken unité 8 Leren unité 5 t/m 7 – zinnen - QuizletQuizlet + werkwoorden vouloir, pouvoir, prendre, boire, choisir, Maken unité 8 Leren unité 5 t/m 7 – zinnen - QuizletQuizlet + werkwoorden vouloir, pouvoir, prendre, boire, choisir,

3 Meewerkend voorwerp verwijswoorden ww + à mv geen voorzetsel lv jeme tute il/elleluile/la/l’ nous vous ils/elle s leurles Parler à Donner à Dire à Plaîre à Acheter à Demander à Répondre à Parler à Donner à Dire à Plaîre à Acheter à Demander à Répondre à Regarder Voir Aider Écouter Connaître Aimer Chercher Regarder Voir Aider Écouter Connaître Aimer Chercher Je parle à mon amie. Je lui parle. Je regarde mon amie. Je le regarde. Je parle à mon amie. Je lui parle. Je regarde mon amie. Je le regarde.

4 Oefening 4b + c InstemmingAfwijzing Je fais les courses au marchéMoi aussiMoi non Je n’aime pas les hypermarchésMoi non plusMoi si… Aller au marché tous les jours Faire des achats sur internet Détester faire du shopping Acheter des produits biologiques Aimer les boutiques élégantes Préférer les petits magasins Choisir les affaires de la semaine Je vais au marché tous les jours. -Moi non -Moi si Je n’aime pas les grands magasins. -Moi non plus -Moi si Je vais au marché tous les jours. -Moi non -Moi si Je n’aime pas les grands magasins. -Moi non plus -Moi si

5 Oefening 5a – À votre avis…? Een vergelijking maak je met de woorden: moins (minder), aussi (even) en plus (meer). Ze staan vóór het bijvoeglijk naamwoord. Na het bijvoeglijk naamwoord volgt het woord que (dan/als). Het bijvoeglijk naamwoord wordt aangepast het zelfstandig naamwoord. Il est moins sympa que son frère. Hij is minder leuk dan zijn broer. Elle est aussi belle que sa sœur. Zij is net zo mooi als haar zus. Je suis plus grande que toi. Ik ben groter dan jij. Een vergelijking maak je met de woorden: moins (minder), aussi (even) en plus (meer). Ze staan vóór het bijvoeglijk naamwoord. Na het bijvoeglijk naamwoord volgt het woord que (dan/als). Het bijvoeglijk naamwoord wordt aangepast het zelfstandig naamwoord. Il est moins sympa que son frère. Hij is minder leuk dan zijn broer. Elle est aussi belle que sa sœur. Zij is net zo mooi als haar zus. Je suis plus grande que toi. Ik ben groter dan jij. Enkelvoudmeervoud Mannelijk -+ s Vrouwelijk + e+ es

6 P. 58 – beau et nouveau le pulll’anorakla veste Enkelvoud un beau pull un nouveau pull un bel anorak un nouvel anorak une belle veste une nouvelle veste Meervoud de beaux pulls de nouveaux pulls de beaux anoraks de nouveaux anoraks de belles vestes de nouvelles vestes Enkelvoudmeervoud Mannelijk -+ s Vrouwelijk + e+ es Zoek voorbeelden in de tekst.

7 P. 58 – beau et nouveau – oef. 18 wb. C’est beau. C’est nouveau? Vul de zinnen aan met beau of nouveau en kies het bijpassende antwoord.

8 Devinez l’histoire...

9 La symbiose I – La symbiose I – par Urmila Ellappan Vidéo il a bu: hij heeft gedronken il a pris : hij heeft genomen fatigué : moe puces : vlooien piquaient : prikten bougeait : bewoog sa queue : zijn staart tapait : stampte se frottait : wreef tenta : probeerde le sol : de vloer oiseaux : vogels faim : honger se sont assis : gingen zitten le dos : de rug entraidé : onderling geholpen zèbre les oiseaux un baobab la savane

10 Devoirs Leren unité 5 t/m 7 – zinnen - QuizletQuizlet + werkwoorden vouloir, pouvoir, prendre, boire, choisir, Kijken naar het filmpje ‘symbiose’. Proberen te begrijpe veel lezen, luisteren, kijken, spreken, zingen, schrijven etc. Video Symbiose Leren unité 5 t/m 7 – zinnen - QuizletQuizlet + werkwoorden vouloir, pouvoir, prendre, boire, choisir, Kijken naar het filmpje ‘symbiose’. Proberen te begrijpe veel lezen, luisteren, kijken, spreken, zingen, schrijven etc. Video Symbiose Filmavond: van 19:00 tot 21:30 woensdag 16 maart donderdag 24 maart Met hapjes en drankjes Filmavond: van 19:00 tot 21:30 woensdag 16 maart donderdag 24 maart Met hapjes en drankjes

11 Quizlet oefenen zinnen unité 5 t/m 7 Test quizlet