Grondstoffen Veehouderij klas 1.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Lokale eiwitten voor veevoeder
Advertisements

ALGEMENE INFORMATIE OVER VIS
DE SCHIJF VAN VIJF Eet gevarieerd Niet te veel Minder verzadigd vet
5. Brood nodig Recept / gisting
Processing van diervoeders
Leonardo da Vinci Partnership: “Kitchen and Restaurant Guide for Starters”
Thema 2: Voeding en Vertering
2.2: Meer kennis, meer voedsel
Noten en zaden.
We behandelen: Eiwitten Koolhydraten Vetten
Basisstof 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Voeding en sport Voedingsstoffen Koolhydraten en Vetten Eiwitten
Wat voedt jou deel 1..
Eiwitten 1 gram eiwitten = 4 kcal.
Koolhydraten
Introductie sportvoeding
Voorbereiding geboortestage. Onderwerpen: Doel voeding Voedingsbestanddelen Voeding in de praktijk Voeding.
Datumcopyrightauteurversie Jeroen Bosch Ziekenhuis Afdeling Diëtetiek Cardio-revalidatie Cholesterol en Vetten.
Praktijkles voeren en verzorgen Hooi  Bevat veel ruwe celstof. Dit is goed voor de maag- en darmwerking van planteneters.  Bevat veel vit.D omdat het.
Veevoeding INTRODUCTIE Sijbren Mulder. Lesagenda  Introductie  Verwachtingen naar elkaar  Opleiding  Plaats van veevoeding in de opleiding.
Blok 3: Voedermiddelen en analyse kuil/mais uitslag
Lesstof blok 1 tweede gedeelte
Grondstoffen Veehouderij klas 1. Indeling voedermiddelen.
Veevoeding Weende analyse.
Voeren en Verzorgen Les 2.
GOEDE VOEDING EN SPORT De nieuwe sportvoedingspiramide sinds najaar 2016 Basisvoeding Energie uit je voeding Energie dat je lichaam verbruikt Hoeveel energie.
Veevoeding Weende analyse.
2 Het geheim van uw diervoeder
Voeren en verzorgen Klas D21 MBO Doetinchem
Voeding Paard.
Klas DD31 en DD41 MBO Doetinchem
Voeren en Verzorgen Blok 1 Les 2 Niveau 2.
Organische stof-energie Verbranding Nutriënten Incuberen
Antwoorden college 3 Noem de 5 structuren/ruimten waar de keelholte mee in verbinding staat. Neusholte, mond, luchtpijp, slokdarm, buis van Eustachius.
Voedingsstoffen Bouwstoffen
Les 2 voeding Spijsvertering en uiterlijke verschillen voersoorten
Voeren en Verzorgen Les 3 Blok 1.
Voerbehoefte melkvee.
Bijproducten Duurzame veehouderij.
Organische stof-energie Verbranding Nutriënten Incuberen
Voeding Konijn.
Smul gezond.
Voeding Paard.
VOEDERMIDDELEN EN GRONDSTOFFEN.
Voedingsstoffen.
Schijf van vijf.
Voeding en Vertering 2 VMBO – KGT Thema 2.
Het maagdarmstelsel van de koe
Diëten H 5.1 Ruststofwisseling Waar hangt dit van af? lichaamsgewicht
Van plantaardig eiwit naar dierlijk eiwit.
Leverancier van de Schijf van Vijf
Basis Voedingsmiddelen Les 1 Graan en graanproducten
Les 2 Onderwerpen: Wat lees je op de verpakking?
Basis Voedingsmiddelen Les 1 Graan en graanproducten
Voeding Kenmerken van voeding.
Rantsoen berekenen.
Voeding: Spijsvertering en uiterlijke verschillen voersoorten
Voerbehoefte melkvee VE31/VE41.
Voeren en verzorgen Periode 1 – Introductie en H1.
Basis Voedingsmiddelen Les 9
Melk-samenstelling zondag 7 april 2019.
Voeding Melkvee.
Voerproductie Blok 3 Week 2.
Voedingsstoffen voor de koe
Voerbehoefte melkvee VE31/VE41.
VOS, FOS en OEB.
H5: Voerproductie en verpakking Niveau 3 en 4
Welkom.
Thema 2 Voeding en vertering
Voeren en Verzorgen Periode 4
Transcript van de presentatie:

Grondstoffen Veehouderij klas 1

Indeling voedermiddelen

Krachtvoeders Vochtrijke versus droge krachtvoeders: kantelpunt = 85 % droge stof Mengvoeders versus enkelvoudige grondstoffen

Ruwvoer versus krachtvoer Deeltjesgrootte: ruwvoeders > 6-8 mm Structuurwaarde: krachtvoeders < 1,5 Grofstengeligheid Gehalte aan ruwe celstof (rc) Energiewaarde per kilo droge stof

Voerbon Neem volgende keer een voerbon mee! DS 26712 ko. Volledig diervoeder voor zeugen. Good Farming Retail, Q&S en Welfarewaardig Gehalten: ruw eiwit 13,50%, ruw vet 3,05%, ruwe celstof 8,30%, ruwe As 5,85%, fosfor 0,56%, lysine 0,54% Toevoegingen: vitamine A 12000 IE/kg, vitamine D3 2000 IE/kg, Vitamine E (dlatocopherolacetaat) 45mg/kg, Koper(II)sulfaatpentahydraat 18 mg/kg, fumaarzuur, E1640 6-fytase EC-3.1.26 600 fyt/kg Ingrediënten: gerst, tarwegries, tarwe, zonnebloemschroot, kool- en raapzaadschroot, sojaschillen (geproduceerd van genetische gemodificeerde sojabonen), rietmelasse, (suiker)bietenpulp, koolzure voederkalk, sojabonen getoast (geproduceerd van genetische gemodificeerde sojabonen), plantaardige vetzuren, natriumchloride, natriumbicarbonaat, sojaolie (geproduceerd van genetische gemodificeerde sojabonen). aNL03312. Partijnummer:09130-88224 Bij voorkeur te gebruiken voor: 31-12-2011 Neem volgende keer een voerbon mee!

Krachtvoergrondstoffen Granen en hun bijproducten Oliehoudende zaden en hun bijproducten Vlinderbloemigen Knollen en wortels en hun bijproducten Groenten en fruit Producten van dierlijke herkomst

Granen en hun bijproducten Hele granen: Maïs Tarwe Gerst Rogge Triticale Haver Rijst Bijproducten: Maïsglutenvoermeel Tarwegries Tarweglutenmeel Rijstevoermeel Bierbostel

Hele granen Kenmerken granen: Hoge voedingswaarde: Hoog zetmeelgehalte => energie Eiwitgehalte is gemiddeld Goed te verwerken in de fabriek: levert een goede pelletkwaliteit Kans op mycotoxinen (= gifstoffen uit schimmels) Filmpje voeren en mengvoerfabriek

Bijproducten Bijproducten ontstaan door verwerking van grondstoffen. Het verwerken van de bijproducten drukt de prijs voor zowel menselijke als het dierlijke voedselpakket. Voorbeeld: Alcoholfabriek Nedalco in Sas van Gent: verwerkt tarwe tot alcohol. De alcohol is voor de menselijke consumptie. Het TGC (tarwegistconcentraat) wat overblijft is geschikt voor dierlijke gebruik.

Bijproducten van granen Voorbeeld is tarwegries Gries ontstaat bij het malen van granen (tarwe) tot bloem. Gries bestaat overwegend uit delen van de schil en uit deeltjes van de tarwekorrel. Gries is rijker aan ruwe celstof, eiwit, mineralen en vitaminen dan tarwe. Ze bevatten echter wel veel minder zetmeel. Tussen maalderijen bestaan grote verschillen: bij een hoger aandeel korrel is het zetmeel hoger en het rc-gehalte lager

Oliehoudende zaden/vruchten en hun bijproducten Sojabonen Lijnzaad (uit vlas)) Raapzaad Bijproducten: soja eiwitconcentraat, sojaschroot, sojahullen Lijnzaadschilfers Raapzaadschroot, raapzaadschilfers palmpitschilfers, Zonnebloemschilfers Kokosolie

Schroten versus schilfers Oliehoudende zaden worden geteeld om er vet of olie uit te halen. Schroot: vet via oplosmiddel eruit (extraheren) Schilfers: vet via een wringerpers eruit. Schilfers hebben een iets hoger vetgehalte en daardoor een hogere voederwaarde dan schroot film extraheren

Soja Sojabonen is wereldwijd het belangrijkste eiwitgewas. De bonen worden vaak bewerkt tot: Sojaolie: komt vrij door het extraheren van ontdopte gemalen sojabonen. Sojaschroot: de belangrijkste eiwitbron voor varkens en bevat een waardevol aminozuurprofiel vanwege het aandeel lysine. Sojahullen: Komen vrij bij het ontdoppen van de sojabonen en zijn rijk aan rc. (alleen dop) Sojaconcentraten ontstaan door een verdere bewerking van sojaschroot. Uitermate geschikt voor jonge dieren

Raapproducten Raapproducten zijn een alternatief voor soja, echter: Ontstaat na verwerking van raapzaad, voorbeelden: Raapzaadschroot: Levering van eiwit Raapzaadschilfers: Levering van eiwit & vet Raapproducten zijn een alternatief voor soja, echter: Aminozuurpatroon is minder gunstig Kan meer schadelijke stoffen bevatten Kan bitter zijn => smaak

Palmproducten Zitten als trossen aan de oliepalmboom. De vrucht bestaat uit: Vruchtvlees: vet => palmolie Pit, beschermd door een harde steenschaal: vet => palmpitolie Product: palmpitschilfers. Nadeel: Soms een negatieve smaak Matige pelleteereigenschappen

Zonnebloemzaadschroot Ontstaat na verwerking van zonnebloempitten: eigenschappen: Rijk aan eiwit en ruwe celstof Variatie in kwaliteit afhankelijk van de hoeveelheid doppen Hoog vochtgehalte Moeilijk te bewaren vanwege broei en schimmelvorming

Lijnzaad & lijnzaadschilfers (uit vlas) Worden gebruikt voor de levering van energie omdat zij vetrijk zijn. Eigenschappen: Vetzuurpatroon is erg goed => glans van de vacht Slijmstoffen => goed voor de spijsvertering Smakelijk Kans op ranzigheid

Peulvruchten en hun bijproducten Voorbeelden zijn: Erwten Lupinen Voerbonen Sojabonen Eigenschappen: Hoog eiwit en rijk aan lysine Erwten zijn zetmeelrijk Lupinen kunnen bitter zijn

Knollen, wortels en hun bijproducten Voorbeelden zijn: Tapioca Aardappeleiwit Bietenpulp Bietmelasse

Tapioca Tapioca wordt vooral geteeld voor menselijke consumptie. Eigenschappen: Bevat veel zetmeel Laag eiwitgehalte AS-gehalte kan vrij hoog zijn Kan veel stof veroorzaken

Aardappeleiwit, bietenpulp, bietmelasse Ontstaat bij: Productieproces van aardappel- zetmeel. Bijproduct van de suikerbereiding Kenmerken: Goed verteerbare aminozurenbron Veel gebruikte grondstof voor biggen Suikergehalte variërend van 10 tot 25% Smakelijk Smakelijk zoet product Bevordert de pelletkwaliteit

Overige planten, zaden en vruchten en hun bijproducten Voorbeelden zijn: Citruspulp: restproduct van de sapindustrie uit citrusvruchten bestaande uit: schillen, celwanden en pitten. Kenmerken: Typische smaak Na gewenning is de opname goed (dus niet te sterk wisselen) Kan andere negatieve smaken maskeren Rietmelasse: bijproduct van de suikerbereiding

Voeder- en ruwvoergewassen Voorbeelden zijn: Luzerne. Wordt met name gebruikt voor dragende zeugen vanwege: Rijk aan B-caroteen (kleurstof). Dit bevordert de vruchtbaarheid Structuur. Dit bevordert de verzadiging bij dragende zeugen en dat werkt weer welzijnsbevorderend. Grasbrok: wordt bijna of niet gevoerd aan varkens

Melkproducten (weipoeder) Duur Bederfelijk Veel makkelijk te verteren eiwitten Sowieso makkelijk te verteren Veel toegepast bij jonge dieren Geen ruwe celstof Pas op voor verbranding van melkeiwit

Producten van land- en zeedieren Voorbeelden zijn: Diermeel Bloedmeel verboden sinds de BSE-crisis Verenmeel Bloedplasma Vismeel onder strenge voorwaarden Dierlijk vet Visolie Zie op Youtube voor filmpjes BSE

Vismeel & visolie Vismeel wordt uit vis gemaakt. Voor de kwaliteit van het meel is het van belang dat de vis snel gekoeld en verwerkt wordt. Anders ontstaat er: Vrije vetzuren: ranzigheid Stoffen (biogene aminen): bacteriële afbraak van aminozuren Vismeel bevat veel hoogwaardig eiwit en olie en wordt veel gebruikt bij jonge dieren. Visolie: wordt geperst uit vismeel => uniek vetzurenpatroon

Mineralen Mineraal Product Functie Gebrekverschijnsel Calcium/Fosfor Krijt Monocal Botopbouw Melkproductie Energiestofwisseling Beengebreken Verminderde voeropname en groei Magnesium Magnesiumoxide Zenuwstelsel Agressie Beenzwakte natrium Zout Natriumcarbonaat Waterhuishouding Hartfunctie Transport Celmembraan Verlaagde melkproductie uitdroging

Diversen Vetzuurmengsels: ontstaan na het verder verwerken van plantaardige oliën. Leveren energie en zijn een alternatief voor dierlijk vet en plantaardige oliën. Echter deze producten bevatten meer risico’s. Bakkerij- en deegwarenproducten: zijn retourstromen van o.a. brood, koekjes. Deze grondstoffen leveren veel energie, licht verteerbaar. Let op: schimmelvorming en de concentratie zout.