CURSUS FORMULEREN Paragraaf vijf en zes foutieve samentrekking en foutief beknopte bijzin.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De samengestelde zin.
Advertisements

KLOKLEZEN Wat wil je oefenen ? Klik op jouw keuze UUR HALF UUR
Wij maakten een uitstapje naar: Het Centraal Station.
Taaloefeningen. Mijn oom wil een heel mooi schilderij kopen. zin 1 Zinnen ontleden.
Maatschappijleer 24 november 2011.
Fouten met verwijswoorden
DE SAMENGESTELDE ZIN HOOFDSTUK 2.
STAPPEN OM DE FOUT TE VINDEN.
Lerarenopleiding Nederlands
H2 Grammatica zinsdelen
Taalkunde Grammatica A
Werkwoorden in de v.t. Reeks 3.
Taaloefeningen.
Taaloefeningen. De grote man liep door de Dennenweg. zin 1 Zinnen ontleden.
Taaloefeningen.
Taaloefeningen.
Het hele werkwoord.
De beknopte bijzin: Te herkennen aan:
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Stijl Extra uitleg 4 havo.
Toets periode 2 4 havo.
Formuleren 5 vwo.
Formuleren en spellen 4 havo.
Correct formuleren incongruentie, dat/als-constructie, foutieve samentrekking, foutieve beknopte bijzin, zinnen onjuist begrenzen.
Toets periode 2 5 havo.
Kijk eerst even waar je moet zitten!
Formuleren 4 vwo.
Paragraaf drie en vier: incongruentie en dat/als constructie
Voegwoorden.
Paragraaf 7: losstaand zinsgedeelte
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
De gebiedende wijs De enkelvoudige zin en samengestelde zin
Cursus Formuleren Nieuw Nederlands
Opdracht Orden de vijftien zinnen in 2 categorieën, beschrijf iedere categorie. 1. Vandaag ga ik niet naar school, want ik voel me niet lekker. 2. Dat.
Samengestelde zin + Tussenletters in samenstellingen.
Werkwoordsvormen, voorzetsels en voegwoorden
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Werkwoordsvormen. Spoorboekje 1)Wat weet je al? 2)Oefening werkwoordsvormen 3)Bespreken 4)Zelfstandig aan het werk Wat gaan we leren? - Je kunt werkwoordsvormen.
LEZEN 4.2 BETOOG, SOORTEN ARGUMENTEN EN KRITISCH LEZEN VAN EEN BETOOG.
SPELLING BIJVOEGLIJK GEBRUIKT DEELWOORD HOOFDLETTERGEBRUIK.
Briant College H2 het onderwerp. Briant College H1 De persoonsvorm vinden en zinsdeelstrepen zetten Hoe vind je de pv? -zin vragend maken -de zin van.
SAMENGESTELDE ZINNEN Hoofdzin en bijzin. Wat gaan we deze les leren? Wat zijn samengestelde zinnen? Wat is een bijzin? Wat is hoofdzin?
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
SPELLING Vormen van het werkwoord Oude naamvalsvormen.
Werkwoordelijk gezegde en werkwoordelijke uitdrukking
Foutieve samentrekking
Onvoltooid deelwoord/bijvoeglijk gebruikt deelwoord
De samengestelde zin.
voorzetselvoorwerpszin
Lijdende en bedrijvende vorm
Nevenschikking en onderschikking
Meewerkendvoorswerpzin
Enkelvoudige en samengestelde zinnen
Bijzin als zinsdeel Gezegdezin.
Congruentie/incongruentie
Hoe schrijf je een recensie?
Grammatica zinsdelen Redekundig ontleden.
Spreken en gesprekken 2.2 en 2.3 Schrijven 1.5 en 1.6 Grammatica 3.3
Formuleren 11 havo.
Hoofdstuk 28 Snelheid en tijd. Hoofdstuk 28 Snelheid en tijd.
Hoofdstuk 14 Rekenen met tijd. Hoofdstuk 14 Rekenen met tijd.
incongruentie en dat/als constructie
H2 het onderwerp.
Samentrekking.
Nevenschikking en onderschikking
Schrijven 2.3 en 2.4 Formuleren en stijl 2.2
Bijvoeglijk gebruikt deelwoord hoofdlettergebruik
Participe présent et Gérondif
Hoofdstuk 2 Taalverzorging
Basis 7 Tijd. Basis 7 Tijd Paragraaf B7.1 Wijzers van de klok.
Transcript van de presentatie:

CURSUS FORMULEREN Paragraaf vijf en zes foutieve samentrekking en foutief beknopte bijzin

1.Wat een foutieve beknopte bijzin is; 2.Hoe je deze herkent en kan verbeteren. 2 AAN HET EINDE VAN DEZE LES WEET JE…

Slapend met zijn oordopjes in reed de bus weer verder. Na lekker gewinkeld te hebben sloten de deuren van winkel om vijf uur. Verscholen achter het bureau, passeerde mij op kleine afstand de woedende leerling. 3 VALT JE IETS OP AAN DE ONDERSTAANDE ZINNEN?

Een beknopte bijzin is een zin waarin geen persoonsvorm en geen onderwerp genoemd worden en kan op drie manieren ontstaan: 1: Met een voltooid deelwoord: Met de bus opgehaald, kwam hij uiteindelijk toch nog thuis. 2: Met een onvoltooid deelwoord, Rennend over de gang, botste de jongen tegen de deur 3: Met een te+infinitief: Na drie uur gefietst te hebben, waren de wielrenners op hun bestemming. 4 WAT IS EEN BEKNOPTE BIJZIN?

5 EEN FOUTIEF BEKNOPTE BIJZIN? Bij een beknopte bijzin is er ALTIJD een denkbeeldig onderwerp. Deze MOET in de hoofdzin hetzelfde zijn. Wanneer het denkbeeldige onderwerp en het onderwerp van de hoofdzin niet matchen noemen we dat een foutief beknopte bijzin Voorbeeld: Na een kwartier hardlopen op het perron aangekomen, verdween de trein voor de neus van de studenten. Nog slaperig na een korte nacht, maakte de koffie ons weer wakker. Denkbeeldig onderwerp bijzin: ‘de studenten’ onderwerp hoofdzin: de trein Denkbeeldig onderwerp bijzin: ‘ik’ Denkbeeldig onderwerp bijzin: de koffie’

Maak een normale bijzin 1.Voeg het verzwegen onderwerp toe 2.Voeg een persoonsvorm toe Na een kwartier hardlopen op het perron aangekomen, verdween de trein voor de neus van de studenten. Toen zij na een kwartier hardlopen op het station aankwamen, verdween de trein voor de neus van de studenten. Nog slaperig na een korte nacht, maakte de koffie ons weer wakker. Toen wij na een korte nacht slaperig wakker werden, maakte de koffie ons weer wakker. 6 HOE LOS JE HET OP?