Lessenserie poëzie 3 havo/vwo.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Anonieme Gedichten Simon & Garfunkel Bridge over Trouble Water
Advertisements

De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido.
De regen Celine Dion ‘Prayer’.
n Leo presenteerd De voorstelling loopt vanzelf verder
Joringel keek naar Jorinde.. Het was een mooie avond.
Psalm 104:1-31 NBV.
Dag 2. Dag 2 Dag 2 van het dagboek Aloha allemaal, Zo daar ben ik weer. Hoe gaat het met jullie? Zijn jullie al benieuwd naar wat ik vandaag allemaal.
Het Scheppingsverhaal.
Er is een Kindeke. Er is een Kindeke Er is een Kindeke geboren op d’ aard; Er is een Kindeke geboren op d’ aard;
Het dak eraf Marcus21-12.
De schepping.
Poëzie December.
Voor hen die nog een moeder hebben is dit heel mooi.
Het Sonnet.
Thema 6 Les 6a Gevoelens.
Kikker en het vogeltje Max Velthuijs.
Rederijkerskamers In de loop van de 15 eeuw ontstaan
Zingen Vers 1 In het begin lag de aarde verloren,
De schepping In het begin heeft God de hemelen en de aarde gemaakt.
2e gebod: Maak geen beeld van God, maar geloof in zijn beeld
Er was eens een oud kasteel midden in een diep en donker bos.
Toen hoorde hij ze fluiten.. Die dieren slachtte, kookte en braadde ze dan.
Er waren vele honderden nachtegalen, hoe moest hij nou Jorinde terugvinden?
De uil vloog in een struik en direct kwam er een kromme, oude vrouw uit tevoorschijn.
Dag 5 Dag 5 van het dagboek Hallo lieve kindertjes, En… hoe vonden jullie de intocht? Hadden we jullie even goed gefopt? Ja, jullie dachten dat wij.
Literatuur Geschiedenis en theorie J.A. Dautzenberg
Een brandend hart.
Jezus roept de leerlingen
De stem van God 2x Jozef: -Mattheus 2 vers Genesis 45 vers 1-7.
K O E K J E S.
Openb. 4: Ik, Johannes, had een visioen. Er stond een deur open in de hemel. En een stem zei: ‘Klim hierheen op, dan laat ik je zien wat er hierna.
Daarna begon de zon krachtig te stralen, en hierop trok de reiziger onmiddellijk zijn mantel uit.
Theorie poëzie Havo 5.
voor familie en vrienden van
Pasen 2015 Groep 5, 6, 7 en 8 ‘t Bolwerk.
Wat een waarheid schuilen er in deze woorden
Kerst 2015 Groep 2b. De herders zijn met hun schapen in het veld.
Het lied van Ora een kerstverhaal. Ara, Era en Ora waren drie zusjes, alle drie op dezelfde dag geboren, precies één jaar en één minuut na elkaar.
DoeMeeDienst GemeenteGroeiGroep 28 februari 2016 Thema: Als kinderen andere wegen gaan…. Welkom!
Genesis 1:1-6:8 (1) WELKOM. Psalm 29: 1  Hemelingen, buigt u neer,  geeft de HERE kracht en eer,  geeft de HERE heerlijkheid,  looft zijn naam en.
Quiz tops en tips groep 5 en 6. Tops en tips In deze les maakte je maatje een gedicht over de nacht. Dit stond in ‘Zo zit het!’: ZO ZIT HET! Hier let.
GEDICHT 2.8 EINDRIJM EN SONNET. WAT GAAN WE DEZE LES LEREN? 1.Wat eindrijm is 2.Wat mannelijk, vrouwelijk en onzijdig rijm is. 3.Wat rijmschema`s zijn.
Welkom en Afkondigingen > ♫OPW:236 ♫OPW:91 ♪146C:1,2 ✝PS139 ♪868:1,2,3 ✡Verkondiging ♪885:1,2 €Collecten ♪575:1,6 ◆Zegen.
Dhr. J. Smit, Belt-schutsloot Ouderling van dienst : Joke Nijhuis Organist : H. Kamp.
Schilderijen Hoi! Ik ben Schattebout. Ik ga schilderijen laten zien.
PC Hooft Prins der Poëten.
Poëzie Gedichten.
Help ! Het stormt !!. Help ! Het stormt !! I. Inleiding: Statement: angst=reëel Nu het verhaal van de storm op het meer: de realiteit van angst Mattheus.
Welkom kinder- dienst Biddag 2017 Bidden tot de ONBEKENDE GOD X.
Klas 3A Over lezen Blok 1
VERWACHTINGSDIENST….
Het gebeurde in een donkere nacht, heel lang geleden, dat er herders in het veld waren, die de wacht hielden over hun schapen. Zij stonden net wat met.
Welkom T1A Goedemorgen! Ga op je plek zitten volgens de klassenplattegrond. Je hebt voorlopig geen IPad nodig. Berg je telefoon op, of lever hem bij mij.
Poëzie “Hoe breek ik een gedicht open?”.
Poëzie bespreking m.b.v. Laagland p
Gedicht 2.9 Eindrijm.
Les 8 Bidden kun je leren.
Psalm 139: 1-18 en 23,24 Heer, u weet alles van mij, u kent mij.
Cadeau’s voor het kindje
Tempel reinigen schoonmaken, wassen.
Uit het niets! Genesis 1:2-3
De schaduw van Jan Harrie Geelen Querido.
BBQ - de sleutels - 14 oktober
Slaap wanneer je het nodig hebt...

Welkom in deze dienst Voorganger: ds. A. Robbertsen
“Papa zullen we een hol bouwen? ; vraagt Emma. “Het spijt me lieverd, maar ik heb geen tijd. Ik moet dit vanmiddag af hebben”; zegt papa.
1
Welkom in deze dienst Voorganger: ds. B.F. Bakelaar
spreekwoorden en uitdrukkingen
Transcript van de presentatie:

Lessenserie poëzie 3 havo/vwo

Lesdoelen Je kunt een gedicht herkennen Je kunt vertellen uit hoeveel strofes een gedicht bestaat Je kent de verschillende rijmschema’s Je kunt verschillende soorten rijm herkennen Je kunt beeldspraak herkennen in een gedicht Je weet het verschil tussen modernistische en klassieke poëzie

1. Introductie Waar denk jij aan bij poëzie? POËZIE

Introductie Waar denk jij aan bij poëzie? POËZIE

Drie vormen van bespreken Parafrase = in eigen woorden weergeven wat de dichter bedoelt Versleer = bijzondere taalkenmerken bestuderen Interpretatie = bepalen van de betekenis

2. Strofebouw Strofe = Een strofe is een (onder)deel van een gedicht met een bepaald/vast aantal regels, gescheiden door een witregel wanneer een gedicht bestaat uit meerdere strofen. In andere woorden: alinea’s van een gedicht

Mama, waar heb je het geluk gelaten? (Ted van Lieshout) Mama, waar heb jij het geluk gelaten? Ik had het hier neergelegd en nou is het weg! Je zult het wel ergens hebben laten slingeren of het is gestolen of misschien per ongeluk weggegooid. Wie zou mijn geluk willen stelen? Wie niet? Uit hoeveel strofes bestaat dit gedicht?

Distichon (2 regels) MUILBROEDERS AHOY!   De bisschop, die ’t naaktzwemmen zat was voorzag ’t aquarium van matglas…

Terzine (3 regels) VRAAG Hoe is dat zo geworden Van altijd komen slapen Tot nooit meer willen zien

Kwatrijn (4 regels) EEG De Fransoos die doet het op de doos   De Fransoos die doet het op de doos en de Brit die doet het als hij zit. Maar hoe het ook zij Stront hoort erbij.

Octaaf (8 regels) ONGELUK De jongen P., die toch al net van school zou gaan had op zijn transistor kleutertje luister zo keihard aan dat een van de zebravinken waar hij vlakbij was gaan staan zijn linker vleugel van schrik verlamd werd waar hij van dood kan gaan.

Samenvattend twee regels: distichon drie regels: terzine of terzet vier regels: kwatrijn vijf regels: kwintijn of quintet zes regels: sextet zeven regels: septet acht regels: octaaf

3. Rijmvormen Vaak rijmt een gedicht Maar dat hoeft niet!!! Er zijn verschillende soorten rijm

(Bijna) geen rijm De zee kun je horen Met je handen voor je oren, In een kokkel, In een mosterdpotje, Of aan zee. Judith Herzberg; De zee

Rijmschema AB AB (gekruist rijm) Laatst vroeg ik aan een hommel: ‘Waar gaat gij heen met spoed?' Ze zei: ‘I k ga naar Zaltbommel,' ik dacht: wat rijmt dat goed. toen riep een tweede hommel: ‘En ik moet naar het Gooi!' Ik dacht: wel-voor-de-drommel ook dát rijmt wederom mooi. Toon Hermans; Hommelrijm

Rijmschema AB BA (omarmend rijm) Natuur is voor tevredenen of legen. En dan: wat is natuur nog in dit land? Een stukje bos, ter grootte van een krant, Een heuvel met wat villaatjes ertegen. Geef mij de grauwe, stedelijke wegen, De’ in kaden vastgeklonken waterkant, De wolken, nooit zo schoon dan als ze, omrand Door zolderramen, langs de lucht bewegen. J.C. Bloem: De Dapperstraat

Rijmschema AA BB (gepaard rijm) Sinterklaas kapoentje Gooi wat in mijn schoentje Gooi wat in mijn laarsje Dank u Sinterklaasje

Opdracht 1 Maak een gedicht met ABAB Maak een gedicht met ABBA Maak een gedicht met AABB Maak een gedicht zonder rijm Eisen: Lengte: zes-acht regels

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) veertien regels : twee strofen van vier (kwatrijn) en twee van drie regels (terzine) Verandering in 8e regel Rijmschema: abba - abba - cdc - dcd. Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm Ick sagh mijn Nimphe in t' suetste van het Jaer In eenen beemdt, geleghen aan de sije Van eenen hof alleen, eerlijck en blije. Neffens een gracht, waer af het water claer Geboordt met lis, cruydt en bloemen, veur-waer Lustigher scheen dan alle schilderije, Noit man en sagh' schoonder tapisseije, Soo schoon was 't veld gebloeydt soo hier en soo daer. Als Flora jent sat sij daer op bloemen: Deur heur schoonheydt magh-men se Venusnoemen, Om heur verstand Minerva wijs van sinne: Diana oock om heur reyn eerlijck wesen: Boven Juno is sy weerdt t'sijn gepresen. T' sindts die tyd aen queeldt mijn siele om heur minne. Jan van der Noot (1539-1495)

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Gedicht van acht, twaalf of dertien regels Twee rijmklanken gebruikt en één versregel wordt herhaald Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm Die door de wereld zal geraken, die moet konnen huilen metten honden ende moet ook konnen diverse spraken. (je taal aanpassen) Die door de wereld zal geraken, hier waarheid zeggen ende ginder missaken, (leugens) voren zalven ende achter wonden. Die door de wereld zal geraken, die moet konnen huilen metten honden. Anthonis de Roovere (1430 - 1482)

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm http://www.youtube.com/watch?v=wXHdhi6dExc

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm Gedicht waarin misstanden op scherpe wijze aan de kaak worden gesteld

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm http://nl.wikipedia.org/wiki/Wilhelmus

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm In een elegie geeft de dichter uiting aan zijn gevoelens van verlies, b.v. bij het verlies van een dierbaar persoon

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Allerlei meisjes De meisjes op den Nieuwendijk zijn goed, die van't water hebben lustige zinnen, in de Warmoestraat dragen ze hoge hoed, in de Kalverstraat doen ze niet dan spinnen, op de Burgwal wonen die waardig zijn om beminnen, op de Dam daar hebben ze blozende kaken, maar in de arm mogen zij mij meest vermaken. Roemer Visscher (1547 - 1620) Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm Kort, grappig gedicht

4. Versvormen Haiku (twaiku) Limerick Sonnet Rondeel Ode (lofdicht) Hekeldicht Acrostichon (naamdicht) Elegie (klaagzang) Epigram (puntdicht) Vrije rijm

5. Soorten rijm Volrijm – klankovereenkomst van de klinkers en de medeklinkers Huis – muis; gaat – staat ; licht - gezicht Beginrijm (alliteratie) – alleen de beginmedeklinkers van twee of meer beklemtoonde lettergrepen zijn aan elkaar gelijk Kant en klaar; met man en macht ; heerlijk helder Heineken Klinkerrijm (assonantie) – de beklemtoonde klinker(s) zijn aan elkaar gelijk Gaan – staat ; lief - diep

6. Metrum Versmaat = regelmatige afwisseling van beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen (ritme) Jambe (afwisselend onbeklemtoond - beklemtoond) ∪ - | ∪ -|∪ - | ∪ - | ∪ -| Een nieu|we len|te en| een nieuw|geluid Trochee (afwisselend beklemtoond - onbeklemtoond) - ∪ | - ∪ | - ∪ | - ∪| Constan|tijntje,| 't zaligh | kijntje,

Opdracht 2 Benoem het metrum van de onderstaande strofe (=scanderen)  Ze worden hier begraven met een haast alsof de dood hen op de hielen zit. En wat een buitenman het meest verbaast is dat de stoet bijna geen staart bezit;

Metrum (2) Het sneeuwde toen op je wimpers Enjambement = het doorlopen van een zin op een andere versregel Het sneeuwde toen op je wimpers lagen kleine kristallen in je haren glinsterde het geheimzinnig

7. Beeldspraak Beeldspraak = je gebruikt een beeld om duidelijk te maken wat je bedoelt Alle uitdrukkingen en gezegdes zijn beeldspraak

letterlijk vs. figuurlijk Theorie beeldspraak letterlijk vs. figuurlijk Piet zag Sanne lopen en stond in vuur en vlam. Piet struikelde en viel tegen de vuurkorf aan. Hij stond in vuur en vlam. Werkelijkheid Beeld Vergelijkingen Hij ging er als een haas vandoor. Jantje is een schat van een kind. Mijn oma, de lieverd, heeft mij een kaart gestuurd. Ik vind hem (als) een grijze muis. Letterlijk en figuurlijk taalgebruik Vergelijkingen Metafoor Personificatie Metonymia

Theorie beeldspraak Werkelijkheid Beeld Metafoor (alleen beeld is overgebleven) Moet je die reus eens zien! Wat een zwijnenstal is het hier! Die kleuter zit in 5havo. Personificatie Ik belde je, maar je telefoon nam niet op. Angst loerde om de hoek. Metonymia (gebaseerd op een verband) Hij heeft geen dak meer boven zijn hoofd. Dak is het beeld voor huis. Deel - geheel We hangen die Rembrandt daar op. Rembrandt is het beeld voor schilderij. Maker - voorwerp Letterlijk en figuurlijk taalgebruik Vergelijkingen Metafoor Personificatie Metonymia

8. Klassiekers Vast aan regels Makkelijker door houvast? Dichtvormen Strofebouw Makkelijker door houvast?

Aan zee (Herman Gorter) In 't land der dromen in het dromenland, het is als kindren badend in de zee, met het gekniel van lichtvrouw in gebee, de lichte armen hoog op de zee, want er is gezweef van bove', en van de kant ruist donkere muziek ìn om de vree der wereld, der zonneberuiste steê, en maakt het een verward doorzocht droomland. Zachte dromen maken een helderheid en ene kind-doorlach'ne werklijkheid - zalig de aarde ware wij op wonen - en het langsgaande is om ons te lonen - dromenland is het land der natte zee waar kindren spelen in rondgaande menigte. De Gids (1891)

De moeder en de vrouw (Martinus Nijhoff) Ik ging naar Bommel om de brug te zien. Ik zag de nieuwe brug. Twee overzijden die elkaar vroeger schenen te vermijden, worden weer buren. Een minuut of tien dat ik daar lag, in 't gras, mijn thee gedronken, mijn hoofd vol van het landschap wijd en zijd - laat mij daar midden uit de oneindigheid een stem vernemen dat mijn oren klonken. Het was een vrouw. Het schip dat zij bevoer kwam langzaam stroomaf door de brug gevaren. Zij was alleen aan dek, zij stond bij 't roer, en wat zij zong hoorde ik dat psalmen waren. O, dacht ik, o, dat daar mijn moeder voer. Prijs God, zong zij, Zijn hand zal u bewaren.

Tot de slaap (Ida Gerhardt) Zo kom tot rust. Vertrouw u aan de nacht,  te slapen gaat nu alles op de aarde -  en geef verloren wat uw hart bezwaarde,  langs verre stromen wordt het thuis gebracht.  Zo kom tot rust - en hoor naar het gestadig  ruisen des levens. Al wat is geschapen  doorwoont het, aan zijn hartslag moogt gij slapen:  Ook in u zelve arbeidt het gestadig.  Zo kom tot rust - en vindt de diepe dalen  van slaap. De sterren gaan, de waat'ren stromen;  zo wordt dan op hun ritme mee genomen  gerust.- Nog wacht de nacht: uw ademhalen

9. Modernistische poëzie Vrij van regels Regellengte Rijm Strofebouw Visuele poëzie Bron: Paul de Vree Bron: Paul van Ostaijen

Modernistische poëzie

Modernistische poëzie

Slotopdracht Voorbereiding voordracht poëzie Zoek een gedicht op (verschillende dichters) Benoem van elk gedicht de volgende dingen: Rijmschema Strofebouw Metrum / enjambement Beeldspraak Modern of klassiek? Interpretatie van het gedicht Informatie over de dichter en de gedichtenbundel