Werkwoordsvormen. Spoorboekje 1)Wat weet je al? 2)Oefening werkwoordsvormen 3)Bespreken 4)Zelfstandig aan het werk Wat gaan we leren? - Je kunt werkwoordsvormen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Herhaling van hoofdstuk
Advertisements

naamwoordelijk gezegde
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
H2 Grammatica zinsdelen
Wat gaan we doen vandaag?
Welkom op de informatieavond van groep 7
het werkwoordelijk gezegde
College Schrijfvaardigheid
Taaloefeningen. De grote man liep door de Dennenweg. zin 1 Zinnen ontleden.
Taaloefeningen.
Taaloefeningen.
Het Voltooid Deelwoord
Voltooid deelwoord.
Grammatica Nederlands
De beknopte bijzin: Te herkennen aan:
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Taaloefeningen.
Brugklas Werkwoordspelling.
2 VWO Werkwoorden.
De dag van het solliciteren Blok 1
Heel werkwoord en bijwoord
WERKWOORDSPELLING Met dit overzicht vind je uit hoe je de werkwoordsvorm moet schrijven. Dit is de knop om te beginnen.
Het voltooid deelwoord
2. Grammatica en spelling
Spelling werkwoorden Denk – dacht schets - schetste Ontwerp – ontwierp
Kunnen, worden, zijn. kunnen, worden, zijn weglopen eet Vecht een ruikt strandstoel keek wenste uitdaging overgehaald cocons Leeuwarden omgevallen.
Voltooid deelwoord, onvoltooid deelwoord en bijvoeglijk naamwoord
Hoofdstuk 2 Grammatica woordsoorten
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
Werkwoorden en tijden van het werkwoord. Spoorboekje Oefening werkwoorden Uitleg werkwoorden Uitleg tijden Oefening tijden Wat gaan we leren? Jullie kunnen.
NEXT LW 2 Bijv.nw. 3 Zelfst. nw. 4 PV 5 Ond Taal Team 1 Team 2 Team 3 Team 4 Team 5 Team 6.
Werkwoordspelling -d of –t?
Samengestelde zin + Tussenletters in samenstellingen.
Leespubliek. Spoorboekje Even opfrissen Oefening leespubliek Bespreken oefening Wat gaan we leren?: Je kunt vertellen wat een leespubliek is en naar welke.
Activerende teksten.
Werkwoordsvormen, voorzetsels en voegwoorden
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Lezen: betoog. Spoorboekje 1)Begrippen/theorie 2)Betoog lezen en beoordelen 3)Bespreken Wat gaan we leren? -Je kunt vertellen wat het tekstdoel van een.
Bijvoeglijk naamwoord
Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd. Stam zoeken (infinitief –en) PersoonVormPersoon Ik …Stam Je/JijStam + t StamJe Hij/zij/hetStam + t Wij/jullie/zijStam.
Wat is de infinitief? Van Dale: de onverbogen vorm van het werkwoord
Grammatica woordsoorten H1 t/m H6
Voltooid deelwoord en verkleinwoorden. Spoorboekje Theorie verkleinwoorden Theorie voltooid deelwoord Oefening voltooid deelwoord Wat gaan we leren? Je.
Creatief schrijven. Programma -Inkomopdracht: elektriciteit -Opdracht 1: jouw ideale vakantiedag -Opdracht 2: verplaats je in een ander Wat gaan we leren?
SPELLING BIJVOEGLIJK GEBRUIKT DEELWOORD HOOFDLETTERGEBRUIK.
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
Present perfect Voltooid tegenwoordige tijd. Bevestigende zinnen De present perfect bestaat uit have / has + voltooid deelwoord. I, you, we, they have.
lopen, vallen, gamen, nadenken
Grammar – period 2.
Werkwoorden vervoegen
Werkwoordspelling.
Grammatica woordsoorten H1 t/m H6
Onvoltooid deelwoord/bijvoeglijk gebruikt deelwoord
Project ww-spelling.
Hoofdstuk 1 Grammatica zinsdelen
Creatief schrijven.
Werkwoorden Hele werkwoord: wij-vorm tegenwoordige tijd Stam: ik-vorm tegenwoordige tijd Persoonsvorm: Belangrijkste werkwoord in de zin.
Werkwoordspelling. Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat, kun je kiezen uit drie vormen: 1 = ik-vorm.
Lijdende en bedrijvende vorm
Hoofdstuk 2 Spelling Infinitief en voltooid deelwoord
Grammatica hoofdstuk 1.
Grammatica zinsdelen Redekundig ontleden.
Spreken en gesprekken 2.2 en 2.3 Schrijven 1.5 en 1.6 Grammatica 3.3
  Tijd Inhoud UNIT 6 SPORTS Werkvorm Media / Materiaal Inleiding
Spelling.
Voltooid deelwoord 1A3 en 1A4.
lopen, vallen, gamen, nadenken
Bijvoeglijk gebruikt deelwoord hoofdlettergebruik
Stappenplan werkwoordspelling
Transcript van de presentatie:

Werkwoordsvormen

Spoorboekje 1)Wat weet je al? 2)Oefening werkwoordsvormen 3)Bespreken 4)Zelfstandig aan het werk Wat gaan we leren? - Je kunt werkwoordsvormen herkennen. -Je kunt vertellen welke 5 werkwoordsvormen er zijn. - Je kunt 70% van de werkwoorden uit opdracht 2 van de oefening goed spellen.

Werkwoordsvormen Welke 5 werkwoordsvormen komen aan bod? -Persoonsvorm -Infinitief -Voltooid deelwoord -Tegenwoordig deelwoord / onvoltooid deelwoord -Bijvoeglijk naamwoord afgeleid van een werkwoord

Opdracht werkwoordsvormen Wat? Je gaat het opdrachtenpapier over werkwoordsvormen maken. Dit papier krijg je g d. Hoe? Je zet de antwoorden in je Ipad of op papier. Hulp? Je werkt alleen. Als je een vraag hebt, mag je je buurman/buurvrouw vragen. Kom je er nog niet uit? Steek dan je vinger op. Tijd? 25 minuten Uitkomst? We gaan daarna de belangrijkste zinnen bespreken. Klaar? Je mag het samen bespreken en daarna mag je verder werken aan je opdrachten.

Persoonsvorm Hoe vind je de persoonsvorm? (3 manieren): Van tijd veranderen Van getal veranderen Vraagzin

Voltooid deelwoord Beginnen vaak met ge- : gezongen, gelopen Dit geldt niet als een werkwoord begint met: ver-, her-, er-, be-, en ont-. Voorbeelden: verkend, herkend Voltooid deelwoord altijd in combinatie met hebben of zijn: is begonnen, heeft gewerkt

Infinitief Hele werkwoord op –(e)n. Soms voorafgegaan door te. Te maakt dan deel uit van het gezegde. Verschil met de persoonsvorm: -Wij maken soep -Wij gaan soep maken

Tegenwoordig deelwoord -Onvoltooid deelwoord Het onvoltooid deelwoord duidt een handeling aan die nog bezig is. Het onvoltooid deelwoord is heel makkelijk te vormen: het is altijd infinitief + d. Lopend bereikte hij de auto. Huilend liep het meisje door de gangen. Hij bereikte al zwemmend de kust van Engeland.

Bijvoeglijk naamwoord afgeleid van een werkwoord Zo kort mogelijk! Het verlichte gebouw zag er indrukwekkend uit. Maar: let op uitspraak De gewitte muren

Afsluiting - Je kunt vertellen welke 5 werkwoordsvormen er zijn.