Geluid van bedrijven in de Omgevingswet Jolanda Ribbers 21 juni 2016 Schakeldag RWS/InfoMil
Activiteitenbesluit als vertrekpunt Kernbegrip: ‘inrichting’ Afdeling 2.8: algemene geluidregels die rechtstreeks werken voor alle inrichtingen. Ontstaan vanuit vele sectorale AMvB’s. Daarom veel verschillende normen en regels voor verschillende bedrijfstakken. 221 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Regels onder de Omgevingswet Doelstellingen o.a.: Vereenvoudiging Verbetering Meer decentrale bestuurlijke afwegingsruimte Behoud van bestaand beschermingsniveau Uitwerking in één van de AMvB’s onder de Omgevingswet: Besluit kwaliteit leefomgeving of Besluit activiteiten leefomgeving 321 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Randvoorwaarden en uitgangspunten Bij ombouw naar Ow-stelsel rekening houden met aantal aspecten: Geen ‘inrichting’ meer: ‘activiteit’ wordt beoordelingseenheid Striktere scheiding verantwoordelijkheden overheid bedrijf Scheiding werkt door in AMvB’s onder Omgevingswet: Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) bevat regels voor overheden Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) bevat regels voor bedrijven/ondernemers 421 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Geluidregels in Bal of via Bkl? Logische eerste stap: Activiteitenbesluit Bal Gestart met benoemen van ‘geluidrelevante’ activiteiten Helaas geen aanknopingspunten in Activiteitenbesluit Lijkt bovendien lastig inpasbaar in Bal-systematiek Bovendien: Geluidregels hebben nauwe relatie met ruimtelijke omgeving Afwegingsruimte voor gemeentebestuur wenselijk: integratie artikel 2.19 Activiteitenbesluit 521 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Keuze: geluidregels via Bkl Geluidregels Bkl gelden niet rechtstreeks voor bedrijven; werkt dus anders dan Activiteitenbesluit. Gemeenten nemen geluidregels op in het omgevingsplan, in ieder geval voor alle (ruimtelijke) functies waarbinnen geluidrelevante activiteiten verricht kunnen worden. Bedrijven moeten zich wel aan de geluidregels van het omgevingsplan houden. 621 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Kernbepaling Bkl-geluidregels (concept) Artikel 5.43 (geluid door activiteiten, aanvaardbaar geluidniveau) 1. In een omgevingsplan wordt rekening gehouden met het geluid door bedrijfsmatige activiteiten op geluidgevoelige gebouwen en geluidgevoelige locaties. 2. De regels in een omgevingsplan voorzien erin dat het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (L Ar,LT ) van geluid en het maximaal niveau van geluid (L Amax ) door een in het omgevingsplan toegelaten bedrijfsmatige activiteit, op de gevel van geluidgevoelige gebouwen, op de begrenzing van geluidgevoelige locaties en in geluidgevoelige ruimten van in- en aanpandige geluidgevoelige gebouwen aanvaardbaar is. 721 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Verplichte opname geluidregels in omgevingsplan De gemeente moet in de gebruiksregels van het omgevingplan normen en/of evt. andere regels voor geluid vastleggen. Deze normen in het omgevingsplan: –hebben betrekking op het verrichten van ‘bedrijfsmatige activiteiten’, waarbij ook een samenhangend geheel van activiteiten in het omgevingsplan als één activiteit kan worden aangemerkt; –zijn grenswaarden: degene die de bedrijfsmatige activiteit verricht (het bedrijf) moet zich hieraan houden; –gelden per een individueel bedrijf en niet gecumuleerd. Voorwaarde: deze regels van het omgevingsplan borgen een ‘aanvaardbaar’ geluidniveau op geluidgevoelige gebouwen en locaties. 821 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Hoe wordt aanvaardbaar geluidniveau bepaald? Bkl bevat tabellen met ‘waarden’ die voor gemeente als vertrekpunt, als houvast kunnen dienen. ‘Waarden’ in twee varianten: –standaardwaarden = afwegingsruimte –grenswaarden = verplicht overnemen = geen afwegingsruimte; betreft m.n. binnenwaarden in in- en aanpandige geluidgevoelige gebouwen NB: voor enkele typen activiteiten afwijkende waarden en dosismaat (windturbines, schietbanen, spooremplacementen) 921 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Tabellen met waarden (concept) 1021 juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Hanteren van de ‘standaardwaarden’ (≈ normen uit Activiteitenbesluit) vergemakkelijkt de onderbouwing. Bkl biedt ook handvat voor verfijning van standaardwaarden op bedrijventerreinen +5 dB(A) resp. in agrarisch gebied -5 dB(A). Bij beoordeling van de aanvaardbaarheid kunnen meespelen: bestaande of gewenste gebiedskwaliteit, gemeentelijk geluidbeleid, specifieke lokale omstandigheden, etc. Cumulatie van geluid voor individueel bedrijf niet relevant, voor ruimtelijke afweging soms wel; oordeel aan gemeente. Als gemeente cumulatie relevant vindt, kan dat betekenen: –lagere normen voor individuele bedrijven om effect van cumulatie te ondervangen, of –acceptatie van het effect van cumulatie en daarmee van hogere geluidniveaus op omliggende geluidgevoelige gebouwen/locaties juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Gemeente bepaalt De gemeente bepaalt de concrete geluidregels voor bedrijven. Dat kan generiek voor hele grondgebied maar ook gedifferentieerd voor specifiek gebied of specifieke activiteit(en). Vervangend of aanvullend zijn behalve normen/grenswaarden ook andere regels mogelijk, bijv. afwijkende etmaalperioden, venstertijden, openingstijden, gedragsregels e.d juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Integratie van ruimtelijke afweging en milieu Hiervoor omschreven proces hangt samen met verdergaande integratie van RO en milieu in Omgevingswet. Wgh nu al gekoppeld aan bestemmingsplan, Activiteitenbesluit werkt alleen indirect door in ruimtelijke keuzes via ‘goede RO’. Met Bkl wordt de tweezijdige werking volwaardig vastgelegd. Bij toekenning van functies in omgevingsplan: onderlinge relatie en belangen van die functies integraal wegen oordeel welk geluid- niveau in welke omgeving of voor welke activiteit aanvaardbaar is juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Veranderingen t.o.v. Activiteitenbesluit Wat verandert er t.o.v. Activiteitenbesluit? Normstelling gebeurt primair door gemeente, niet meer door Rijk. Alsnog invoering van generieke afwegings- en afwijkmogelijkheid (artikel 2.19 Activiteitenbesluit). Veel gedetailleerde uitzonderingsregels op rijksniveau geschrapt; daarin kan gemeente immers zelf voorzien in omgevingsplan. Wat zit er (nog) niet in? Waar wordt nog naar gekeken? Mobiele bronnen en activiteiten op het land in de agrarische sector juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Relatie met vergunningverlening Bkl-normtabellen met standaardwaarden en grenswaarden gelden ook als primair toetsingskader voor vergunningverlening voor een milieubelastende activiteit. Hiermee wordt bij de vergunningverlening ‘rekening gehouden’: dat betekent mogelijkheid tot afwijking. Bij beoordeling van de vergunningaanvraag wordt het omgevingsplan ‘betrokken’. Omgevingsplan geldt náást vergunning: behalve aan vergunning moet een bedrijf zich ook aan de gebruiksregels van het omgevingsplan houden juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Van 1 juli tot 16 september 2016: consultatie over alle Ow-AMvB’s, incl. geluidregels voor bedrijfsmatige activiteiten in Bkl (hoofdstuk 5). Vanaf 1 juli ook voorhang bij Tweede Kamer. Zomer 2017: voor advies naar Raad van State. Inwerkingtreding: voorjaar Voor geluid ook parallel spoor: Aanvullingswet geluid (geluidproductieplafonds), consultatie geweest van 22 maart tot 17 mei Aanvullingsbesluit geluid: eerste ambtelijke afstemming net gestart, consultatie in juni 2016 Ministerie van Infrastructuur en Milieu Consultatie en planning