Hoofdstuk 11 Vreemd vermogen (11.1 t/m 11.4) 11.1 behoefte aan Vreemd vermogen 11.2 vreemd vermogen 11.3 indeling naar looptijd 11.4 Vreemd vermogen op.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De NV H2 Het EV van de NV Nominale waarde van een aandeel = de waarde die op het aandeel staat. Maatschappelijk kapitaal = Maatschappelijk aandelenvermogen.
Advertisements

H 11: Eigen vermogen 11.1: aandelenvermogen 11.2: emissie van aandelen
De NV H1 de NV Vermogensmarkt = het geheel van vraag en aanbod van vermogen geldmarkt: termijn korter dan 1 jaar kapitaalmarkt: termijn langer dan 1 jaar.
Hoofdstuk 7 Kasstroomanalyse.
Herhaling Examenstof M&O
Bedrijfsadministratie EcoMo 3.1 De Balans Havo 3.
inleiding Deens Hypotheekmodel
H1 Stichting of vereniging
Financiële instrumenten (in relatie tot) 2. Valuta- en renterisico’s
H 40: Regels voor de passiva.
Balans Een overzicht van je bezittingen en schulden op een bepaald moment. Een balans op zich hoeft niet veel te zeggen; morgen kan de balans er heel anders.
Herhaling Examenstof M&O
CAFI Week 3 Vreemd vermogen Deel 1.
CAFI Week 4 Vreemd vermogen Deel 2. Obligaties 1 Welke soorten obligaties zijn er zoal?
INVESTERINGSPROJECTEN
Deel 7: Schuldfinanciering
Inflatiepiek in 2001: BTW verhoging Bron: CBS, statline.cbs.nl.
Agenda  Les 41 tm 43  wkn 03 en 04  hs 12 vreemd vermogen op lange termijn  bestuderen par 12.1 tm maken wb vragen 12.1 tm
Niet-commerciële organisaties
Externe verslaggeving
Agenda  Les 13  wkn 13 2e  hs 2.4 overige kosten
Externe verslaggeving
Hoofdstuk 10 Externe financieringsbronnen: het vreemde vermogen
De NV H1 de NV Vermogensmarkt = het geheel van vraag en aanbod van vermogen geldmarkt: termijn korter dan 1 jaar kapitaalmarkt: termijn langer dan 1 jaar.
5. Naamloze vennootschap. © 2006 mr. J. KeizerBedrijf & Recht2 Naamloze vennootschap een vennootschap, waarvan het kapitaal in aandelen is verdeeld de.
Hoofdstuk 6 Termijnrekening
Hoofdstuk 8 Vreemd vermogen.
Financiering en kengetallen
§2.3 Hoe leen je? In deze PowerPoint-presentatie leer je over: Lenen
Effecten Aandelen Obligaties.
§ 2.4 Geld lenen kost geld Als je geld leent, moet je dat weer terugbetalen. Daarnaast betaal je meestal rente. Hoeveel en hoe lang je terugbetaalt, hangt.
Les 2 Financieel plan (1) Liquiditeitsbegroting
Ondernemen moet je doen
Hoger Onderwijs Wolters Noordhoff
Wolters Noorhoff Hoger Onderwijs Financiële overzichten
1 8.1 Vreemd vermogen op korte termijn 8.2 Vreemd vermogen op midden en lange termijn.
Vreemd vermogen op lange termijn Vreemd vermogen op korte termijn Voorzieningen Bedrijfsadministratie.
1 Hoofdstuk 8 Vreemd vermogen (8.1 t/m 8.2) 8.1 Vreemd vermogen op korte termijn 8.2 Vreemd vermogen op midden en lange termijn 24 Bedrijfsadministratie.
Voor het besturen van organisaties Bedrijfseconomie Bedrijfseconomie voor besturen ORG (Heezen) Hoofdstuk 1 Betekenis van de bedrijfseconomie Vijfde druk.
Eigen vermogen Indeling van vermogen Eigen vermogen
Beleggen en financiële markten Hoofdstuk 1 Beleggen en de vermogensmarkt 1.1 De vermogensmarkt Financieringssaldi Financiële titels Financiële markten.
Beleggen en financiële markten Hoofdstuk 3 Nominale titels
Indeling vermogen Aan de creditkant van een balans staat het vermogen van een onderneming.
College t/m opgave opgave
Liquiditeit en solvabiliteit Uitgangspunt is onderstaande balans … ActivaPassiva Gebouwen Eigen vermogen Inventaris Hypothecaire lening.
Basisboek Bedrijfseconomie hoofdstuk 3 Financiële overzichten Achtste druk © 2008 Noordhoff Uitgevers © 2010 Economie Leer Kracht.
1 Eigen vermogen Indeling van vermogen Verschaffers Eigen vermogen Typen aandelen BEA: Specifieke boeking bij de NV en BV.
College 1 Uitleg OWE en studiewijzer Theorie: H10.1 t/m 5 Opgave 10.1 en opgave
1 Vreemd vermogen op (middel)lange termijn Hypothecaire lening: lening met onroerendgoed als onderpand Onderhandse lening: lening verstrekt door enkele.
College Vreemd vermogen op korte termijn 8.2 Vreemd vermogen op midden en lange termijn 24 Bedrijfsadministratie.
© 2008 Noordhoff Uitgevers bv Groningen/Houten Basisboek Bedrijfseconomie Sheets hoofdstuk 3 Achtste druk © 2008 Noordhoff Uitgevers Alle rechten voorbehouden.
Aantekeningen hoofdstuk 8. Een ondernemingsplan maken 1. Een goed idee en jezelf kennen als ondernemer. 3. Zoek naar benodigde vergunningen, diploma’s.
Voor het besturen van organisaties Bedrijfseconomie Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 3 – Ondernemingsplan -3.1 Ondernemingsplan 3.5 t/m 3.7.
Lenen.
Welkom havo 4..
Vraag en Aanbod van financiële middelen & nominale en reële rente
Welkom havo 4..
Welkom havo 4..
H3 Financiering van een bedrijf
Welkom havo 4..
Hoofdstuk 8 Vreemd vermogen.
Hoofdstuk 25.1 Permanentie: Kosten & Uitgaven
Welkom havo 4..
Opfriscursus kengetallen
Beste havo 4..
Overzicht Bezittingen (debet =links) en Schulden (credit=rechts)
Je hebt niet altijd geld te besteden
Risico en rendement -Principaal-agent relatie Beleggen Obligaties
Touroperator SunShine
Recreatiepark Surae Het gaat niet goed met het recreatiepark, er zijn te weinig bezoekers!
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk 11 Vreemd vermogen (11.1 t/m 11.4) 11.1 behoefte aan Vreemd vermogen 11.2 vreemd vermogen 11.3 indeling naar looptijd 11.4 Vreemd vermogen op midden en lange termijn 24 Bedrijfsadministratie Opgave

Hoofdstuk 11 -Vormen van vreemd vermogen Behoefte aan vreemd vermogen Inkoopmarkt Bedrijf Verkoopmarkt Overheid Vermogensmarkt Omzettings- proces Liquide middelen Gelduitgaven Producten Geldontvangsten Productiemiddelen BelastingenSubsidies Aantrekken van Vreemd en Eigen vermogen Betaalde interest Betaalde dividend Aflossingen Goederenstroom Primaire geldstroom Secundaire geldstroom Primaire en secundaire geldstromen

Hoofdstuk 11 -Vormen van vreemd vermogen Vreemd vermogen (2) Vermogen dat door organisatie terugbetaald moet worden aan verschaffers van dat vermogen niet-ondernemend of niet- risicodragend vermogen; vergoeding die betaald wordt voor het beschikbaar stellen heet interest; terugbetalen van vreemde vermogen heet ‘Aflossing’.

11.3 Indeling Vermogen naar looptijd Lange termijn (VV-lang) 2 jaar of langer aan de onderneming beschikbaar gesteld  Korte termijn (VV-kort) Minder dan 2 jaar aan de onderneming beschikbaar gesteld

Hoofdstuk 11 -Vormen van vreemd vermogen Indeling Vreemd Vermogen naar looptijd Vermogensmarkt Geldmarkt Korte termijn < 2 jaar Kapitaalmarkt Lange termijn >= 2 jaar

Vreemd vermogen op (middel)lange termijn Hypothecaire lening: lening met onroerendgoed als onderpand Onderhandse lening: lening verstrekt door enkele geldgevers Achtergestelde lening: lening die pas terugbetaald wordt nadat alle andere schuldeisers betaald zijn. Bullet lening: aflossing aan het einde van de looptijd ineens Borgstellingskrediet: Bij weinig zekerheden kan een bank een beroep doen op de Borgstellingsregeling. De overheid geeft dan borg. 6

Vreemd vermogen op (middel)lange termijn Obligatielening: grote lening die verdeeld is in kleinere schulddeeltjes (meestal € 500) 1. Meestal aan toonder en vrij verhandelbaar; 2. Vaak vaste couponrente; 3. Looptijd (vaak tussen 5 en 20 jaar); 4. Beursnotering vaak in %(van de nominale waarde). Bijvoorbeeld 98% van 500 = € 490, maar 98 als koers 5. Aflossing a pari (tegen nominale waarde) 6. Aflossing ineens of door loting. Vaak recht van vervroegde aflossing 7. Vaak via Trustee (belangenbehartiger) 7

Staatlening sept/10: Griekenland betaalt 957 basispunten: 9,57% boven DU NL geen risico?

9 © Joris van de Mark/ NOS

kapitaalmarkt lange rente (met een looptijd vanaf 2 jaar). basistarief NL staatsobligaties + risico opslag

Obligatievormen (1): Zero bonds : geen interest. Aflossingsbedrag > emissiebedrag. Junk bonds : obligatie met veel risico. Couponrente is hoog. Converteerbare obligaties/ Convertible: omzetten obligatie in aandelen van het bedrijf Reverse convertible: ook omzetten aandelen in obligatie Perpetuals: niet aflosbaar, eeuwig interest

Koersen obligaties

Converteerbare obligatielening: = obligatielening die onder bepaalde voorwaarden in aandelen van dezelfde onderneming omgezet kan worden (indirecte emissie van aandelen) voorwaarden: -bepaalde periode (conversieperiode) -bepaalde ruilverhouding met evt. bijbetaling (conversiekoers) -vaak recht op vervroegde aflossing (dwang tot emissie) -vaak anti-verwateringsclausule 13

Motieven: Onderneming: - geen gunstig emissieklimaat (indirecte emissie levert meer op?) - betaalde interestkosten aftrekbaar voor vennootschapbelasting - weet niet of ze permanent of tijdelijk vermogen nodig heeft Belegger: -als het goed gaat met de onderneming kan ze obligaties converteren -als het niet goed gaat met de onderneming toch vaste vergoeding 14

Conversiekoers = aantal obligaties x nom.waarde +/- contante betaling aantal aandelen x nom.waarde = Hoeveel kost 1 aandeel mij (in euro’s) bij conversie. = Wat lever ik in als belegger en wat is de aandelenwaarde die ik ervoor terug krijg. Premie boven conversiewaarde is: beurswaarde converteerbare obl - conversiekoers 15

Journaalposten: B. Creatie van converteerbare obligatielening: 071 3% Conv. Obligatielening in port Aan 072 3% Conv. Obligatielening BPlaatsing van de converteerbare obligaties per bank tegen 102%: 110 Bank Aan 071 3% Conv.Obligatielening in port Agio op obligaties

Converteren van obligaties in aandelen Conversievoorwaarden: 3 obligaties van € € 300 bijbetaling geven recht op 5 aandelen van €100 = 5 aandelen van €100 kosten mij als belegger € aandeel kost mij als belegger: 1800/5 = € 360 = 360/100 = 360% Hierin zit dus 260 % agio. 900 obligaties worden omgewisseld: 072 3% Conv. Obligatielening (900 x 500) Bank (900/3 x 300) Aan 041 Aandelen in port. (900/3 x 5 x 100) Agio op aandelen(260% van )

Opgave