De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

P AUL M ENNES Van Vanden vos Reynaerde naar.

Verwante presentaties


Presentatie over: "P AUL M ENNES Van Vanden vos Reynaerde naar."— Transcript van de presentatie:

1 P AUL M ENNES Van Vanden vos Reynaerde naar

2

3

4

5 POES, POES, POES (2001)

6 F RAGMENT 1 Voor het eerst in jaren keek Lena Bosendorfer uit naar een televisieprogramma. Ze vond dat het eigenlijk wel tijd werd dat zij eens op het scherm kwam. Ze tilde de kussens van de bank, wanhopig op zoek naar de afstandsbediening. (…) Ergens diep tussen de plooien van de kussen voelde ze eindelijk de zapper. Hoeveel tijd had ze de afgelopen jaren al gespendeerd aan het zoeken naar dat onnozele ding? Ze installeerde zich op de bank en zette het televisietoestel van stand-by naar aan. Dat elektrische apparaten tegenwoordig nooit meer uit stonden, was iets waaraan ze gewend was geraakt. Haar televisietoestel, haar videorecorder waarvan ze nog steeds vermoedde dat Satan hem zelf had ontworpen, haar stereo, al die dingen stonden nooit helemaal uit. Wanneer ze even niets te doen had, voelde ze zich bijna schuldig omdat ze niet druk bezig was met al die wonderen van techniek in haar huis. De kleine rode lampjes leken haar beschuldigend aan te kijken. Misschien moest ze wel eens proberen haar optreden vast te leggen op video. Ze huiverde al bij het idee de strijd aan te gaan met de Japanse machine. Aan de andere kant was het natuurlijk een unieke gelegenheid. Dan kon ze later haar kleinkinderen tonen hoe ze eruitzag. De kans dat haar zoon Lukas haar ooit nog oma zou aten worden was heel klein. Lukas was ondertussen de dertig voorbij en woonde nog altijd bij haar in. Bovendien kon ze zich levendig voorstellen dat die hypothetische kleinkinderen zich in de toekomst alleen maar een ongeluk zouden lachen om haar kleren en kapsel. Dat gunde ze die koters niet. En eigenlijk had jezelf vastleggen op video ook iets ijdels. Ze wist dat ze zichzelf iets wijsmaakte. Ze kreeg het niet over haar hart toe te geven dat ze er geen idee van had hoe de videorecorder werkte. En ze verdomde het om Lukas te roepen. Hij zou haar helpen en vervolgens van wal steken met een eindeloos sermoen: hoe eenvoudig technologie eigenlijk wel was en dat je bovendien met deze videorecorder dit en dat en zus en zo en weet ik veel wat allemaal kon doen. Als ze er geen idee van had hoe ze met het rotding moest omgaan, kwam dat niet omdat ze dom of onhandig was. Het interesseerde haar gewoon niet. En voor wat haar niet interesseerde had Lena geen tijd. Bovendien kwam er één of twee jaar later gegarandeerd een machine uit die haar videorecorder naar het stenen tijdperk schopte. Wat voor zin had het dan om het ding te leren gebruiken?

7 W ERKBOEK P. 105 Paul Mennes levert hier kritiek op?

8 W ERKBOEK P. 105 Paul Mennes levert hier kritiek op? De televisieverslaving van de hedendaagse mens De oneindige stroom elektrische apparaten en technologie waardoor we overspoeld worden De ‘mediageilheid’ van mensen

9 F RAGMENT 2 Vergeleken met zijn moeder leek het of Lukas Bosendorfer een parallel universum bewoonde. Zijn wereld bestond uit zijn kamer en de kelder waarin hij zich opsloot om aan oude radio’s, computers en bandopnemers te prutsen. Lukas deelde zijn leven met zwarte of zilverkleurige hightech. Lukas dronk nooit Passoa. Hij at geen Magnums, M&M’s of Sheba. Nutella-momenten had hij tot op de dag van vandaag nog niet moeten doorstaan en daar was hij blij om. Hij zou er geen seconde over peinzen om zijn haar te wassen met Fructis van de Laboratoires Garnier, hoe moe en futloos het er ook uitzag. Van Red Bull kreeg hij geen vleugels maar chronische diarree. Wat hem betrof mocht er iemand op Bellewaerde Park een middelgrote atoombom droppen. De Flanders Erotica Beurs mocht ook wel van de kaart. En Lukas zou nooit – niet nu, niet morgen, nooit – Full’n Soft mascara met vitamine E van Gemey gebruiken. Niet dat hij iets had tegen mascara. Hij was helemaal niet tegen al die dingen. Het waren de reclamespots waarmee ze hem opgedrongen werden die hij afschuwelijk vond. Bijna zolang hij zich kon herinneren was hij via radio en televisie gebombardeerd met commercials. Als hij naar de bioscoop vluchtte, stond hij voor een verscheurende keuze. Je kon laat de zaal binnengaan en dus op een slechte plaats zitten. Of je kon vroeg komen en ruim twintig minuten idiote spots uitzitten. Het aantal banners dat hij surfend op het internet gezien had, was ondertussen niet meer te tellen. De dag dat zelfs de geldautomaat op straat hem reclame in de maag splitste, nam hij een besluit. Hij had er genoeg van. Alle fun, avonturen, passie, vitamineaanvullingen, verrijkingen van zijn darmflora en nieuwe, verbeterde, snellere, lichtere, grensverleggende gewaarwordingen die hel de strot in werden geramd, konden hem gestolen worden. Lukas nam zich voor om nooit meer een product te komen waarvan de commercial hem ergerde. Volgens de reclamejongens zou hij lyrisch worden van een literverpakking walnotenroomijs, zoop hij zich te pletter aan alcoholpops en kreeg hij een kick van antikalktabletten voor wasmachines of autobanden die het zoveel beter deden bij regenweer dan die van de concurrentie. Hij had het gevoel dat hij behandeld werd als een zwakbegaafd kind. Het overgrote deel van alle reclame, besloot hij, was een belediging voor het menselijk intellect. Bovendien spatte koopporno altijd opvallend luider uit de speakers dan het programma waarnaar hij aan het kijken was.

10 W ERKBOEK P. 105 Paul Mennes levert hier kritiek op?

11 W ERKBOEK P. 105 Paul Mennes levert hier kritiek op? Het feit dat onze hedendaagse maatschappij overspoeld wordt door reclame

12 F RAGMENT 3 Dauw had moeite om haar evenwicht te bewaren. Ze had slecht geslapen en was nog veel te moe. Maar Horus(*) stond erop dat ze elke dag opnieuw de zon groetten. Op dit soort momenten was Dauw ervan overtuigd dat de zon ook vanzelf wel zou opkomen als ze daar zin in had. Ze schaamde zich. Zulke gedachten gaven geen pas. De zon was de oerkracht, een universele goddelijke aanwezigheid. Ze probeerde zichzelf ervan te overtuigen dat ze blij was bij Horus te zijn. het was goed dat hij hen elke dag voor het eerste zonlicht wakker maakte. Dauw probeerde met haar mond dicht te gapen. Ze hield er een weinig mystieke kramp aan over. ‘Dauw!’ Ze opende haar ogen. Naast haar stond Evelientje. ‘Ssst. We mogen niet met elkaar praten tijdens de zonnegroet’, fluisterde Dauw. ‘Ach wat, hij staat zo te oreren dat hij alleen zichzelf hoort.’ (…) ‘Stilte’, commandeerde Horus. Evelientje nam gauw weer de zonnegroethouding aan en zweeg. Soms had ze er toch wel een beetje spijt van dat ze geen feng shui, tai chi, macrobiotiek of biseksualiteit gekozen had voor haar spirituele groei. (*) Horus doet zich voor als leider die jonge meisjes de weg naar het spirituele helpt te vinden.

13 W ERKBOEK P. 106 Paul Mennes levert hier kritiek op?

14 W ERKBOEK P. 106 Paul Mennes levert hier kritiek op? Het feit dat de hedendaagse mens steeds op zoek is naar nieuwe technieken en middelen om te onthaasten, zich te ontspannen

15 E N WEER TERUG NAAR DE MIDDELEEUWEN …

16 D E DRIE GROTE TEKSTSOORTEN VAN DE MIDDELEEUWEN Epiek ? Lyriek ? Dramatiek ?

17 D E DRIE GROTE TEKSTSOORTEN VAN DE MIDDELEEUWEN Epiek Tekst 2 en 6 Lyriek Tekst 3 en 4 Dramatiek Tekst 1 en 5

18 D E DRIE GROTE TEKSTSOORTEN VAN DE MIDDELEEUWEN Epiek Tekst 2 en 6 Verhalende teksten Lyriek Tekst 3 en 4 Poëtische teksten Dramatiek Tekst 1 en 5 Toneel

19 K ENNISMAKING MET DE REDERIJKERS

20 Zuidelijke Nederlanden

21

22

23

24

25 R EFEREYN AMOUREUX Myn herte niet el dan druck besluyt Ick vinde my seluen al swaer beducht Ick haecke tot den wint wordt zuydt Want mijn lieffelijck lief reedt derwaerts wt Dus coempt van daer den zoeten lucht Mijn ooghen staen naer der coempste ter vlucht En segghe dit woordt van wijlen eer Daer lief daer ooghe / daer handt daer seer. O zuyderste lucht die my beraeyt Mijnen boesem ontdoe ick soe ick best mach Mijn hertken is soe vele te bat ghepaeyt Dat ick metten winde mach zijn bewaeyt Hy coempt van daer ick hem rijden sach Al ist van trooste een cleyn beiach Tghesichte neempt derwaerts zijnen keer Daer lief daer ooghe / daer handt daer seer. Ick vanghe den windt / ick en hebs niet el Tconfoort is cleyne dat ick hier schouwe Maer men pleech te segghene in een spel Een luttelken helpt den lecker wel Diet nauwe staet / die nemet nauwe Dus stae ick als een bedruckte vrauwe En haecke / ken wiste wat segghen meer Daer lief daer ooghe / daer handt daer seer. Princhelijck Lief diemen in eeren noomt Daer ick eens sdaechs nae te siene pooghe Maer tis een saecke die luttel vroomt Te siene nae eene die niet en coomt Dus seg ick als die tlijden dooghe Daer handt daer seer / daer lief daer ooghe. Anthonis de Roovere

26 I N ’ T V ROEDE, IN ’ T AMOUREUZE OF IN ’ T SOTTE ? Sij gaet met eenen bruijnen Coocxkene Ende van den Roocxkene Soe sijn haer handekens peperwit; Haar mondeken dat rieckt van den loocxkene; Van haren ghesprooxkene Soe is ontsteken mijnre herten pit: Waer Paesschen hier, door minnen verhit Wij houweden ghereedt! Ende als ick haer wille verclaren dit, Lachtse duijmen breedt. Hij en leeft niet, die ten vollen weet, Als ick segghe: „Pampoeseken, gaen wij drincken!” Hoe vriendelijck dat haer ooghskens pincken! Anthonis de Roovere

27 I N ’ T V ROEDE, IN ’ T AMOUREUZE OF IN ’ T SOTTE ? Den publicaen gegheven, so scriftueren oirconden, Ontfermticheyt, midts dberou in hem bevonden: Hoe sult ghi dan ontfermherticheyt weygheren my? My dunckt, o Heere, en ick blijver by: Is in my tmisdoen, in u is tvergheven; Ick en ben niet meer een steen dan sy. Ontfermt mijns dan, meer is in dy. My beroudt soe hertelijck mijn sondich leven. O Prinche, al heb ick te menighen tijden Mijnre sielen salicheyt ghestelt bezijden. Ende in een groot perijckele ghedreven, My beroudt soe hertelijck mijn sondich leven. Anthonis de Roovere

28 I N ’ T V ROEDE, IN ’ T AMOUREUZE OF IN ’ T SOTTE ? Troostelike bloeme, mijns herten beclijf, mijn hope, mijn iuecht, mijn melodie, solaes der sinnen, dat minlijcxste wijf die god ue schiepe binnen sijnder yerarchie, wat doet ghi al ghequels ghi Ialousie, vermanende datse eenen anderen vercoren heeft. och twijuel, ghi valt mi so swaren partie, wat batet gheseyt, ic bent diet verloren heeft, den sueten troost dat minlijcxste aenschijne; lasen dat mi natuere hier toe geboren heeft, dats mi te lijdene die swaerste pijne. o rosemarijne, gheeft my u te spreken spoet, want sonder troost van di mi therte breken moet. Jan van Doesborch


Download ppt "P AUL M ENNES Van Vanden vos Reynaerde naar."

Verwante presentaties


Ads door Google