De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Zorgrijk & Regelarm Kwaliteit

Verwante presentaties


Presentatie over: "Zorgrijk & Regelarm Kwaliteit"— Transcript van de presentatie:

1 Zorgrijk & Regelarm Kwaliteit
Juni 2013

2 Inhoudsopgave Achtergrond ………………………………………………………………….. …… .
Definitie kwaliteit ………………………………………………………………….. . Meting kwaliteit ………………………..……………………………… Aanpak ……………………………………………………………………….. …… . Resultaten tot nu toe ………………………………… Medewerkerstevredenheid ………………………………………………………. . Toekomstmogelijkheden …………………………………………………………. Colofon……………………………………………………………………………… 3 4 6 8 10 12 14 16

3 1. Achtergrond Achtergrond
Stichting Prisma heeft zich in het project Zorgrijk en Regelarm tot doel gesteld om in drie woonvoorzieningen de kwaliteit met 10% te verhogen, naast de doelstelling om de doelmatigheid met 10% te verhogen. Inmiddels zijn we ongeveer halverwege het traject en zijn er drie meetmomenten geweest. Dit document bevat de ervaringen en resultaten ten aanzien van de ontwikkeling van de kwaliteit. Inhoud Hoofdstuk 2 bevat de definitie van de term kwaliteit, met de daarbij behorende indicatoren. Hoofdstuk 3 maakt inzichtelijk hoe je deze kwaliteit kan meten. Hoofdstuk 4 geeft inzicht in de aanpak die is gehanteerd om de kwaliteit te meten en de verbeterslagen hierop te maken. Hoofdstuk 5 toont de resultaten ten aanzien van de kwaliteitsstijging tot nu toe, in de drie woonvormen die participeren. Hoofdstuk 6 toont hoe de medewerkerstevredenheid zich heeft ontwikkeld in de woonvoorzieningen die betrokken zijn bij dit experiment. Hoofdstuk 7 schetst de mogelijkheden om deze aanpak verder te implementeren binnen Prisma maar ook de toepasbaarheid in de relatie met andere partijen.

4 2. Definitie kwaliteit – het model
eigen keuzes kunnen maken, autonomie hebben, verantwoordelijkheid dragen e.d. Cliënt is gelukkig Regie Zinvolle dagin-vulling Fijn in eigen huis Sociaal netwerk Gezond-heid Eigen-heid de cliënt wordt gezien en geaccepteerd met een eigen identiteit, met ruimte voor het eigen ik de invulling van de dag met werk en vrije tijdsbesteding maar ook het patroon in het jaar gezondheid betekent niet alleen lichamelijke gezondheid maar ook psychisch een fijne woonplek heeft, zowel wat betreft sfeer als materieel. Moet veiligheid en geborgenheid bieden. de omvang van het netwerk en de variëteit. Naast familie, personeel en medebewoners, ook vrienden

5 2. Definitie kwaliteit - toelichting
De definitie van kwaliteit: de cliënt is gelukkig Bij het bepalen van de definitie van kwaliteit is het uitgangspunt geweest: wat stelt Prisma zich als zorgaanbieder tot doel en wat is het ‘verkoopargument’ en zijn de ‘leveringsvoorwaarden’ voor nieuwe en bestaande cliënten? Hierbij is sterk benadrukt dat het niet gaat om de meer vanzelfsprekende, randvoorwaardelijke aspecten zoals zorgen voor veiligheid, transparantie e.d. maar om de kernwaarden voor de cliënten. Uit workshops met cliëntvertegenwoordigers en medewerkers van Prisma heeft dit geleid tot de definitie: de cliënt is gelukkig. Dat is de stip op de horizon en bepaalt de te volgen koers. De indicatoren om het geluk van de cliënt te meten Om de idealistisch geformuleerde stip op de horizon tastbaar en meetbaar te maken is het resultaat ‘de cliënt is gelukkig’ vertaald naar indicatoren; de aspecten die hieraan een bijdrage kunnen leveren. Hierbij is basaal de vraag gesteld: wat maakt dat een cliënt gelukkig is? Of meer generiek: wat maakt dat een mens gelukkig is? Dit heeft geleid tot de waardes van de ‘geluksindicatoren’ zoals in het model. Ongeacht de groep waarin deze vraag is beantwoord, zijn de resultaten te herleiden naar dit model.

6 3. Meting kwaliteit – het model
Potentieel en (on)afhankelijkheid bepalen Belang bepalen Cliënt is gelukkig Regie Zinvolle dag-invulling Fijn in eigen huis Sociaal netwerk Gezond-heid Eigen-heid Actieplan maken en blokkades opheffen Huidige score bepalen

7 3. Meting kwaliteit - toelichting
Kwaliteit wordt bepaald door het potentieel, het belang en de actuele score De valkuil is om alle cliënten over dezelfde kam te scheren en voor elke geluksindicator een score te bepalen en een actieplan te maken. Om dit te voorkomen is op een gestructureerde wijze invulling gegeven aan: Het potentieel: wat kan een cliënt en/of hoe afhankelijk is een cliënt? Dit doet recht aan het feit dat het hier gaat om het bieden van zorg in een (h)erkende setting. Dit voorkomt dat cliënten onder- of overvraagd worden. Het belang: waar hecht de cliënt de meeste waarde aan? Welke geluksindicator speelt een grote rol? En wat doet er niet zo veel toe? Dit bepaalt de prioriteit voor het vervolg. De actuele score: hoe scoort de cliënt op dit moment op elk geluksindicator? Potentieel, belang en actuele score kunnen we meten Het meten van de indicatoren gebeurt zo veel mogelijk in samenspraak met de cliënt / het netwerk en het personeel. Voor belang en actuele score wordt een cijfermatige schaal gebruikt (belang met een range van 1 tot 5 en actuele score met een range van 1 tot 10). Voor het bepalen van het potentieel zijn per geluksfactor gradaties gemaakt waarop de cliënt kan worden gescoord. Als voorbeeld: RGEIE 1 Kan geen besluiten nemen, kan geen verantwoordelijkheden aan 2 Kan kleine operationele besluiten nemen en de gevolgen overzien (bv. Ik wil ham op mijn brood) 3 Kan de regie nemen over de invulling van een dag(deel) (bv. Ik ga een puzzel maken, ik ga mijn kamer poetsen) 4 Kan de regie nemen over terugkerende activiteiten (bijv. Ik ga in een atelier werken) 5 Kan de regie nemen over iemand anders of een dier (bv. Op kinderen passen, een hond nemen)

8 4. Aanpak – het proces Actieplan op kwaliteitsindicator:
Een voorbeeld van hoe deze aanpak werkt: Actieplan op kwaliteitsindicator: Datum XX-XX-XXXX Betrokkenen Ouders, medewerker Indicator Regie op eigen leven Potentieel 2 Belang 4 Actuele score 5 Waarom geen 10? Blokkades? Cliënt voelt zich belemmerd in het doen van boodschappen, kan dat niet alleen Actieplan Cliënt gaat leren pinnen

9 4. Aanpak - toelichting Van geluksmeting tot plan tot realisatie Periodiek, in een kort cyclisch proces wordt de cliënt tegen de meetlat van de geluksindicatoren gehouden. Dit gebeurt samen met het netwerk. Hierbij is het van belang dat partijen het eens zijn over de scores om zeker te weten dat dezelfde uitgangssituatie wordt gehanteerd. Dit geldt zowel voor het potentieel (wat kan de cliënt aan?), het belang (waar hecht de cliënt de meeste waarde aan?) als voor de actuele score (hoe vinden we dat het nu gaat?). Interventies worden vooral ingezet op de indicatoren met een hoog belang en een (relatief) lage actuele score. Het is dus mogelijk dat actuele scores laag zijn, en dat er toch geen extra afspraken worden gemaakt omdat vanuit het cliëntperspectief het belang niet wordt gedeeld. Het potentieel is alleen maar een indicatie om te bepalen wat haalbaar is en zegt niets over het belang. Op basis van een analyse waarom ‘er nog geen 10 wordt gescoord’ en ‘welke blokkades er zijn’ en rekening houdend met het potentieel worden plannen gemaakt om de geluksfactor te laten stijgen. Dit zijn kleine realistische acties die op korte termijn haalbaar zijn (of onhaalbaar blijken te zijn). Dit is van belang om het tempo en de energie er in te houden en zo min mogelijk te verspillen. Dit proces herhaalt zich voortdurend.

10 5. Resultaten tot nu toe – cijfers
WV 1 WV 2 WV 3 Totaal woning gem Totaal cliënt gem Totaal cliënt gem T1 en T2* Gemiddeld T1 7,2 7,3 5,9 6,8 7,0 Gemiddeld T2 7,4 7,1 T2 minus T1 0,22 -0,35 0,84 0,24 0,17 Gemiddeld T3 7,6 7,02 T3 minus T1 0,37 -0,31 1,07 0,38 0,30 -7,01 Verbeterpotentieel 2,8 2,7 4,1 3,2 3,0 % verbetering T2 7,7% -13,2% 20,8% 7,4% 5,6% 8,2% % verbetering T3 13,3% -11,8% 26,2% 11,8% 10,1% * dit zijn de cliënten die in meting 1 en 2 hebben gezeten **dit is het verschil in de gescoorde waarde in T1 en de mogelijke 10 die gescoord zou kunnen worden

11 5. Resultaten tot nu toe - toelichting
In de drie betrokken woonvoorzieningen zijn drie metingen gedaan (T1, T2 en T3). Voor de meeste cliënten zijn Metingen gedaan met daartussen interventies op de belangrijkste geluksindicatoren. Dit heeft geleid tot de volgende resultaten: De gemiddelde stijging van de drie woonvoorzieningen is 11,8% als we geen rekening houden met de verschillende groottes. De gemiddelde kwaliteit over alle cliënten is gestegen met 10,1%. Hierbij zijn dus alle cliënten van de woonvoorzieningen opgeteld en is de vergelijking gemaakt van de totale populatie in T1 en de totale populatie in T2 en T3, dus inclusief vertrekkende en nieuwe cliënten. Als we uitsluitend zouden kijken naar de populatie die zowel gemeten is in T1 als T2, en dus geen rekening houden met de vertrekkende en nieuwe cliënten in die periode, dan is de kwaliteitsgroei tussen T1 en T2 8,0%. Dit verschil wordt veroorzaakt doordat een aantal nieuwe cliënten een relatief lagere geluksscore hebben en dus de metingen van T2 drukken. Opvallend is daarnaast (niet inzichtelijk gemaakt in dit schema) dat daar waar acties zijn uitgezet de geluksindicator vrijwel altijd is gestegen of gelijk gebleven, dit laatst ook omdat er vaak al sprake was van een hele hoge score. De effectiviteit van de interventies is dus relatief hoog.

12 6. Medewerkerstevredenheid - cijfers
WVZ 1 WVZ 2 DISTRICT 2013 2012 Stijging ALGEMENE TEVREDENHEID 7,5 6,8 10,3% 8,6 7,8 7,1 4,4% WERKEN Plezier in het werk 8,4 7,0 20,0% 8,5 1,2% 7,6 7,3 4,1% Efficiënt 6,9 6,0 15,0% 0,0% 6,3 5,8 8,6% Inzicht in prioriteiten 12,0% 8,2 8,0 2,5% 7,7 7,9 -2,5% Kans krijgen 9,3% 6,7 3,0% ORGANI-SATIE Trots 29,3% 8,2% 6,1 3,3% Achter doelstelling staan 6,8% 7,2 1,4% Cliënt heeft prioriteit 8,1 6,5 24,6% 8,3 -1,2% 6,6 6,1% Uitdagende omgeving 15,4% 17,1% 4,5% COMMU-NICATIE Bottom up communicatie 3,9 69,2% 5,9 5,2 13,5% Top down communicatie 4,2 57,1% 8,7% 5,4

13 6. Medewerkerstevredenheid- toelichting
Begin 2012 en begin 2013 is de medewerkerstevredenheid gemeten. Dit is de periode waarin het werken volgens de lijn ‘de cliënt is gelukkig’ is geïntroduceerd in de drie woonvoorzieningen. Omdat twee van deze voorzieningen in hetzelfde district liggen is het mogelijk om in beeld te brengen hoe deze voorzieningen zich hebben ontwikkeld, vergeleken met het gemiddelde van het district. In het schema zijn hiervoor de meest relevante indicatoren opgenomen. De belangrijkste bevindingen: De algemene tevredenheid is bijna 2,5 keer meer gestegen in de twee deelnemende woonvoorzieningen, vergeleken met het gemiddelde van het district; Woonvoorziening 1 die een relatief lage score liet zien in 2012 is op alle gebieden veel sterker gestegen dan het districtsgemiddelde; Woonvoorziening 2 die al op een hoog niveau zat in 2012 heeft in deze periode ook nog een behoorlijke stijging laten zien; Opvallend hogere scores bij beide woonvoorzieningen ten opzichte van het districtsgemiddelde zijn:  ‘Plezier in het werk’ en ‘Efficiënt werken’  ‘Trots’ en ‘Cliëntgerichtheid heeft de prioriteit’  De communicatie, zowel bottom-up up als top down Zonder al deze resultaten 100% te kunnen toewijzen aan de introductie van ‘de gelukkige cliënt’ kunnen we stellen dat dit project zeker een positieve uitwerking heeft op de tevredenheid van de medewerkers.

14 6. Toekomstmogelijkheden - schets
Perspectief voor het sturingsmodel ‘De cliënt is gelukkig’ als belangrijkste resultaatgebied, naast ‘De medewerker is tevreden’ en als randvoorwaarden daarbij een gezonde organisatie, zowel organisatorisch als financieel. Als principe geldend voor alle vormen van verantwoording. De mede-werker is tevreden De cliënt is gelukkig De zorg is verantwoord De organi-satie is financieel gezond Cliënt WVZ District Prisma Stakeholders

15 6. Toekomstmogelijkheden - toelichting
De toekomstmogelijkheden Bevindingen: Op basis van de resultaatmetingen ten aanzien van de kwaliteit voor de cliënten en de medewerkerstevredenheid kan worden gesteld dat invoering van ‘de cliënt is gelukkig’ een goed perspectief biedt.(*) Maar: Dit alles heeft pas zin als andere dingen er voor kunnen worden losgelaten: Sturen op ‘de cliënt is gelukkig’ moet er niet ‘bij’ komen, maar ‘in plaats van’. Daarom stellen we voor: Dat de introductie binnen Prisma moet leiden tot een integraal aangepast sturingsmodel, op basis van de gedefinieerde resultaatgebieden; Maar ook tot een aangepast sturingsmodel met de stakeholders en collega zorgaanbieders; Waarbij een beperkte set eenduidig benoemde indicatoren wordt gebruikt om de resultaten meetbaar te maken; En waarbij gestuurd wordt op de trend, dat wil zeggen voortdurende verbetering, met een minimaal vereist niveau en stabilisatie op een vastgesteld voldoende hoog niveau; En waarbij alleen wordt ‘ingegrepen’ of ‘dieper gegraven’ wordt (dus niet uitsluitend op de resultaten, maar ook op de interventies en organisatie) als de trend niet wordt gehaald. (*) Nog extra metingen worden gedaan ten aanzien van de doelmatigheid, om te kijken of deze aanpak ook bijdraagt aan een verbetering van besteding van de tijd (‘meer handen aan het bed’). Deze resultaten zullen in augustus worden gepresenteerd.

16 Colofon Redactie: Mevr. Willie van Eijs – UitKoers Projectgroep Zorgrijk-Regelarm Nicole Esser Toon Roefs Karim Hammadi Dianne Ouburg Angeline van Bijsterveldt – van Heijningen Annemarie Verhagen Ingrid van den Heuvel – van Gestel Patricia Reumer Redactieadres: Stichting Prisma Postbus 637 5140 PA Waalwijk Bezoekadres: Taxandriaweg 12 – B2 5142 PA Waalwijk


Download ppt "Zorgrijk & Regelarm Kwaliteit"

Verwante presentaties


Ads door Google