Pemwjk01vx Pascal van Schajik Even voorstellen.. Regels Groep Rol groep.

Presentatie over: "Pemwjk01vx Pascal van Schajik Even voorstellen.. Regels Groep Rol groep."— Transcript van de presentatie:

1 pemwjk01vx Pascal van Schajik schpa@hr.nl

2 Even voorstellen.. Regels Groep Rol groep

3 leerdoelen De student kan een groep jonge kinderen begeleiden met daarin ruimte voor het individu. De student heeft een visie ontwikkelt over het begeleiden van groepen jonge kinderen en is in staat deze te delen met directe collega’s. De studen weet welke visie het op de locatie gehanteerde VVE programma heeft op het werken met groepen jonge kinderen.

4 Groepen en samenstelling Verantwoording module; waarom werk je aan een groepsgevoel. Wat is een groep? Hoe verloopt een groepsproces? In welke groepen functioneren de kinderen? Groepsindelingen; voor – en nadelen; verticaal, horizontaal, grote groep, kleine groep Groepssamenstelling Belang van een vaste groep

5 Noem voorbeelden van een sterke groep… nk http://www.youtube.com/watch?v=WrQ0bJpx 7D4 http://www.youtube.com/watch?v=WrQ0bJpx 7D4 Monkee http://www.youtube.com/watch?v=xOrgOW9 LnT4 http://www.youtube.com/watch?v=xOrgOW9 LnT4

6 Wat is een groep? Groep is een verzameling van individuen, die in een bepaalde context meer interactie met elkaar hebben dan met anderen daarbuiten. Interactie en context zijn twee bepalende hoofdelementen.

7 Een andere definitie: als een aantal mensen die zichzelf als een eenheid waarneemt en die de macht heeft om op gezamenlijke manier tegenover de omgeving te handelen. Kernbegrip van deze definitie is “groepsbewustzijn”De leden zijn zich bewust van hun lidmaatschap. http://www.youtube.com/watch?v=7amHu7D Ww38 http://www.youtube.com/watch?v=7amHu7D Ww38

8 Doelstellingen: “Individuen worden lid van een groep om een gemeenschappelijk doel te bereiken.”(Freeman, 1936) “Groepen zijn eenheden van twee of meer personen, die met een bepaalde bedoeling met elkaar omgaan en die dit contact zinvol vinden.”(Mills, 1967)

9 Interdependentie (Lewin, 1951) Wederzijdse betrokkenheid van de groepsleden op elkaar is een kenmerk van groep. De groepsleden hoeven niet gelijk aan elkaar te zijn, wel aan elkaar betrokken te zijn. Daarbij is interactie ook erg belangrijk (= wanneer een bepaalde activiteit van iemand wordt gestimuleerd door de activiteit van iemand anders, ongeacht wat deze activiteiten inhouden, Holmans).

10 Wat heb jij nodig. Denken: Bedenk voor jezelf wat jij nodig hebt om je op een prettige manier onderdeel te voelen van een groep. Schrijf de punten die bij je naar boven komen op. Dit onderdeel voer je in stilte uit. Delen: Op signaal van de docent ga je het gesprek aan met je buurvrouw over jullie punten. Kom tot een gezamelijk vijf punten lijstje.Uitwisselen: Deel met de rest van de groep welke vijf punten voor jullie belangrijk zijn.

11 Drie soorten groepen: Hoofd: verwerven van inzicht, bewustwording en staat informatieoverdracht centraal. Kennis. De begeleider is leermeester vb lesgroep Hart : verwerking van gevoelens en om behandeling van gevoelsmatig geladen. onderwerpen. Het uitwisselen van ervaringen en gevoelens. Attitude. De begeleider is tuinman. Vb sova Handen: aanleren van vaardigheden. De begeleider is regisseur, stuurman vb.BHV cursus

12 Welke rol heeft de pm-er volgens jullie?

13 Fasen van groepsvorming Fase 1: orienteren Orientatie op de eigen positie binnen de groep Vragen: - voorwaarden voor het lidmaatschap - Wat kost het lidmaatschap (energie en inzet) - Grenzen eigen identiteit en groepslidmaatschap - Welk soort gedrag is acceptabel en welke grenzen stelt de groep hieraanFasen van groepsvorming

14 Fase 2: presenteren (storming) - Eigen functioneren als groep - onderlinge betrekkingen staan centraal - Kritische vragen t.o.v. leiderschap - Kritische vragen t.a.v. onderlinge relaties en omgangsvormen - Vragen rond controle en macht, dominantie, gezag en verantwoordelijkheid. Onrustige periode: Als ik iets doe, wie luistert er dan, hoe vinden anderen dat en wie zijn mijn medestanders. Fasen van groepsvorming

15 Fase 3: normeren (norming) Er ontstaat een relatiepatroon, waarin de onderlinge verhoudingen geregeld zijn. Cohesie en intimiteit - Hoe persoonlijk gaan we met elkaar om - Welke mate van afstand of nabijheid - Hoeveel kunnen we elkaar vertrouwen ‘ Zo gaat het dus in deze groep ‘Fasen van groepsvorming

16 Fase 4: presteren (performing) Groep is tot volle rijping gekomen: - Eigen taakstructuur - Eigen invloedsverdeling - Eigen relatiepatroon Regels zijn niet afgesproken; ze zijn ontstaanFasen van groepsvorming

17 Fase 5: Evalueren (termination) Afsluitingsfase Leden beginnen zich los te maken Tijd nemen voor afscheid

18 Koppel in tweetallen een concreet voorbeeld aan elke van de vijf fasen.

19 Vorm met een van je mede studenten die pm’ er zijn van eenzelfde soort groep als jij een duo of trio. Zoek met elkaar uit de voor en nadelen zijn van jouw groep. Je kunt de informatie in de volgende documenten vinden: Document SAW (pag. 4 t/m 6) Digitale Content Pedagogisch kader (pag. 103, 104, 105) Kinderen in de groep (pag. 36 t/m 42) Welkom in de groep (pag. 61 t/m 63 en 68 t/m 71) artikel “Fijn je weer te zien! uit Kiddo 2-2011 Koppel de theorie aan praktijkvoorbeelden die deze ondersteunen of tegenspreken. Bedenk vervolgens met elkaar welke acties je kunt ondernemen om de kansen en mogelijkheden van jouw groep versterken. Deze acties vormen aanleiding voor de praktijkopdracht.

20 Naar aanleiding van bijeenkomst 1 Lezen uit Pedagogisch Kader, pagina 103 t/m 104 Zijn dat wij, specifieke kenmerken van de groep in de kinderopvang (pag 5-8 en 5-9) Welkom in de groep, pagina pag. 41 t/m 47, 56 t/m 58 en 61 t/m 71 Kinderen in de groep; Reijntjes pag. 35 t/m 42 Artikel “Fijn je weer te zien! uit Kiddo 2-2011 (zie reader) Artikel “Kinderen hebbe niet alleen behoefte aan vertrouwde volwassenen maar ook aan vertrouwde kinderen”, Elly Singer (zie reader) Presentatie voor week 2!!! Maak een presentatie van ongeveer 5 minuten waarin je uitlegt wat de visie is op het samenstellen van kleine groepen vanuit het VVE programma dat jullie op de locatie hanteren. Maak in je presentatie een koppeling met de praktijk door de visie te koppelen aan de kleine groepen die jij hebt samengesteld. Geef daarnaast een voorbeeld van het effect van het gebruik van deze groepssamenstelling.