Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
JEUGDINTERVENTIETEAM
Training: Coachen Deel I
2
Begrip: Coaching Coaching is een term die voor veel verschillende begeleidingsvormen gebruikt wordt. Andere veelgebruikte termen voor het begeleiden van mensen zijn: supervisie, mentoring, counseling en therapie. De literatuur is niet eenduidig over een definitie van coaching.(Coaching is dus eigenlijk een niet te specificeren vorm van begeleiden???).
3
Definitie Coaching is een vorm van persoonlijke begeleiding op basis van een gelijkwaardige één-op-één-relatie. De coachee leert, de coach ondersteunt en begeleidt dit leerproces. Binnen het coachingstraject worden de doelen vooraf bepaald. Doel van de coaching is het vergroten van de persoonlijke effectiviteit van de coachee. Coaching van groepen is echter ook mogelijk. De coach zoekt dan naar collectieve patronen in gedrag en denken in de groep. Denk aan onze (emp.)trainingen
4
Vormen van coaching Persoonlijke coaching Transformationele coaching
Loopbaancounseling Counseling Systemic coaching Mindfulnesscoaching Kindercoaching Provocatieve coaching
5
Persoonlijke coaching
Gericht op het verdiepen van het bewustzijn van de coachee voor wat betreft de effecten ven het eigen gedrag. De bedoeling is dat de coachee in beweging komt. Coaching is de ander leren te leren.
6
Transformationele coaching
Gericht op het faciliteren van groei van binnenuit door bewustzijn te vergroten over het eigen handelen en door het bevrijden van aanwezig potentieel bij mensen, groepen of organisaties. Het gaat om verandering van binnenuit, zodat er een grotere kwaliteit van leven en werken ontstaat.
7
Loopbaancounseling Gericht op de persoon-job fit. Een loopbaancounselor helpt een medewerker inzicht te krijgen in zijn waarden, interesses en mogelijkheden. Hij verbindt deze – samen met de medewerker – aan een bestaande of toekomstige functie. Loopbaancounseling sluit aan bij competentiemanagement en de competentieontwikkeling van de medewerker.
8
Counseling Een laagdrempelige vorm van hulpverlening. Het doel van counseling is het helpen van mensen bij het oplossen of hanteren van problemen, het vinden van antwoorden op vragen het ontwikkelen van kennis en vaardigheden. Counseling is resultaatgericht en pragmatisch van aard.
9
Systemic coaching Vanuit het systeemdenken kijkt de coach naar de relatie tussen de leden van een groep. Het gaat uit van de gedachte dat een van de leden van de groep door het herkennen en veranderen van (gedrags-)patronen in de groep kan stimuleren dat anderen hun gedrag ook kunnen veranderen.
10
Mindfulnesscoaching Gericht op acceptatie en aanvaarding. Coach begeleid de coachee in het richten van aandacht op dat wat er op dat moment is. Effectief wanneer coachee met emoties en terugkerende gedachtepatronen zit. Vergroot bewustzijn, acceptatie en verkleind impact van emoties en gedachtepatronen.
11
Kindercoaching Gericht op kinderen bij het ontdekken van de eigen kwaliteiten en mogelijkheden en deze in te zetten in de situaties die voor het kind moeilijk zijn, het nemen van verantwoordelijkheid binnen de eigen mogelijkheden en grenzen en het bereiken van een door het kind (en de ouders) vastgesteld haalbaar doel.
12
Provocatieve coaching
Gaat er van uit dat je de ezel aan zijn staart moet trekken als je hem vooruit wilt helpen, dat lachen over je problemen een prima medicijn is, dat zijwegen naar de kern leiden en dat mensen veerkrachtiger zijn dan je denkt. Het wordt moeilijker voor de cliënt om zijn belemmerende overtuigingen en zijn negatieve zelfbeeld nog serieus te nemen. Door zich assertief tegen de coach te verdedigen leert de cliënt om voor zichzelf op te komen, om zichzelf realistischer te bekijken en om genegenheid en waardering te uiten.
13
De term Coach is het Franse en later (rond 1500) Engelse woord voor een wagen. Het besturen van een koets werd coaching genoemd 1840 werd het woord coach voor het eerst gebruikt bij de universiteit van Oxford Engeland, om een privé-leraar aan te duiden die studenten voorbereidde op een tentamen 1889 wordt de term voor het eerst genoemd in de sportwereld om iemand die een roeiteam begeleidde aan te duiden jaren 80 van de 20e eeuw werd het woord coaching geïntroduceerd in het zakelijke spraakgebruik 1988 was coaching ingeburgerd. Het Amerikaanse Forbes Magazine verscheen toen met een artikel over Coaching genaamd: Sigmund Freud ontmoet Henry Ford.
14
Kenmerken Kenmerkend van een coachingstraject is dat de coach door de coachee wordt uitgezocht. In het coachingstraject is de coach de leverancier en de klant wordt 'gecoacht'. De klant bepaalt het doel: de coach stelt vragen en geeft adviezen. De klant blijft zelf verantwoordelijk voor zijn of haar beslissingen. Coaching kan inhoudelijk zijn of meer procesmatig.
15
Coachtechnieken 1 Onbewust Onbekwaam 2 Bewust Onbekwaam 3
Gesprekken tussen ‘coach’ en ‘gecoachte’ hebben een concreet doel. En wel, iets willen en kunnen wat de gecoachte voorheen niet kon. Een nieuw gedrag kunnen vertonen dus bijvoorbeeld:. van 'onzeker naar zeker optreden' of van 'ongezond naar gezond denken'. Coaching is : Motivatie opgang brengen om te veranderen 1 Onbewust Onbekwaam 2 Bewust Onbekwaam 3 Bewust Bekwaam 4 Onbewust Bekwaam 1 Onbewust Onbekwaam 2 Bewust Onbekwaam 3 Bewust Bekwaam 4 Onbewust Bekwaam
16
Inhoudelijk coaching Bij inhoudelijke coaching is de coach iemand die een bepaald traject al heeft doorlopen en die iemand anders daarin adviseert. Denk aan bijvoorbeeld; techniek, tactiek, stappenplan bij keuze bepaling
17
Het proces van coaching
Het is de bedoeling om de ander aan het denken te zetten die daardoor in beweging komt! Dus een verschuiving van denken naar doen. “Van stollen naar stromen”. De volgende structuur is in coaching processen te onderkennen: Doelformulering Toekomst visualisatie Hindernissen inventarisatie Lessen uit het verleden Benodigd zelfbeeld voor de toekomst.
18
Doelformulering Bedoeld om na te denken over hetgeen de gecoachte anders wil. Verheldering van doel en context door specifiek te zijn over plaats, tijdstip en mensen met wie die persoon het doel wil bereiken maakt het tastbaar / waarneembaar. Erg concreet dus. Ook het in kaart brengen van het specifieke gedrag van de gecoachte in die context , de mogelijke effecten en de koppeling aan de eigen waarden is van belang. Het antwoord op de dan volgende vraag van ‘wat de gecoachte tegenhoudt ofwel belemmert’ om naar het doel toe te bewegen, brengt de gevoelde hindernis naar de oppervlakte.
19
Toekomst visualisering
Laat een beeld ontstaan met aantrekkingskracht. Iets om naar toe te werken! Iets om naar uit te zien! Jongeren worden zo gestimuleerd om te bewegen in de richting van een aantrekkelijk toekomstbeeld. Dit beeld wordt over het beeld van angst en vast zitten heen geplakt. Of anders gezegd op de achtergrond geplaatst terwijl het aantrekkelijke toekomst beeld op de voorgrond wordt geplaatst.
20
Lessen uit het verleden.
Welke aanleiding ligt ten grondslag aan de situatie die op dit moment is ontstaan? Welk afschrikwekkend beeld heeft iemand en wil hij dit vermijden? Wat is het proces in iemands leven dat telkens terugkomt? Wat zijn herkenbare patronen.
21
Het benodigd zelfbeeld.
De wijze waarop iemand zichzelf ziet beïnvloedt zijn/haar gedrag. De wereld kan een gevaarlijke plek zijn om te leven wordt vaag geloofd en de rol van slachtoffer is snel aangenomen. Het zelfbeeld als hulpverlener is wellicht dezelfde als die van slachtoffer. Immers als je jezelf als hulpverlener ziet dan kan dat als je de ander als slachtoffer ziet. En wat je kunt zien is altijd voor een deel een reflectie van jezelf. Zelfbeeld laat zich het gemakkelijkst vangen in metaforen. Het domein van het verhalen vertellen is dan ook de meest aangewezen plek om met dit aspect van coaching aan de slag te gaan. Het zelfbeeld in een verhaal vervatten is een van de methoden om verandering teweeg te brengen.
22
Procesmatig Bij de procesmatige coach moet er meer gedacht worden aan een mental coach die adviseert hoe er omgegaan moet worden met verliezen, met intimiderende tegenstanders, met de pers en die denkt aan een juiste balans tussen leven en werken. Iemand die van een afstand en met
23
EINDE DEEL I
24
DEEL II
25
Provocatieve coaching en provocatieve hulpverlening gaat uit van de volgende vooronderstellingen:
1. Het meest persoonlijke is universeel 2. Mensen zijn veerkrachtiger dan ze lijken 3. Een beetje wantrouwen is gezond 4. Mensen lachen gauwer dan je denkt 5. Uitdaging schept een band 6. Als je de ezel vooruit wilt laten lopen, moet je hem aan zijn staart trekken 7. Iemand gaat structuur aanbrengen, als de coach het niet doet, doet de cliënt het zelf 8. Zijpaden en omwegen lijden naar de kern.
26
Deze serie vooronderstellingen staat tegenover de ideeën waar in de meer traditionele coaching en hulpverlening vaak van word uitgegaan, namelijk : 1. De emoties van ieder individu zijn volkomen uniek 2. Mensen zijn zwakker en kwetsbaarder dan ze lijken 3. Volledig vertrouwen in alles wat iemand beweert is noodzakelijk voor coaching en therapie 4. Humor speelt geen rol van betekenis in coaching en hulpverlening 5. Uitdaging is voor pubers; het hoort niet thuis in therapie en coaching 6. Als je de ezel vooruit wilt laten lopen, moet je hem tegen zijn achterste duwen 7. De coach of de therapeut dient het veranderingsproces te structureren 8. Doelgericht doorvragen op de problemen leidt tot de kern.
27
Traditionele coaching
Vergelijking Provocatieve coaching Traditionele coaching 1. Het meest persoonlijke is universeel 1. De emoties van ieder individu zijn volkomen uniek 2. Mensen zijn veerkrachtiger dan ze lijken 2. Mensen zijn zwakker en kwetsbaarder dan ze lijken 3. Een beetje wantrouwen is gezond 3. Volledig vertrouwen in alles wat iemand beweert is noodzakelijk voor coaching en therapie 4. Mensen lachen gauwer dan je denkt 4. Humor speelt geen rol van betekenis in coaching en hulpverlening 5. Uitdaging schept een band 5. Uitdaging is voor pubers; het hoort niet thuis in therapie en coaching 6. Als je de ezel vooruit wilt laten lopen, moet je hem aan zijn staart trekken 6. Als je de ezel vooruit wilt laten lopen, moet je hem tegen zijn achterste duwen 7. Iemand gaat structuur aanbrengen, als de coach het niet doet, doet de cliënt het zelf 7. De coach of de therapeut dient het veranderingsproces te structureren 8. Zijpaden en omwegen lijden naar de kern. 8. Doelgericht doorvragen op de problemen leidt tot de kern.
28
De Farrelly-factoren: bouwstenen van procatieve coaching
1. Doorgaande gedragingen: Maak lichamlijk contact Praat op een grappende toon (eigen manier;plagen/ treiteren) Spiegel de non-verbale reacties van de client Richt je aandacht volledig op de client Weiger om de client te helpen Vergeet de structuur 2. Conditionele reacties: Ga voor de emoties Red-Green Color Blindness Vraag naar details Protesteer zwakjes tegen voortuitgang en positieve feedback Reageer congruent op trauma’s Reflecteer incongruentie Vraag de client om sterke conclusies te herhalen
29
3. Algemeene provocatieve gereedschappen:
Bewandel schijnbare irrevante zijpaden Onderbreek de client Overdrijf de non-verbale uitrukking van de client Overdrijf het effect dat de client op andere heeft Gebruik spreuken, citaten en slogans Dramatiseer je verhaal 4. Provocatieve reacties op problemen: Maar dat is toch prachtig Gewone mensen hebben daar misschien last van...... Geef absurde oplossingen Geef absurde verklaringen
30
5. Provocatieve reacties op het zelfbeeld:
Overdrijf negatieve kanten van het zelfbeeld Overdrijf ongewenste lichamelijk eigenschappen van de client Overdrijf culturele stereotypen 6. Strategische provocatieve patronen Verschuif de schuld Kies een bepaalde kant bij innerlijke conflicten Eis dat de client amusant is Doe gekker dan de client Maak een thema van de essentiele angst (achter elk probleem ligt een angst)
31
Wat de coach innerlijk doet
7. Innerlijke processen van de provocatieve coach Breng uzelf in een lachstemming Wees warm Luister naar uw innerlijke gidsen Kijk naar innerlijke televisietoestellen Basisformule : contact + humor + provocatie Basishouding : warmte + humor + uitdaging
32
Provocatief coachen als de omgekeerde wereld
‘Zeg wat je denkt i.p.v. ‘Denk goed na voor je iets zegt’ ‘Hoe erger hoe beter’ i.p.v. ‘Altijd positief blijven’ ‘Genieten van je werk i.p.v. ‘Genieten doe je maar in je vrije tijd’ ‘Wees slordig’ i.p.v. ‘Zorgvuldigheid is het hoogste goed’ ‘Acteer het leven’ i.p.v. ‘ Een professional is geen clown’ (de beste stuurlui staan aan walhelikopterpositie) ‘Begin telkens opnieuw’ i.p.v. ‘Bewaak de continuiteit’ Wat is vandaag het probleem?
33
Waarom zeggen wat je denkt!
De client leert zich verdedigen (positieve assertief) Realiteitsbesef leidt tot gezondergedrag Zijn eigen gedachten onderdrukken is slecht voor de coach Wie de harde waarheid bij herhaling hoort, leert ermee leven Meteen je gedachten uiten maakt dat je veel minder hoeft te onderhouden De coach ondoet zich tegelijkertijd ook van zijn eigen remmingen
34
Wekzame factoren in provocatieve coaching
Het ik en zijn onderdelen: I. Denken II. Voelen III. Handelen IV. Waarnemen V. Beloven/Geloven
35
Het ik in het systeem De structuur van het probleem Stabiliserende krachten en veranderingskrachten
36
Werkzame factoren 1. Positieve focus op de huidige toestand;
- wat doet de provocatieve coach? - wat is de innerlijke reactie van de client? 2. Vertrouwen in het bereiken van de eigen doelen 3. Tot de kern komen
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.