Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdNienke Koning Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
Duistere eeuwen Prehistorisch Nederlands en Oudnederlands
< Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger Het verhaal van het Nederlands. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p
2
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
3
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
1. Waarom neemt men aan dat de schrijver van het beroemde zinnetje "hebban olla vogala" afkomstig was uit West-Vlaanderen?
4
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
‘Dat is onder meer af te leiden uit zijn problemen met de klank h: hij schrijft hic in plaats van ic en abent in plaats van habent.’ (p. 11)
5
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hi(c) (e)nda thu uu(at) unbida(n) (uu)e nu
6
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
‘Dat is onder meer af te leiden uit zijn problemen met de klank h: hij schrijft hic in plaats van ic en abent in plaats van habent.’ (p. 11) => taalinterne argumenten
7
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
[a] West-Vlaams of Kents?
8
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
9
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
10
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
11
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
[a] Het West-Vlaams
13
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
Cf. ‘Nu nog steeds kun je in West-Vlaanderen horen: ‘Dat is hoed’ (‘Dat is goed’)’ (p. 12)
14
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
(Gerrit Callewaert) (Gerrit in “Hallo televisie”) In de gloria
15
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
= Gerrit
16
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
(Gerrit Callewaert) Elk zijne hedah (= goeiendag) Mah ek ulder nu astublieft vanuit hiel mèn erte (= hart) vroagen van da nie te ondertitln.
17
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
2. In het zinnetje dat bekend staat als het oudste Nederlandse zinnetjes treffen we de volgende woordvormen aan: hebban, olla, vogala, nestas, hagunnan, enda, unidan. Wat valt op als je deze vormen vergelijkt met hun equivalenten in het Middelnederlands (en het hedendaagse Nederlands)? Geef een woordje uitleg.
18
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
2. p. 12 & vorig college – uitgangen zijn nog niet verdoft Oudnederlands Middel/Nieuwnederlands nestas nesten vogala vogele, vogels
19
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
3. Op p. 12 lees je: "Het is echter de vraag of het Nederlands van 1000, of 900, of nog eerder, met recht Nederlands genoemd mag worden." Leg uit.
20
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
3. p. 12 & vorig college – afbakeningsproblemen (temporeel, geografisch) ‘Als er toch een tijdstip wordt vastgesteld,dan is dat het resultaat van overwegingen achteraf: de taalgebruikers zelf zullen zo’n breuk niet hebben ervaren’ (p. 12)
21
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
4. Eveneens op p. 12: "Het is zelfs maar de vraag of de liedregels over de vogels en hun nestjes uit de elfde eeuw al tot het Nederlands gerekend mogen worden." Leg uit.
22
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
4. p Helemaal anders dan het Nederlands nu Geen algemene, overkoepelende taal Dialecten, meer of minder onderling verstaanbaar & meer of minder verwant
23
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
4. ! “Als we deze oude teksten Nederlands noemen, bedoelen we niet meer dan dat ze in dialecten zijn geschreven die met elkaar verwant waren en die gesproken werden in het gebied waar in de loop der eeuwen een algemene taal, het Nederlands, naast, boven en soms zelfs in de plaats van deze dialecten is ontstaan.” (p. 13)
24
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
5. Hoe kunnen we iets te weten komen over taalvarianten die nu niet meer gesproken worden?
25
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
5. p. 14 talen vergelijken, zoeken naar overeenkomsten (comparatieve taalkunde) archeologische vondsten, vermeldingen in anderstalige geschriften aardrijkskundige namen en persoonsnamen
26
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
aardrijkskundige namen en persoonsnamen ‘bieden aanvullende gegevens: veel namen zijn ontstaan lang voordat ze voor het eerst op schrift werden gesteld’ (p. 14)
27
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Bijvoorbeeld: Doornik, Kortrijk (plaatsnamen op –ik/-rijk < Keltische iacum)
28
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
6. a. Welke verandering veroorzaakte het afslijten van de uitgangen en het verdwijnen van de flexie (deflexie)? b. Is het Nederlands een analytische of een synthetische taal?
29
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
6. a. Klemtoonverschuiving => afslijten woordeinde bevatte vaak belangrijke grammaticale informatie! => verbuiging (naamwoorden) en vervoeging (werkwoorden) verdwijnen langzaam
30
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
=> verbuiging (naamwoorden) en vervoeging (werkwoorden) verdwijnen langzaam => voorzetsels => strakkere woordvolgorde Maken op een andere manier de grammaticale functie in de zin zichtbaar
31
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
6. b. (p. 17) Analytische talen = talen waarin de woorden niet van vorm veranderen
32
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
Voorbeeld van een sterk analytische taal: het Chinees
33
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
6. b. (p. 17) Synthetische talen = talen waarin de woorden wel van vorm veranderen Voorbeeld: Latijn
34
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
meer analytisch meer synthetisch Zet in de juiste volgorde op de as: [Nederlands, Duits, Chinees, Latijn]
35
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
meer analytisch meer synthetisch Latijn – Duits – Nederlands – Chinees
36
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
7. Waarin bestaat voor de taalkundigen de waarde van de Gotische bijbelvertaling?
37
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
7. “Het Nederlands stamt weliswaar niet in rechte lijn af van het Oostgermaanse Gotisch, maar het Gotisch is een soort oudoom die familietrekjes gemeen heeft met de verdwenen voorvader van onze taal” (p. 19)
38
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
8. Waarom hebben sommige plaatsnamen de n in "mond" behouden (Dendermonde, Roermond,...) en andere plaatsnamen niet (Diksmuide, Muiden,...)?
39
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Cf. Ingwaeonismen Eng. Fri. Ned. Dui. us us ons üns W-Vl. us
40
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Oergerm. *munth Eng Sommige NL DIA Ned. Mouth Muide mond
41
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
westelijk oostelijk(er) IJmuiden Dendermonde Diksmuide Rupelmonde Arnemuiden Roermond Muiden
42
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
IJmuiden
43
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Diksmuide
44
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Arnemuiden
45
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Muiden
46
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Dendermonde
47
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Rupelmonde
48
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
Roermond
49
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
9. Bestudeer het kaartje bovenaan p. 25 en geef een woordje uitleg over de vorming van de taalgrens.
50
Geschiedenis van het Nederlands Voorlopers en verwanten
51
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
9. p. 24, 25, 26
52
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
10. Noem de drie belangrijkste bronnen van het Oudnederlands.
53
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
10. De drie belangrijkste bronnen van het Oudnederlands: (p ) Hebban olla vogala (<=) De Leidse Willeram De Wachtendonckse psalmen + uitleg
54
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
De Leidse Willeram In Leiden bewaard Bewerking van de hoogliedparafrase van de Duitse abt Williram van Ebersberg (oorspr. Oudhoogduits, verloren) Ca. 1100
55
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
De Wachtendonckse psalmen In de 16de eeuw in bezit van de Luikse kanunnik Arnold Wachtendonck (verloren) De Brabantse humanist Justus Lipsius liet een kopie maken (ook verloren) Wel hebben we enkele psalmen die Lipsius in een brief schreef aan een vriend + glossen En later dook nog een fragment op
56
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
De Wachtendonckse psalmen Gaat terug op een vertaling van psalmen in de 10de eeuw Bewerking van een Oudhoogduitse voorloper (ook verloren) Oud-Oostnederfrankisch (Duits of Nederlands??)
57
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
Oudoostnederfrankisch De Wachtendonckse psalmen (in kopie overgeleverd) Herta min gidruouit ist an mi In forta dodis fiel ouir mi
58
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
Oudoostnederfrankisch De Wachtendonckse psalmen (in kopie overgeleverd) Herta min gidruouit ist an mi In forta dodis fiel ouir mi Mijn hart is bedroefd in mij en De vrees voor de dood viel over mij
59
Geschiedenis van het Nederlands Hoofdstuk: ”Duistere eeuwen”
Oudoostnederfrankisch De Wachtendonckse psalmen (in kopie overgeleverd) <herta> hart <geuan, geuon // geuen> geven
60
Duistere eeuwen Prehistorisch Nederlands en Oudnederlands
< Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger Het verhaal van het Nederlands. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.