Leidingen & Kabels.

Presentatie over: "Leidingen & Kabels."— Transcript van de presentatie:

1 Leidingen & Kabels

2 Kleurcodering van leidingen
Water Gas

3 Kleurcodering van leidingen
Laagspanning Hoogspanning

4 Kernconstructie Standaardreeks in mm2 0,5 0,75 1 1,5 2 2,5 4 6 10 16
25 35 50 70 Enz….(Blz 3 reader)

5 Opbouw van de kern Massief Geslagen

6 Eigenschappen soorten Isolatie
Grote mechanische sterkte Gemakkelijk te buigen Bestand tegen vocht Bestand tegen chemische stoffen zoals olie en vet Bestand tegen weersinvloeden zoals ozon

7 (polivinylchloride) PVC
Meest toegepaste isolatiemateriaal Goede elektrische en mechanische eigenschappen Duurzaam en bestand tegen weersinvloeden, olie en vet. Minder geschikt voor hoge spanningen en hoge frequenties Maximale temperatuur van PVC is 70 graden Celsius Beneden de 0 graden Celsius lastig te verwerken

8 Rubber (R) Weinig toegepast
Goede elektrische en mechanische eigenschappen Zeer buigzaam zowel bij hoge als lage temperaturen Bij kortsluiting behoud het materiaal zijn elasticiteit en vorm Hoogst toelaatbare tempratuur is 60 graden Celsius Kan slecht tegen licht, lucht en hoge temperaturen (hard en bros en brokkelt af) Niet bestand tegen olie (niet geschikt voor autogarages)

9 Gevulkaniseerde polyetheen (XLPE)
Veel toegepast Zelfde goede eigenschappen als PVC en Rubber Kan een continue geleidingstemperaturen van 85 tot 90 graden Celsius aan Kortstondig 150 graden Celsius Het materiaal wordt onder het vriespunt niet bros Bestand tegen chemische stoffen en kan goed tegen vocht Veel toegepast in de industrie Duurder in aanschaf

10 Silicoonrubber (S) Toepassingsgebied hoge temperaturen
Kan erg hoge temperaturen aan Toepassingsgebied (-70 tot 200 graden Celsius) Na verbranding houd dit materiaal zijn eigenschappen Bestand tegen zuren, oliën en water Veroudert niet Duur in aanschaf

11 NEN 1010 Begrippen: Leiding: Verzamelnaam voor draad, rail, enz Definitie is geleider of samengestel van geleiders ongeacht of er sprake is van isolatie of bescherming. Draad: Is een leiding met één geleider. Draad om afzonderlijk te worden gebruikt zowel geïsoleerd als geïsoleerd.

12 NEN 1010 Begrippen Installatiedraad: Installatiedraad is geïsoleerd draad voor gebruik in buis of omhulsel Kabel: Kabel is een niet buigzame leiding met één of meer mantels. Een kabel kan bovendien voorzien zijn van een mechanische bescherming

13 Codering op kabels

14 Draad Groen/geel = Aarddraad Blauw = Nuldraad Bruin = fasedraad
Zwart = Schakeldraad

15 Kleurcodering kabels Groen geel = Beschermings- aardleidingen
Blauw = Nuldraad en nulader Bruin = Fase-ader en fasedraad Zwart = Schakeldraad, schakelader en fase-ader LET OP! Één fase-installatiedraad mag niet zwart gekleurd zijn Niet gebruikte groen/geel adres moeten we wegknippen Fasedraded in overige leidingsystemen: bruin, zwart of grijs